ECLI:NL:GHAMS:2017:4722
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak voor verdachte in hennepkwekerij-zaak na verblijf van één nacht
In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 15 november 2017 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam. De verdachte was beschuldigd van het opzettelijk aanwezig hebben van hennepplanten in een woning waar hij slechts één nacht verbleef. De tenlastelegging betrof het telen en aanwezig hebben van een grote hoeveelheid hennepplanten, wat in strijd is met de Opiumwet. Tijdens de zitting in hoger beroep op 1 november 2017 heeft de advocaat-generaal gevorderd dat de verdachte zou worden veroordeeld tot een taakstraf van 60 uren, subsidiair 30 dagen hechtenis. De raadsman van de verdachte stelde echter dat zijn cliënt niet op de hoogte was van de hennepkwekerij en dat de hennepplanten zich niet in zijn machtssfeer bevonden.
Het hof heeft vastgesteld dat de verdachte in de nacht van 18 op 19 januari 2015 in een woning aan de [adres 2] te Amsterdam verbleef. Bij binnenkomst van de politie werd er een sterke wietlucht waargenomen en werden hennepplanten aangetroffen in andere ruimtes van de woning. De verdachte verklaarde dat hij dakloos was en slechts één nacht in de woning mocht slapen. Het hof oordeelde dat, hoewel de verdachte zich in de woning bevond, er onvoldoende bewijs was dat de hennepplanten zich in zijn machtssfeer bevonden. De enkele aanwezigheid in de woning was niet voldoende voor een bewezenverklaring van het opzettelijk aanwezig hebben van hennepplanten.
Daarom heeft het hof het vonnis van de politierechter vernietigd en de verdachte vrijgesproken van alle tenlastegelegde feiten. De beslissing van het hof benadrukt de noodzaak van bewijs dat de verdachte daadwerkelijk op de hoogte was van de hennepplanten en dat deze zich in zijn machtssfeer bevonden, wat in dit geval niet kon worden vastgesteld.