In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 7 juni 2017 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank Noord-Holland van 1 december 2016. De zaak betreft een strafzaak met parketnummer 15-700487-15, waarin de verdachte, geboren in 1987 in België, in hoger beroep is gegaan tegen het vonnis van de rechtbank. Het hof heeft het vonnis gedeeltelijk vernietigd, specifiek met betrekking tot de bewezenverklaring van een geldbedrag van 2250 euro. Het hof heeft vastgesteld dat de rechtbank had moeten oordelen dat er slechts 750 euro uit de portemonnee van de aangever was weggenomen, in plaats van het eerder vastgestelde bedrag. Dit is gebaseerd op de verklaring van de aangever, die door de opsporingsambtenaren was vastgelegd in een proces-verbaal. Het hof heeft de verbeteringen in de bewijsvoering doorgevoerd en het vonnis voor het overige bevestigd. De uitspraak is gedaan in tegenwoordigheid van de griffier en is openbaar uitgesproken.