ECLI:NL:GHAMS:2017:941
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- A.M. van Amsterdam
- M.C. Oostendorp
- S.M.M. Bordenga
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak voorhanden hebben van een vals paspoort na hoger beroep
In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 8 maart 2017 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Noord-Holland. De verdachte, geboren in Guinee, was beschuldigd van het voorhanden hebben van een vals paspoort. De tenlastelegging betrof een Guinees paspoort dat de verdachte op of omstreeks 23 mei 2016 in Hoofddorp zou hebben gehad, terwijl zij wist of redelijkerwijs moest vermoeden dat het paspoort vervalst was. Tijdens de zitting heeft het hof de vordering van de advocaat-generaal gehoord, die bevestiging van het vonnis waarvan beroep vroeg. Het hof heeft echter geconcludeerd dat de verdachte niet kon worden bewezen dat zij wist of redelijkerwijs moest vermoeden dat het paspoort vervalst was. De wijze van verkrijging van het paspoort was ongebruikelijk, maar de personalia in het paspoort kwamen exact overeen met die van de verdachte. Bovendien had de verdachte het paspoort overhandigd aan de IND, in de veronderstelling dat deze instantie het document zorgvuldig zou controleren. Gezien deze omstandigheden heeft het hof geoordeeld dat er niet boven redelijke twijfel kon worden vastgesteld dat de verdachte op de hoogte was van de vervalsing. Het hof heeft daarom het vonnis waarvan beroep vernietigd en de verdachte vrijgesproken van de tenlastegelegde feiten.