ECLI:NL:GHAMS:2018:2428
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Bevestiging vonnis met wijziging bewijsoverweging en niet-ontvankelijkheid benadeelde partij in vordering
Op 13 juli 2018 heeft het Gerechtshof Amsterdam uitspraak gedaan in hoger beroep tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam van 25 september 2017. De zaak betreft een verdachte die in eerste aanleg was veroordeeld tot een geldboete van € 500,00, subsidiair 10 dagen hechtenis, voor het mishandelen van een fietser. De verdachte had het slachtoffer van de fiets geduwd, wat leidde tot letsel. In hoger beroep heeft de raadsman vrijspraak bepleit, maar het hof oordeelde dat de verdachte de grenzen van proportionaliteit had overschreden. Het hof bevestigde het vonnis van de politierechter, maar wijzigde de opgelegde geldboete en verklaarde de benadeelde partij niet-ontvankelijk in zijn vordering tot schadevergoeding. Het hof oordeelde dat de behandeling van de vordering een onevenredige belasting van het strafproces zou opleveren, aangezien nader onderzoek nodig was naar de eigen schuld van de benadeelde partij. Het hof besloot dat er geen straf of maatregel opgelegd zou worden aan de verdachte, gezien de omstandigheden van de zaak.