ECLI:NL:GHAMS:2018:3273
Gerechtshof Amsterdam
- Beschikking
- J. Kok
- T.A.M. Tijhuis
- R.G. Kemmers
- Rechtspraak.nl
Verlenging uithuisplaatsing minderjarigen in het kader van ondertoezichtstelling
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 4 september 2018 uitspraak gedaan in hoger beroep over de verlenging van de uithuisplaatsing van twee minderjarige kinderen, geboren uit de relatie van de verzoekster (de moeder) en de belanghebbende (de vader). De moeder had in hoger beroep beroep ingesteld tegen een eerdere beschikking van de kinderrechter van 23 februari 2018, waarin de kinderen onder toezicht waren gesteld en uithuisgeplaatst. De gecertificeerde instelling (GI) had verzocht om verlenging van de uithuisplaatsing, wat door de moeder werd betwist. De moeder stelde dat zij in staat was om voor de kinderen te zorgen en dat de verlenging van de uithuisplaatsing niet noodzakelijk was. Het hof heeft echter geoordeeld dat, ondanks de positieve ontwikkelingen in de situatie van de moeder, de kinderen nog steeds een belaste voorgeschiedenis hebben van verwaarlozing en mishandeling. Het hof heeft vastgesteld dat de kinderen nog zorgelijke signalen vertonen en dat traumatherapie noodzakelijk is. De moeder is momenteel stabiel en medicatietrouw, maar het hof oordeelt dat de situatie nog niet voldoende is om de kinderen onmiddellijk terug te plaatsen. De beslissing van de kinderrechter om de uithuisplaatsing te verlengen is bekrachtigd, en het verzoek van de moeder om de GI te veroordelen in de kosten is afgewezen.