Uitspraak
LCS INTERNATIONAL SAS,
Gerechtshof Amsterdam
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 18 december 2018 uitspraak gedaan in hoger beroep over de bevoegdheid van de Nederlandse rechter in een geschil tussen LCS International SAS en de Coöperatieve Rabobank U.A. LCS, een vennootschap naar Frans recht, was in hoger beroep gekomen van een vonnis van de rechtbank Amsterdam. De kern van het geschil betreft de vraag of de forumkeuze die LCS en FL Sport in hun licentieovereenkomst hebben gemaakt, ook van toepassing is in de relatie tussen LCS en Rabobank, die als pandhouder optreedt. De rechtbank had eerder geoordeeld dat de Nederlandse rechter bevoegd was, en LCS heeft dit oordeel in hoger beroep bestreden.
De feiten van de zaak zijn als volgt: LCS had een licentieovereenkomst met FL Sport, waarin was bepaald dat geschillen zouden worden beslecht door de rechtbank Amsterdam. Na het faillissement van FL Sport heeft Rabobank haar pandrecht op de vorderingen van FL Sport aan LCS medegedeeld en geëist dat LCS de verschuldigde royaltyvergoedingen aan haar betaalde. LCS heeft echter geweigerd te betalen, wat leidde tot het hoger beroep.
Het hof heeft de argumenten van LCS beoordeeld en geconcludeerd dat de forumkeuze in de licentieovereenkomst ook geldt voor Rabobank als pandhouder. Het hof heeft zich aangesloten bij de overwegingen van de rechtbank en geoordeeld dat er geen reden is om aan te nemen dat de forumkeuze niet van toepassing zou zijn in deze situatie. De grieven van LCS zijn verworpen en het hof heeft het vonnis van de rechtbank bekrachtigd, waarbij LCS is veroordeeld in de kosten van het hoger beroep.