Uitspraak
Onderzoek van de zaak
Tenlasteleggingen
hij op of omstreeks 17 april 2018 in de gemeente Amsterdam, in elk geval in Nederland opzettelijk beledigend (een) ambtenaar, te weten [verbalisant] (hoofdagent, Politie Amsterdam-Amstelland), gedurende en/of ter zake van de rechtmatige uitoefening van haar bediening, op/tegen het oor en/of gezicht, althans het lichaam van die [verbalisant] heeft gespuugd;
hij op of omstreeks 17 april 2018 te Amsterdam, in elk geval in Nederland, opzettelijk en wederrechtelijk een dagverblijf (cel 0042), in elk geval enig goed, dat geheel of ten dele aan een ander, te weten aan Politie Nederland toebehoorde, heeft vernield, beschadigd, onbruikbaar gemaakt en/of weggemaakt;
Vonnis waarvan beroep
Bewijsoverweging ten aanzien van het in zaak A ten laste gelegde
Bewezenverklaring
in zijn tegenwoordigheidin het openbaar mondeling, heeft beledigd door hem de woorden toe te voegen “kurva’ (“hoer” in de Poolse taal) en
door een feitelijkheid heeft beledigddoor een opgestoken middelvinger te tonen;
van politie), gedurende en ter zake van de rechtmatige uitoefening van haar bediening tegen het oor van heeft gespuugd;
de politie toebehoorde onbruikbaar heeft gemaakt.
Strafbaarheid van het bewezen verklaarde
Strafbaarheid van de verdachte
Oplegging van straffen
Vordering van de benadeelde partij [verbalisant]
Toepasselijke wettelijke voorschriften
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
2 (twee) weken.
2 (twee) jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.
taakstrafvoor de duur van
30 (dertig) uren, indien niet naar behoren verricht te vervangen door
15 (vijftien) dagen hechtenis.
€ 100,00 (honderd euro) ter zake van immateriële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening.
€ 100,00 (honderd euro) als vergoeding voor immateriële schade, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door
2 (twee) dagen hechtenis, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening, met dien verstande dat de toepassing van die hechtenis de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet opheft.