ECLI:NL:GHAMS:2019:2153
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak van diefstal van autovelgen na gebrek aan bewijs
In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 26 juni 2019 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam. De verdachte was beschuldigd van diefstal van 32 autovelgen met een totale waarde van circa 45.000 euro, gepleegd in de periode van 22 tot en met 23 juli 2018 te Aalsmeer. De verdachte heeft hoger beroep ingesteld tegen het vonnis van de politierechter, die hem eerder had veroordeeld. Tijdens de zitting in hoger beroep op 12 juni 2019 heeft het hof de vordering van de advocaat-generaal gehoord, die een gevangenisstraf van 150 dagen, waarvan 133 dagen voorwaardelijk, had geëist. De verdediging pleitte voor vrijspraak, stellende dat er onvoldoende bewijs was dat de verdachte aanwezig was tijdens de diefstal.
Het hof heeft vastgesteld dat de verdachte op 22 juli 2018 op het parkeerterrein van het bedrijf was, maar dat er geen bewijs was dat hij betrokken was bij de diefstal op 23 juli 2018. De camerabeelden toonden een onbekend persoon die de velgen verplaatste, maar de verdachte was niet herkenbaar op deze beelden. De politieambtenaren konden geen duidelijk signalement geven van de personen die betrokken waren bij de diefstal. Het hof concludeerde dat er onvoldoende bewijs was om de verdachte te veroordelen voor de diefstal, en sprak hem vrij.
Daarnaast werd de vordering van de benadeelde partij, die een schadevergoeding had geëist, niet-ontvankelijk verklaard, omdat de verdachte niet schuldig was bevonden aan de ten laste gelegde feiten. Het hof vernietigde het vonnis waarvan beroep en sprak de verdachte vrij van de beschuldiging van diefstal.