Uitspraak
Onderzoek van de zaak
Tenlastelegging
hij, op of omstreeks 6 juni 2008, althans in de periode van 1 juni 2008 tot en met 9 februari 2010, in Volendam, en/of (elders) in Nederland, alleen, althans tezamen en in vereniging met een ander of anderen, een verklaring (D-016, D-043), zijnde een geschrift bestemd om tot het bewijs van enig feit te dienen, valselijk heeft/hebben opgemaakt en/of valselijk heeft/hebben doen of laten opmaken en/of heeft/hebben vervalst en/of heeft/hebben doen of laten vervalsen, immers heeft/hebben hij en/of zijn mededader(s), valselijk en/of in strijd met de waarheid in die verklaring (D-016, D-043) opgenomen en/of voorgewend dat
hij, op of omstreeks 5 oktober 2010, althans in het jaar 2010 in Volendam, en/of (elders) in Nederland, (telkens) als degene die ingevolge de Belastingwet verplicht is tot het voor raadpleging beschikbaar stellen van boeken, bescheiden, andere gegevensdragers of de inhoud daarvan, (telkens) opzettelijk,
hij, op een of meer tijdstippen in de periode van 1 februari 2008 tot en met 15 juni 2010 te Amstelveen en/of Amsterdam en/of Utrecht en/of Diemen en/of Volendam, en/of (elders) in Nederland, alleen, althans tezamen en in vereniging met een ander of anderen,
hij, op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 1 juni 2008 tot en met 25 april
Vonnis waarvan beroep
Bewijsoverweging
Bewezenverklaring
hij, op 6 juni 2008, in Volendam, een verklaring (D-016), zijnde een geschrift bestemd om tot het bewijs van enig feit te dienen, valselijk heeft opgemaakt, immers heeft hij, valselijk in die verklaring (D-016) opgenomen en voorgewend dat
hij, op 5 oktober 2010 in Volendam, telkens als degene die ingevolge de Belastingwet verplicht is tot het voor raadpleging beschikbaar stellen van boeken, bescheiden, andere gegevensdragers of de inhoud daarvan, opzettelijk, deze in valse vorm voor dit doel ter beschikking heeft gesteld, immers heeft hij opzettelijk een verklaring (D-016) waarin valselijk was opgenomen en voorgewend dat ondergetekende [ [verdachte] ] bereid is een schilderij genaamd "Koek en Zoopie-ijslandschap" te Volendam van [naam 1] te verkopen aan [bedrijf 1] voor een bedrag groot 500.000 euro, voor raadpleging aan de Belastingdienst ter beschikking gesteld en bestaande die valsheid hierin dat de marktwaarde van het schilderij veel lager was en in werkelijkheid sprake was van een schijntransactie terwijl dat feit ertoe strekte dat te weinig belasting werd geheven;
hij, op 9 februari 2010 en op 17 maart 2011, te Amstelveen en Volendam, telkens opzettelijk bij de Belastingwet voorziene aangiften, als bedoeld in de Algemene wet inzake rijksbelastingen, te weten:
hij in de periode van 1 februari 2008 tot en met 15 juni 2010 in Nederland, telkens anders dan als ambtenaar, optredend als lasthebber van [bedrijf 2] in de functie van commissaris, naar aanleiding van hetgeen hij als lasthebber heeft gedaan dan wel zal zou doen, telkens giften, namelijk betalingen van geldbedragen, ontvangen van [bedrijf 1] en [bedrijf 3] , heeft aangenomen en dit aannemen telkens in strijd met de goede trouw heeft verzwegen tegenover zijn lastgever, [bedrijf 2] ;
hij in de periode van 1 juni 2008 tot en met 25 april 2012, te Volendam, telkens van geldbedragen (in totaal 345.000 euro),
Strafbaarheid van het bewezen verklaarde
Strafbaarheid van de verdachte
Oplegging van straffen
first offender.
first offender,een langdurige onvoorwaardelijke gevangenisstraf zoals door de advocaat-generaal gevorderd passend. In het voordeel van de verdachte houdt het hof rekening met het tijdsverloop in de strafzaak. Sinds het eerste verhoor van de verdachte in februari 2012 is ruim zeven jaar verstreken. Daarnaast houdt het hof rekening met de gevorderde leeftijd (73 jaar) van de verdachte. Ook is ter terechtzitting gebleken dat de zaak negatieve gevolgen heeft gehad voor de verdachte in de kleine gemeenschap waartoe hij en ook zijn familie behoort. Om die redenen zal het hof een kortere, geheel voorwaardelijke gevangenisstraf opleggen en voorts met de maximaal mogelijke taakstraf volstaan.
Toepasselijke wettelijke voorschriften
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
4 (vier) maanden.
2 (twee) jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.
taakstrafvoor de duur van
240 (tweehonderdveertig) uren, indien niet naar behoren verricht te vervangen door
120 (honderdtwintig) dagen hechtenis.