Uitspraak
Onderzoek van de zaak
Tenlastelegging
hij op of omstreeks 28 juni 2018 te Amsterdam, in elk geval in Nederland, met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening heeft weggenomen een mobiele telefoon, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 2], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte, welke diefstal werd voorafgegaan en/of vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of bedreiging met geweld tegen voornoemde [slachtoffer 2], gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf de vlucht mogelijk te maken en/of het bezit van het gestolene te verzekeren, welk geweld en/ f welke bedreiging met geweld hierin bestond(en) dat hij, verdachte, op voornoemde [slachtoffer 2] is afgefietst en/of (vervolgens) (met kracht) de mobiele telefoon uit de handen van voornoemde [slachtoffer 2] heeft gegrist;
hij op of omstreeks 27 juli 2018 te Amsterdam, in elk geval in Nederland, met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening heeft weggenomen een mobiele telefoon, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 3], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte, welke diefstal werd voorafgegaan en/of vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of bedreiging met geweld tegen voornoemde [slachtoffer 3], gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf de vlucht mogelijk te maken, en/of het bezit van het gestolene te verzekeren, welk geweld en/of welke bedreiging met geweld hierin bestond(en) dat hij, verdachte, op voornoemde [slachtoffer 3] is afgefietst en/of (vervolgens) (met kracht) de mobiele telefoon uit de handen van voornoemde [slachtoffer 3] heeft gegrist, waardoor voornoemde [slachtoffer 3] op de grond is gevallen en/of pijn en/of letsel aan haar handpalmen en/of handen heeft bekomen;
hij op of omstreeks 29 augustus 2018 te Amsterdam, in elk geval in Nederland, met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening heeft weggenomen een mobiele telefoon, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 4], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte, welke diefstal werd voorafgegaan en/of vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of bedreiging met geweld tegen voornoemde [slachtoffer 4], gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf de vlucht mogelijk te maken, en/of het bezit van het gestolene te verzekeren, welk geweld en/of welke bedreiging met geweld hierin bestond(en) dat hij, verdachte, op voornoemde [slachtoffer 4] is afgefietst en/of (vervolgens) (met kracht) de mobiele telefoon uit de handen van voornoemde [slachtoffer 4] heeft gegrist.
Vonnis waarvan beroep
Bespreking van een bewijsverweer ten aanzien van feit 4
Bewezenverklaring
hij op 3 augustus 2018 te Amsterdam met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een mobiele telefoon toebehorende aan [slachtoffer 1], welke diefstal werd vergezeld van geweld tegen voornoemde [slachtoffer 1], gepleegd met het oogmerk om die diefstal gemakkelijk te maken, welk geweld hierin bestond dat hij, verdachte, op voornoemde [slachtoffer 1] is afgefietst en met kracht de mobiele telefoon uit de handen van voornoemde [slachtoffer 1] heeft gegrist;
hij op 3 augustus 2018 te Amsterdam zich heeft verzet tegen ambtenaren,
te wetenbrigadier van politie Eenheid Amsterdam [naam 1], en inspecteur van politie Eenheid Amsterdam [naam 2], werkzaam in de rechtmatige oefening van hun bediening, te weten als onderdeel van het Doelgroepenteam (dat zich bezighoudt met de bestrijding van straatcriminaliteit in de binnenstad van Amsterdam), door:
3.
hij op 28 juni 2018 te Amsterdam met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een mobiele telefoon, toebehorende aan [slachtoffer 2], welke diefstal werd vergezeld van geweld tegen voornoemde [slachtoffer 2], gepleegd met het oogmerk om die diefstal gemakkelijk te maken, welk geweld hierin bestond dat hij, verdachte, op voornoemde [slachtoffer 2] is afgefietst en met kracht de mobiele telefoon uit de handen van voornoemde [slachtoffer 2] heeft gegrist;
4.
hij op 27 juli 2018 te Amsterdam met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een mobiele telefoon toebehorende aan [slachtoffer 3], welke diefstal werd vergezeld van geweld tegen voornoemde [slachtoffer 3], gepleegd met het oogmerk om die diefstal gemakkelijk te maken, welk geweld hierin bestond dat hij, verdachte, op voornoemde [slachtoffer 3] is afgefietst en met kracht de mobiele telefoon uit de handen van voornoemde [slachtoffer 3] heeft gegrist, waardoor voornoemde [slachtoffer 3] op de grond is gevallen en pijn aan haar handen heeft bekomen;
hij op 29 augustus 2018 te Amsterdam met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een mobiele telefoon toebehorende aan [slachtoffer 4], welke diefstal werd vergezeld van geweld tegen voornoemde [slachtoffer 4], gepleegd met het oogmerk om die diefstal gemakkelijk te maken, welk geweld hierin bestond dat hij, verdachte, op voornoemde [slachtoffer 4] is afgefietst en met kracht de mobiele telefoon uit de handen van voornoemde [slachtoffer 4] heeft gegrist.
Strafbaarheid van het bewezen verklaarde
Strafbaarheid van de verdachte
Oplegging van straffen
Vorderingen benadeelde partijen
Toepasselijke wettelijke voorschriften
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
18 (achttien) maanden.
€ 500,00 (vijfhonderd euro) ter zake van immateriële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening.
€ 500,00 (vijfhonderd euro) als vergoeding voor immateriële schade, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door
10 (tien) dagen hechtenis, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening, met dien verstande dat de toepassing van die hechtenis de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet opheft.
3 augustus 2018.
€ 1.556,00 (duizend vijfhonderdzesenvijftig euro) bestaande uit € 1.056,00 (duizend zesenvijftig euro) materiële schade en € 500,00 (vijfhonderd euro) immateriële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening.
€ 1.556,00 (duizend vijfhonderdzesenvijftig euro) bestaande uit € 1.056,00 (duizend zesenvijftig euro) materiële schade en € 500,00 (vijfhonderd euro) immateriële schade, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door
25 (vijfentwintig) dagen hechtenis, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening, met dien verstande dat de toepassing van die hechtenis de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet opheft.
27 juli 2018.
€ 259,00 (tweehonderdnegenenvijftig euro) ter zake van materiële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening.
€ 259,00 (tweehonderdnegenenvijftig euro) als vergoeding voor materiële schade, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door
5 (vijf) dagen hechtenis, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening, met dien verstande dat de toepassing van die hechtenis de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet opheft.
29 augustus 2018.