In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 16 december 2020 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Noord-Holland. De verdachte, geboren in 1982, werd beschuldigd van bedreiging van een politieambtenaar, [verbalisant 1], op 27 december 2016 te Zaandijk. De tenlastelegging hield in dat de verdachte dreigende woorden had geuit richting [verbalisant 1], waarbij hij zei: 'ik ga je pakken, ik sla je helemaal in elkaar'. De verdachte stelde dat deze woorden gericht waren aan zijn ex-vriendin, [slachtoffer], en niet aan de verbalisant. Het hof oordeelde echter dat, gezien de context van de situatie, de verdachte op zijn minst voorwaardelijk opzet had op de bedreiging van de verbalisant. Het hof vernietigde het eerdere vonnis en verklaarde het bewezen dat de verdachte de bedreiging had geuit. De verdachte werd veroordeeld tot een taakstraf van 24 uren, die voorwaardelijk werd opgelegd, met een proeftijd van twee jaar. Het hof benadrukte de ernst van de bedreiging tegen een politieambtenaar en het gebrek aan respect voor het openbaar gezag.