ECLI:NL:GHAMS:2020:4083
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak van heling van een bromfiets na onderzoek van de omstandigheden rondom de aanhouding
In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 15 september 2020 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam. De verdachte was beschuldigd van heling van een bromfiets, die hij op 23 mei 2019 in Amsterdam zou hebben verworven, voorhanden gehad of overgedragen, terwijl hij wist of redelijkerwijs had moeten vermoeden dat het een door misdrijf verkregen goed betrof. Tijdens de zittingen in hoger beroep op 9 juni en 1 september 2020 heeft de verdachte verklaard dat hij zich niet schuldig heeft gemaakt aan heling en dat hij niet op de hoogte was van de geforceerde staat van het contactslot van de bromfiets. Het hof heeft de verklaringen van de verdachte en de omstandigheden van de aanhouding zorgvuldig gewogen. De verbalisant die de verdachte aanhield, kon zich niet herinneren of de verdachte had gezegd dat de scooter zonder sleutel kon worden gestart, en er waren twijfels over de waarnemingen van de verbalisant met betrekking tot het beenkleed van de bromfiets. Het hof concludeerde dat niet met voldoende zekerheid kon worden vastgesteld dat de verdachte had moeten vermoeden dat de bromfiets van misdrijf afkomstig was. Daarom werd de verdachte vrijgesproken van de tenlastelegging. Daarnaast werd de vordering tot tenuitvoerlegging van een eerder opgelegde voorwaardelijke jeugddetentie afgewezen, nu de verdachte werd vrijgesproken van het tenlastegelegde.