ECLI:NL:GHAMS:2020:786

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
10 februari 2020
Publicatiedatum
13 maart 2020
Zaaknummer
23-000317-19
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Bevestiging vonnis in hoger beroep betreffende diefstal van een track and trace-fiets

In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 10 februari 2020 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Noord-Holland. De verdachte, geboren in 1973 en thans gedetineerd in Detentiecentrum Zeist, was eerder veroordeeld voor diefstal van een track and trace-fiets, eigendom van de Stichting Aanpak Voertuig Criminaliteit. De diefstal vond plaats op 23 juli 2018, toen de fiets, die op 15 juli 2018 was gestald bij het treinstation in Heerhugowaard, werd weggenomen. De verdachte werd op heterdaad betrapt terwijl hij met de fiets op het perron stond, vlakbij een naderende trein. Het hof heeft de bewijsvoering van de politierechter bevestigd, maar de strafmotivering aangepast. De verdachte had verklaard de fiets uit veiligheidsoverwegingen te willen verplaatsen, maar het hof achtte deze verklaring onaannemelijk en concludeerde dat hij de fiets met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening had weggenomen. De politierechter had de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van twee weken, een straf die het hof in hoger beroep heeft bevestigd. Het hof heeft daarbij rekening gehouden met de ernst van het feit, de omstandigheden waaronder het was begaan en de eerdere veroordelingen van de verdachte voor soortgelijke feiten.

Uitspraak

afdeling strafrecht
parketnummer: 23-000317-19
datum uitspraak: 10 februari 2020
TEGENSPRAAK
Arrest van het gerechtshof Amsterdam gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Noord-Holland van 25 januari 2019 in de strafzaak onder parketnummer 15-146054-18 tegen
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedag] 1973,
thans uit anderen hoofde gedetineerd in Detentiecentrum Zeist te Soesterberg.

Onderzoek van de zaak

Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep van 27 januari 2020 en, overeenkomstig het bepaalde bij artikel 422, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering, naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in eerste aanleg.
Tegen voormeld vonnis is namens de verdachte hoger beroep ingesteld.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal en van hetgeen door de verdachte en de raadsvrouw naar voren is gebracht.

Vonnis waarvan beroep

Het hof verenigt zich met het vonnis waarvan beroep en zal dit derhalve bevestigen, met dien verstande dat het hof de bewijsvoering vervangt door de onderstaande, onderstaande strafmotivering in de plaats stelt van die van de politierechter en rekening houdt met het bepaalde in artikel 63 van het Wetboek van Strafrecht.

Bewijsvoering

Bewijsmiddelen
1. Een proces-verbaal van aangifte van 24 juli 2018, in de wettelijke vorm opgemaakt door de bevoegde opsporingsambtenaar [verbalisant 1] (p. 3-5), inhoudende als de verklaring van [getuige], zakelijk weergegeven:
Ik doe namens de Stichting Aanpak Voertuig Criminaliteit aangifte van diefstal van een track and trace- fiets van het merk Batavus met framenummer [nummer]. Deze fiets is eigendom van de stichting. Op 15 juli 2018 is de fiets gestald bij het treinstation aan de Handelsstraat te Heerhugowaard. Deze werd geplaatst in het eerste lange fietsenrek, gezien vanaf de kiosk. De fiets is afgesloten, de sleutel [zat] nog wel in het beugelslot. Op 23 juli 2018 te 22.23 uur is de fiets weggenomen. Aan niemand werd het recht of de toestemming gegeven tot het plegen van het feit.
2. Een proces-verbaal van bevindingen van 24 juli 2018, in de wettelijke vorm opgemaakt door de bevoegde opsporingsambtenaar [verbalisant 2] (p. 12-13), inhoudende als relaas van de verbalisant, zakelijk weergegeven:
Op 23 juli 2018 omstreeks 22.23 uur ben ik - in burger gekleed - in de richting van de Handelsstraat te Heerhugowaard gereden. Mij was bekend dat er een track and trace-fiets was geparkeerd in de fietsenstalling aan de achterzijde van het treinstation aan de Handelsstraat. Brigadier van politie [getuige] was belast met het uitlezen van de GPS-apparatuur die in de fiets was geplaatst. Omstreeks genoemd tijdstip kreeg ik van [getuige] te horen dat de bewuste fiets in beweging was. Vervolgens hoorde ik van [getuige] dat de fiets stilstond op het perron aan de zijde van de Handelsstraat. Omstreeks 22.30 uur bevond ik mij op het perron van spoor 1. Daar zag ik twee mannen op een bankje zitten. Persoon 1, een kale man, bleek later te zijn [verdachte], geboren op [geboortedag] 1973. Persoon 2 bleek later te zijn [medeverdachte]. Aan het begin van perron 1 zag ik hoofdagent van politie [verbalisant 1] staan. Ik liep het perron op langs [verdachte] en [medeverdachte]. Ik zag op ongeveer vier meter afstand van waar [verdachte] en [medeverdachte] zaten, een fiets tegen een pilaar staan. Ik herkende de fiets als de genoemde track and trace-fiets, van welke fiets ik eerder een foto had bekeken. Ik zag dat er verder geen andere personen op spoor 1 waren. Ik hoorde [getuige], met wie ik in verbinding stond, zeggen dat de eerstvolgende trein om 22.46 uur op spoor 1 zou aankomen. Omstreeks 22.46 uur zag ik dat [medeverdachte] naar het noorden keek. Dit was de richting waaruit de aankomende trein vandaan zou komen. Ik zag dat [verdachte] ook opstond en ook in de richting van het noorden keek. Ik zag dat [verdachte] zich omdraaide en in de richting van de track and trace-fiets liep. Ik zag dat [verdachte] met twee handen het stuur van de fiets beetpakte. Ik zag dat hij met de fiets in zijn hand richting [medeverdachte] liep. Ik zag dat zij beiden op het perron dichter bij het spoor gingen staan. Ik besloot samen met Van der Meer tot aanhouding over te gaan. Ik ben naar [verdachte] toegelopen. Ik zag dat [verdachte] rechtop stond en de fiets nog steeds met beide handen aan het stuur vasthad. Ik zag dat de trein op dat moment stil kwam te staan op spoor 1.
3. Een proces-verbaal van bevindingen van 24 juli 2018, in de wettelijke vorm opgemaakt door de bevoegde opsporingsambtenaar [verbalisant 1] (p. 10-11), inhoudende als relaas van de verbalisant, zakelijk weergegeven:
Op 23 juli 2018 bevond ik mij in burger gekleed in Heerhugowaard. Mij was bekend dat op 15 juli 2018 een track and trace-fiets was geparkeerd bij het treinstation aan de Handelsstraat te Heerhugowaard. Om 22.23 uur kreeg ik van brigadier [getuige] te horen dat de track and trace-fiets in beweging was. Hierop ben ik direct in de richting van het treinstation gereden. Ik hoorde portofonisch dat hoofdagent [verbalisant 2] ook die kant op ging. Vervolgens hoorde ik portofonisch van [getuige] dat hij op het GPS-uitleesapparaat zag dat de fiets was verplaatst van de fietsenstalling naar het perron van spoor 1 en daar stil was blijven staan. Ik kwam omstreeks 22.30 uur ter plaatse. Ik had telefonisch verbinding met [verbalisant 2]. Omstreeks 22.46 uur zag ik dat een trein kwam aanrijden richting spoor 1. Ik hoorde van [verbalisant 2] dat een persoon de track and trace-fiets pakte. [verbalisant 2] en ik besloten tot aanhouding over te gaan. [verbalisant 2] en ik liepen naar een kale man met de fiets. De kale man bleek [verdachte] te zijn. Ik hoorde [verbalisant 2] tegen [verdachte] zeggen dat hij was aangehouden. Ik zag dat de beugel van het slot van de fiets met framenummer [nummer] geopend was. De sleutel zat in het slot.
Bewijsoverweging
De raadsvrouw heeft zich op de terechtzitting in hoger beroep op het standpunt gesteld dat de verdachte van het tenlastegelegde moet worden vrijgesproken. Daartoe is - kort gezegd - aangevoerd dat de verdachte niet heeft gehandeld met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening.
Het hof overweegt als volgt.
Uit de bewijsmiddelen volgt dat de verdachte op 23 juli 2018 omstreeks 22:46 uur op het treinstation van Heerhugowaard is aangehouden, terwijl hij met een lokfiets op het perron van spoor 1 richting een naderende trein liep. Deze lokfiets was 23 minuten daarvoor, te weten om 22:23 uur, weggenomen bij de fietsenstalling van het treinstation. Tussen die tijdstippen is de lokfiets verplaatst van de fietsenstalling naar het perron van spoor 1 van het treinstation. Politieambtenaar [verbalisant 2] heeft gezien dat de lokfiets daar tegen een pilaar stond. Op ongeveer vier meter afstand van de fiets zaten de verdachte en een andere man op een bankje. Er waren geen andere personen op het perron. Op het moment dat de trein naderde, zag [verbalisant 2] dat de verdachte naar de lokfiets liep, met twee handen het stuur vastpakte en richting het spoor (en dus de naderende trein) liep.
De verdachte heeft ten overstaan van de politie verklaard dat hij de fiets had gepakt, op het stuur ging hangen en een paar meter met de fiets liep omdat hij zich verveelde. Op de terechtzitting in hoger beroep heeft hij het hof voorgehouden dat hij de fiets (met sleutel) op het perron zag staan en deze uit veiligheidsoverwegingen wilde verplaatsen naar het wachtershuisje.
Het hof schuift de lezingen van de verdachte als onaannemelijk terzijde. Allereerst lopen deze niet met elkaar in de pas, maar bovendien kan geen van beide worden gerijmd met de waarnemingen van de politie. Ook overigens bevat het dossier geen solide aanknopingspunt voor de veronderstelling dat een ander de lokfiets uit de stalling heeft weggenomen.
Gelet op de hiervoor geschetste feitelijke toedracht en het korte tijdsbestek tussen het moment waarop de lokfiets uit de stalling is gehaald en het moment dat de verdachte met die fiets is aangetroffen, staat voor het hof vast dat de verdachte degene is die de fiets uit de stalling heeft gepakt en deze met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen. Daarom acht het hof de tenlastegelegde diefstal wettig en overtuigend bewezen.

Oplegging van straf

De politierechter in de rechtbank Noord-Holland heeft de verdachte voor het in eerste aanleg bewezen verklaarde veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van twee weken met aftrek van voorarrest.
De advocaat-generaal heeft gevorderd dat de verdachte zal worden veroordeeld tot dezelfde straf als door de rechter in eerste aanleg opgelegd.
Het hof heeft in hoger beroep bij de beoordeling van de strafoplegging gelet op de ernst van het feit en de omstandigheden waaronder dit is begaan en gelet op de persoon van de verdachte. Het hof heeft daarbij in het bijzonder het volgende in beschouwing genomen.
De verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan de diefstal van een lokfiets. Hij heeft daarmee blijk gegeven weinig respect te hebben voor andermans eigendom.
Blijkens een de verdachte betreffend uittreksel uit de Justitiële Documentatie van 15 januari 2020 is hij diverse malen eerder voor diefstal onherroepelijk veroordeeld, ook tot gevangenisstraffen. Het hof is daarom met de politierechter van oordeel dat niet kan worden volstaan met een andere dan een vrijheidsbenemende straf van twee weken. In hetgeen de raadsvrouw omtrent de persoonlijke situatie van de verdachte heeft aangevoerd, ziet het hof geen aanleiding een andersoortige of een lagere straf op te leggen. De omstandigheid dat aan de verdachte in een andere zaak bij vonnis van 28 juni 2019 de ISD-maatregel is opgelegd, noopt evenmin tot een andere uitkomst, omdat de duur van de gevangenisstraf de tijd die de verdachte (in de onderhavige zaak) reeds in voorarrest heeft doorgebracht niet overstijgt.
Het hof acht, alles afwegende, een gevangenisstraf als opgelegd door de politierechter passend en geboden.

BESLISSING

Het hof:
Bevestigt het vonnis waarvan beroep, met inachtneming van het hiervoor overwogene.
Dit arrest is gewezen door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof Amsterdam, waarin zitting hadden mr. A.M. van Woensel, mr. F.M.D. Aardema en mr. J.J.I. de Jong, in tegenwoordigheid van
mr. S. Bonset, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van dit gerechtshof van
10 februari 2020.
De griffier is buiten staat dit arrest te ondertekenen.
=========================================================================
[…]