ECLI:NL:GHAMS:2021:1151

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
26 april 2021
Publicatiedatum
26 april 2021
Zaaknummer
23-002479-18
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Bevestiging vonnis in hoger beroep tegen vonnis rechtbank Noord-Holland

Op 26 april 2021 heeft het Gerechtshof Amsterdam uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank Noord-Holland, dat op 26 juni 2018 was gewezen in de strafzaak met parketnummer 15-810098-16. De verdachte, geboren in 1997, was in hoger beroep gekomen tegen het eerder uitgesproken vonnis. Het hof heeft het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep op 13 april 2021 gehouden, waarbij het hof kennisnam van de vordering van de advocaat-generaal en de argumenten van de verdachte en zijn raadsman. De advocaat-generaal had gevorderd dat de verdachte zou worden vrijgesproken. Na het horen van de getuige en het bestuderen van de Justitiële Documentatie van de verdachte, heeft het hof geconcludeerd dat het onderzoek in hoger beroep niet tot andere inzichten heeft geleid dan de rechtbank eerder had. Het hof heeft daarom het vonnis waarvan beroep bevestigd. De uitspraak is gedaan door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof, waarbij de rechters M.J.A. Duker, M.F.J.M. de Werd en M.A.H. van Dalen-van Bekkum zitting hadden. Het arrest is uitgesproken op de openbare terechtzitting van 26 april 2021, waarbij de griffier mr. S. Bor aanwezig was. De rechters Duker en Van Dalen-van Bekkum waren buiten staat om het arrest te ondertekenen.

Uitspraak

afdeling strafrecht
parketnummer: 23-002479-18
datum uitspraak: 26 april 2021
TEGENSPRAAK
Arrest van het gerechtshof Amsterdam gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de rechtbank Noord-Holland van 26 juni 2018 in de strafzaak onder parketnummer 15-810098-16 tegen:
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedag] 1997,
adres: [adres].

Onderzoek van de zaak

Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep van 13 april 2021 en, overeenkomstig het bepaalde bij artikel 422, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering, naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in eerste aanleg.
Het openbaar ministerie heeft hoger beroep ingesteld tegen voormeld vonnis.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal en van hetgeen door de verdachte en de raadsman naar voren is gebracht.

Vordering advocaat-generaal

De advocaat-generaal heeft gevorderd dat de verdachte zal worden vrijgesproken.

Vonnis waarvan beroep

Het hof verenigt zich met het vonnis waarvan beroep en zal dit derhalve bevestigen na acht te hebben geslagen op een ter terechtzitting in hoger beroep afgelegde verklaring van getuige [getuige] en op de Justitiële Documentatie van de verdachte van 31 maart 2021. Het onderzoek in hoger beroep heeft het hof niet tot andere inzichten gebracht dan de rechtbank.

BESLISSING

Het hof:
Bevestigt het vonnis waarvan beroep met inachtneming van het hiervoor overwogene.
Dit arrest is gewezen door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof Amsterdam, waarin zitting hadden mr. M.J.A. Duker, mr. M.F.J.M. de Werd en mr. M.A.H. van Dalen-van Bekkum, in tegenwoordigheid van mr. S. Bor, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van dit gerechtshof van 26 april 2021.
Mrs. M.J.A. Duker en M.A.H. van Dalen-van Bekkum zijn buiten staat dit arrest te ondertekenen.