Uitspraak
GERECHTSHOF AMSTERDAM
1.MEVROUW MR. [X] B.V. ,
[Y] EXPLOITATIE B.V.,
1.Het geding in hoger beroep
2.Feiten
3.Beoordeling
i) de vordering van [X] erkend tot een bedrag van € 234.609,85, te vermeerderen met rente en (ii) afgewezen de gevorderde erkenning van de preferente vordering van [de maatschap] wat betreft [X] . De rechtbank heeft het beroep van [X] op art. 3:45 BW gehonoreerd.
grief II. Aangezien grief II voortbouwt op grief I, behoeft dat geen afzonderlijke bespreking.
grief IIIbetoogt [de maatschap] dat de hypotheekverlening niet met een beroep op art. 3:45 BW vernietigd kan worden omdat niet is voldaan aan het daarvoor geldende vereiste van wetenschap van benadeling. Volgens [de maatschap] is de hypotheekverlening een rechtshandeling anders dan om niet als bedoeld in artikel 3:45 lid 2 BW, zodat wetenschap van benadeling bij zowel [Y] als [de maatschap] is vereist.