ECLI:NL:GHAMS:2021:3244

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
3 september 2021
Publicatiedatum
29 oktober 2021
Zaaknummer
23-001437-21
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Hoger beroep inzake diefstal in vereniging door middel van inklimming

In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 3 september 2021 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Den Haag, dat op 27 augustus 2020 was gewezen. De verdachte, geboren in 1992 te [geboorteplaats], werd beschuldigd van diefstal in vereniging door middel van inklimming. De feiten vonden plaats in de periode van 3 juni 2020 tot en met 4 juni 2020 in 's-Gravenhage. Het hof heeft vastgesteld dat de verdachte zich toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van inklimming, wat valt onder artikel 311 van het Wetboek van Strafrecht. Het hof heeft het vonnis van de eerste aanleg vernietigd en de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van twee maanden. De uitspraak is gedaan in verstek, wat betekent dat de verdachte niet aanwezig was tijdens de zitting. De beslissing van het hof is definitief en de verdachte moet de opgelegde straf ondergaan.

Uitspraak

afdeling strafrecht
parketnummer eerste aanleg : 09-147470-20
parketnummer hoger beroep : 23-001437-21
VERSTEK
Arrest van het gerechtshof Den Haag, enkelvoudige strafkamer, van 3 september 2021 gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Den Haag van 27 augustus 2020 in de zaak tegen de verdachte:
naam: [verdachte]
voornamen: [verdachte]
geboren: op [geboortedag] 1992 te [geboorteplaats] ([geboorteland])
adres: [adres].

Kwalificatie van het bewezenverklaarde

Het bewezenverklaarde levert op:
diefstal door twee of meer verenigde personen, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van inklimming.
gepleegd
in of omstreeks de periode van 3 juni 2020 tot en met 4 juni 2020 te 's-Gravenhage.

Toepasselijke wettelijke voorschriften

artikel 311 van het Wetboek van Strafrecht.

BESLISSING

Het hof:
Vernietigt het vonnis waarvan beroep en doet opnieuw recht:
Veroordeelt de verdachte tot een
gevangenisstrafvoor de duur van
2 (twee) maanden.
Gewezen door mr. M.F.J.M. de Werd, in bijzijn van mr. B. van Vliet, griffier.
mr. M.F.J.M. de Werd