Uitspraak
[verdachte]
Gerechtshof Amsterdam
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 9 februari 2021 uitspraak gedaan in het hoger beroep van de verdachte, die in eerste aanleg door de politierechter in de rechtbank Amsterdam was veroordeeld. De zaak betreft het parketnummer 23-002358-20, dat is ingesteld tegen een vonnis van 20 oktober 2020. De verdachte is niet-ontvankelijk verklaard in het hoger beroep, omdat er geen schriftelijke grieven zijn ingediend en er ook geen mondelinge bezwaren tegen het vonnis zijn opgegeven. Het hof heeft vastgesteld dat er geen rechtens te respecteren belang is dat zou rechtvaardigen dat de zaak verder wordt onderzocht. Dit is in lijn met artikel 416, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering, dat bepaalt dat een verdachte niet-ontvankelijk kan worden verklaard in het hoger beroep indien er geen grieven zijn ingediend. De beslissing van het hof is dat de verdachte niet-ontvankelijk wordt verklaard in het ingestelde hoger beroep.