In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 14 september 2021 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Noord-Holland, gewezen op 12 maart 2020. De verdachte is beschuldigd van bedreiging met enig misdrijf tegen het leven gericht en eenvoudige belediging van een ambtenaar tijdens de rechtmatige uitoefening van zijn functie. De feiten vonden plaats op 4 oktober 2019 en 3 januari 2020 in Alkmaar. Het hof heeft het vonnis van de politierechter vernietigd en opnieuw recht gedaan. De verdachte is veroordeeld tot een voorwaardelijke taakstraf van 40 uur en 20 dagen hechtenis, met een proeftijd van 2 jaar. De taakstraf zal niet ten uitvoer worden gelegd, tenzij de verdachte zich voor het einde van de proeftijd schuldig maakt aan een strafbaar feit. Daarnaast zijn er vorderingen van benadeelde partijen behandeld. De vordering van benadeelde partij 1 is niet-ontvankelijk verklaard, terwijl de vordering van benadeelde partij 2 tot schadevergoeding van € 50,00 is toegewezen. Het hof heeft ook de verplichting opgelegd aan de verdachte om dit bedrag te betalen aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer. De vorderingen van de officier van justitie tot tenuitvoerlegging van eerder opgelegde straffen zijn afgewezen. De verdachte en de advocaat-generaal hebben afstand gedaan van het recht om beroep in cassatie in te stellen.