ECLI:NL:GHAMS:2021:4460

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
4 oktober 2021
Publicatiedatum
30 november 2022
Zaaknummer
23-001353-21
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door Lexboost • Automatisch gegenereerd

Vrijspraak in hoger beroep voor bezit van hasj

Op 4 oktober 2021 heeft het Gerechtshof Amsterdam uitspraak gedaan in een hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Den Haag. De zaak betreft de verdachte, geboren in 1986, die werd beschuldigd van het bezit van hasj. Het hof heeft het vonnis van de politierechter vernietigd en geoordeeld dat niet bewezen is dat de verdachte het tenlastegelegde heeft begaan. Hierdoor is de verdachte vrijgesproken van de beschuldiging.

Daarnaast heeft het hof de vordering van de officier van justitie, die strekte tot tenuitvoerlegging van een eerder opgelegde voorwaardelijke gevangenisstraf van twee maanden, afgewezen. Deze vordering was gebaseerd op een arrest van het gerechtshof Den Haag van 15 mei 2017. De advocaat-generaal heeft tijdens de zitting afstand gedaan van het recht om beroep in cassatie in te stellen.

De uitspraak van het hof is van belang voor de rechtspraktijk, omdat het aantoont dat in hoger beroep de bewijsvoering opnieuw wordt beoordeeld en dat vrijspraak mogelijk is, zelfs na eerdere veroordelingen. Het hof heeft hiermee de rechtsbescherming van de verdachte versterkt.

Uitspraak

afdeling strafrecht
parketnummer(s) eerste aanleg : 09-138153-19 en 22-004024-15 (TUL)
parketnummer hoger beroep : 23-001353-21

TEGENSPRAAK

Arrest van het gerechtshof Den Haag, zitting houdend te Amsterdam, enkelvoudige strafkamer, van
4 oktober 2021, gewezen op het hoger beroep ingesteld tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Den Haag van 29 juli 2019 in de zaak tegen de verdachte:
naam: [verdachte01]
voornamen: [verdachte01]
geboren: op [geboortedatum01] 1986 te [geboorteplaats01]
adres: [adres01] .

BESLISSING

Het hof:
Vernietigt het vonnis waarvan beroep en doet opnieuw recht:
Verklaart niet bewezen dat de verdachte het tenlastegelegde heeft begaan en spreekt de verdachte daarvan vrij.
Wijst af de vordering van de officier van justitie in het arrondissement te Den Haag van 27 juni 2019, strekkende tot tenuitvoerlegging van de bij arrest van het gerechtshof Den Haag van 15 mei 2017, parketnummer 22-004024-15, voorwaardelijk opgelegde gevangenisstraf voor de duur van 2 maanden.
Gewezen door mr. M.J.A. Duker, in bijzijn van mr. S. Geensen, griffier.
mr. M.J.A. Duker
De advocaat-generaal heeft ter terechtzitting afstand gedaan van het recht beroep in cassatie in te stellen.