ECLI:NL:GHAMS:2022:1603

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
25 mei 2022
Publicatiedatum
30 mei 2022
Zaaknummer
23-002315-21
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Opzettelijke invoer van bijna acht kilogram cocaïne op de luchthaven Schiphol met bevestiging van het vonnis en oplegging van gevangenisstraf

In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 25 mei 2022 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank Noord-Holland, locatie Haarlem, van 3 augustus 2021. De verdachte, geboren in 1966 en thans gedetineerd in de Penitentiaire Inrichting Zaanstad, was aangeklaagd voor de opzettelijke invoer van bijna acht kilogram cocaïne op de luchthaven Schiphol. Het hof bevestigde het vonnis van de rechtbank, waarbij een gevangenisstraf van 44 maanden was opgelegd, met aftrek van voorarrest.

Tijdens de zitting in hoger beroep op 13 mei 2022 heeft de advocaat-generaal gevorderd dat het hof het vonnis zou bevestigen, met aanvulling en verbetering van de gronden. De verdediging voerde aan dat de verdachte ten onrechte was aangeklaagd, omdat hij onder invloed van zware slaapmedicatie verkeerde en per ongeluk de verkeerde koffer had gepakt. Het hof oordeelde echter dat dit verweer een herhaling was van eerder gevoerde verweren en verwierp het.

Daarnaast deed de verdediging een voorwaardelijk verzoek om een getuige te horen die in een andere zaak had verklaard over een telefoonnummer dat in verband zou staan met de verdachte. Het hof verwierp dit verzoek, omdat de noodzaak hiertoe niet was aangetoond. Het hof oordeelde dat de verdachte niet geloofwaardig was in zijn verklaring over het telefoonnummer, gezien het aantal contacten op de dag van zijn uitreis.

Het hof heeft het vonnis van de rechtbank bevestigd, waarbij het hof de bewijsmiddelen heeft aangevuld en vervangen. De uitspraak is gedaan door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof Amsterdam, met de griffier aanwezig. De oudste en jongste raadsheer waren buiten staat om het arrest mede te ondertekenen.

Uitspraak

afdeling strafrecht
parketnummer: 23-002315-21
datum uitspraak: 25 mei 2022
TEGENSPRAAK
Arrest van het gerechtshof Amsterdam gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de meervoudige strafkamer van de rechtbank Noord-Holland, locatie Haarlem van 3 augustus 2021 in de strafzaak onder parketnummer 15-126375-21 tegen:
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] ([geboorteland]) op [geboortedag] 1966,
thans gedetineerd in de Penitentiaire Inrichting Zaanstad te Westzaan.
Onderzoek van de zaak
Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep van 13 mei 2022 en, overeenkomstig het bepaalde bij artikel 422, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering, naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in eerste aanleg.
Tegen voormeld vonnis is namens de verdachte hoger beroep ingesteld.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal en van hetgeen de verdachte en de raadsvrouw naar voren hebben gebracht.
De advocaat-generaal heeft gevorderd dat het hof het vonnis waarvan beroep zal bevestigen met aanvulling en verbetering van de gronden.
Vonnis waarvan beroep
Het hof verenigt zich met het vonnis waarvan beroep en zal dit derhalve bevestigen met dien verstande dat het hof:
  • het ter terechtzitting in hoger beroep door de verdediging gevoerde verweer bespreekt, evenals het aldaar gedane voorwaardelijk verzoek van de verdediging;
  • bewijsmiddelen 2 en 3 aanvult op na te noemen wijze, bewijsmiddel 5 vervangt door het hierna op te nemen bewijsmiddel 5 en bewijsmiddel 6 toevoegt.
Bespreking verweer en voorwaardelijk verzoek
Bespreking verweer
De raadsvrouw heeft in hoger beroep betoogd dat de verdachte moet worden vrijgesproken. De verdachte gebruikt zware slaapmedicatie bij vluchten en was nog versuft, waardoor hij de verkeerde koffer heeft gepakt en bij de douane in eerste instantie een andere verklaring heeft afgelegd. De koffer bevat ook geen labels, documenten of foto’s die aan de verdachte zijn te linken, hetgeen bevestigt dat het niet zijn koffer was.
Het hof overweegt dat het door de verdediging in hoger beroep gevoerde betoog een herhaling betreft van reeds in eerste aanleg gevoerde verweren. Het hof verenigt zich met het oordeel van de rechtbank dienaangaande en neemt dit over. Het verweer wordt mitsdien verworpen.
Bespreking voorwaardelijk verzoek
Voor zover het hof tot een bewezenverklaring komt, heeft de verdediging het voorwaardelijk verzoek gedaan tot het horen van de in het dossier voorkomende getuige, die op 23 september 2019 in een andere zaak heeft verklaard dat de gebruiker van het telefoonnummer [telefoonnummer] de leverancier dan wel opdrachtgever van de verdovende middelen is. Nu de telefoon van de verdachte op 11 mei 2021 meermaals contact heeft gehad met voornoemd telefoonnummer, wil de raadsvrouw de juistheid van de belastende uitleg van deze telefonisch contactmomenten toetsen. Mogelijk was het telefoonnummer [telefoonnummer] op 11 mei 2021 inmiddels bij iemand anders in gebruik of houdt de gebruiker van dit telefoonnummer zich, naast verdovende middelen, bezig met landbouw, het werkgebied van de verdachte.
Het hof verwerpt dit verzoek van de raadsvrouw omdat de noodzaak hiertoe niet is gebleken. Daarbij overweegt het hof het volgende. De verdachte heeft verklaard dat hij niet weet wie de gebruiker is van het betreffende nummer, terwijl hij op 11 mei 2021 vijftien keer telefonisch contact heeft gehad met dit nummer. Het hof acht dit ongeloofwaardig, temeer nu de verdachte op 13 mei 2021 heeft verklaard dat alleen hij gebruikmaakt van zijn telefoon. De getuige heeft op 23 september 2019 in een andere zaak verklaard dat het nummer in ieder geval destijds aan de leverancier dan wel opdrachtgever van verdovende middelen toebehoorde. Voor een bewezenverklaring van invoer van cocaïne in onderhavige zaak hoeft niet te worden bewezen dat het nummer ook op 11 mei 2021 aan bedoelde leverancier toebehoorde. Het hof wijst het voorwaardelijk verzoek daarom af.
Bewijsmiddelen

2. Aan bewijsmiddel 2 wordt toegevoegd:

- voorafgaand aan de eerste alinea, de alinea:
Door personeel van de Douane werd op 12 mei 2021 bij verdachte [verdachte] in zijn
handbagage cocaïne aangetroffen in diverse pakketten voedingsproducten.
- na de laatste alinea, de alinea:
De monsters zijn voorzien van de SIN-nummers: AAOP1075NL, AAOP1076NL,
AAOP1077NL, AAOP1078NL, AAOP1079NL, AAOP1082NL, AAOP1083NL,
AAOP1084NL, AAOP1085NL, AAOP1086NL, AAOP1087NL, AAOP1088NL,
AAOP1089NL.

3.Aan bewijsmiddel 3 wordt toegevoegd, voorafgaand aan de eerste alinea:

Ik zag dertien (13) monsterzakjes, die elk waren voorzien van een SIN-nummer, te weten: AAOP1075NL, AAOP1076NL, AAOP1077NL, AAOP1078NL, AAOP1079NL, AAOP1082NL, AAOP1083NL, AAOP1084NL, AAOP1085NL, AAOP1086NL, AAOP1087NL, AAOP1088NL, AAOP1089NL.
5. Een proces-verbaal met nummer 21-032336/001 van 21 mei 2021, in de wettelijke vorm opgemaakt door de bevoegde opsporingsambtenaren [verbalisant 1] en [verbalisant 2] (los in dossier).
Dit proces-verbaal houdt in, voor zover van belang en zakelijk weergegeven, als
mededeling van verbalisanten (of één of meer van hen):
Op 12 mei 2021 te 10:09 uur werd een mobiele telefoon bij verdachte [verdachte] aangetroffen, deze werd ten behoeve van het onderzoek in beslag genomen.
Op 23 september 2019, werd een verdachte (
het hof begrijpt: niet zijnde [verdachte]) aangehouden ter zake van de invoer van cocaïne met een netto gewicht van 4965,9 gram, met mutatienummer 19-088422 vanuit Paramaribo, Suriname.
Zij verklaarde destijds onder andere het volgende over de gebruiker van het mobiele telefoonnummer [telefoonnummer]:
- Ik heb deze man maar 3 keer gezien, dag van het feest, dag van de koffer en dag van het geld voor de ticket;
- Als ik in Nederland zou zijn zou ik contact opnemen met deze persoon. Deze zou iemand sturen om de drugs op te halen en dan zou ik het geld krijgen;
- Het enige wat hij heeft gezegd is dat als ik er ben, meteen bellen en dan zou hij iemand sturen om het op te halen en het geld te brengen.
Bij de verdachte aangetroffen en in beslaggenomen cocaïne, zat verstopt in verpakkingen te weten onder andere “Agar Dessert mix”, “Zainab Bara mix” en “Zainab Pakora Mix”.
Ik, verbalisant [verbalisant 1], zocht op het mobiele telefoonnummer [telefoonnummer] in de mobiele telefoon van [verdachte]. Ik zag dat in de zogeheten “Call Logs” dat [verdachte] in en uitgaande gesprekken had met het mobiele telefoonnummer [telefoonnummer].
Ik zag dat dit contact niet was opgeslagen in de mobiele telefoon van [verdachte]. Het eerste zichtbare belcontact was op 11 mei 16:44:41 uur en het laatste belcontact was op 11 mei 2021 om 22:08:53 uur (
het hof begrijpt: 22:06:53 uur).
Het was opvallend dat er alleen contact was op 11 mei 2021, de dag van uitreis van [verdachte] van Paramaribo naar Schiphol. En tevens de dag voor de aanhouding van [verdachte] ter zake de invoer van 7983 gram cocaïne.
Call Log gegevens
1 Incoming [telefoonnummer] Date: 11-05-2021 16:44:41 (UTC-0)
4 Incoming [telefoonnummer] Date: 11-05-2021 17:06:55 (UTC-0)
7 Incoming [telefoonnummer] Date: 11-05-2021 17:33:05 (UTC-0)
8 Outgoing [telefoonnummer] Date: 11-05-2021 18:04:01 (UTC-0)
9 Incoming [telefoonnummer] Date: 11-05-2021 18:11:46 (UTC-0)
10 Incoming [telefoonnummer] Date: 11-05-2021 19:28:18 (UTC-0)
11 Incoming [telefoonnummer] Date: 11-05-2021 20:03:27 (UTC-0)
12 Outgoing [telefoonnummer] Date: 11-05-2021 20:04:23 (UTC-0)
13 Incoming [telefoonnummer] Date: 11-05-2021 20:04:25 (UTC-0)
14 Outgoing [telefoonnummer] Date: 11-05-2021 20:37:52 (UTC-0)
16 Outgoing [telefoonnummer] Date: 11-05-2021 21:05:06 (UTC-0)
17 Outgoing [telefoonnummer] Date: 11-05-2021 21:05:48 (UTC-0)
18 Incoming [telefoonnummer] Date: 11-05-2021 21:06:24 (UTC-0)
19 Incoming [telefoonnummer] Date: 11-05-2021 21:29:38 (UTC-0)
20 Outgoing [telefoonnummer] Date: 11-05-2021 21:45:44 (UTC-0)
21 Outgoing [telefoonnummer] Date: 11-05-2021 22:06:53 (UTC-0)
6. Een proces-verbaal met nummer PL27RP/21-032336 van 13 mei 2021, in de wettelijke vorm opgemaakt door de bevoegde opsporingsambtenaren [verbalisant 3] en [verbalisant 4] (doorgenummerde pagina’s 21-29).
Dit proces-verbaal houdt in, voor zover van belang en zakelijk weergegeven, als de op 13 mei 2021 tegenover verbalisanten afgelegde verklaring van
verdachte:
V: vraag welke wordt gesteld door de verbalisant.
A: antwoord welke wordt gegeven door de verdachte.
O: opmerking die gemaakt wordt door de verbalisant over zijn observaties tijdens dit verhoor.
O: Onder u is telecom in beslaggenomen.
V: Wat kunt u daarover verklaren?
A: Het is mijn telefoon.
V: Welke telefoons gebruikt u nog meer?
A: Ik heb er maar eentje.
V: Hoe lang heeft u uw telefoons?
A: Langer dan een jaar.
V: Wie maken er allemaal gebruik van uw telefoon?
A: Ik alleen.
BESLISSING
Het hof:
Bevestigt het vonnis waarvan beroep met inachtneming van het hiervoor overwogene.
Dit arrest is gewezen door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof Amsterdam, waarin zitting hadden mr. W.S. Ludwig, mr. M. Senden en mr. P.C. Verloop, in tegenwoordigheid van mr. N.M. Simons, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van dit gerechtshof van 25 mei 2022.
De oudste raadsheer en de jongste raadsheer zijn buiten staat dit arrest mede te ondertekenen.
=========================================================================
[…]

Voetnoten

1.Bewijsmiddelen zijn niet genummerd in het vonnis, maar het betreft het als 2e , 3e en 5e opgenomen bewijsmiddel in het vonnis.