ECLI:NL:GHAMS:2022:2408

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
18 augustus 2022
Publicatiedatum
18 augustus 2022
Zaaknummer
23-002651-21
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Niet-ontvankelijkheid van de officier van justitie in hoger beroep tegen vrijspraak

In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 3 augustus 2022 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam. De politierechter had de verdachte vrijgesproken van de ten laste gelegde feiten. De officier van justitie heeft tegen deze vrijspraak hoger beroep ingesteld, maar tijdens de zitting op 3 augustus 2022 heeft de advocaat-generaal verklaard dat de grieven tegen het vonnis niet worden gehandhaafd. Dit impliceert dat het openbaar ministerie geen belang meer hecht aan de voortzetting van de behandeling van de strafzaak in hoger beroep.

Het hof heeft vervolgens overwogen dat, nu er geen rechtens te beschermen belang is dat gediend is met de voortgezette behandeling van de zaak, de officier van justitie niet-ontvankelijk dient te worden verklaard in het ingestelde hoger beroep. De beslissing van het hof is genomen in een meervoudige strafkamer, waarbij de rechters W.S. Ludwig, P.C. Römer en M. Senden zitting hadden. De uitspraak is gedaan op de openbare terechtzitting van 3 augustus 2022, waarbij mr. M. Boelens als griffier aanwezig was.

De uitspraak van het hof bevestigt dat het openbaar ministerie geen belang meer heeft bij de voortzetting van het hoger beroep, wat leidt tot de niet-ontvankelijkheid van de officier van justitie. Dit arrest is van belang voor de rechtspraktijk, omdat het de voorwaarden voor ontvankelijkheid in hoger beroep door het openbaar ministerie verduidelijkt.

Uitspraak

afdeling strafrecht
parketnummer: 23-002651-21
datum uitspraak: 3 augustus 2022
TEGENSPRAAK
Arrest van het gerechtshof Amsterdam gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam van 15 september 2021 in de strafzaak onder parketnummer 96-290892-20 tegen
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedag] 1982,
adres: [adres].

Onderzoek ter terechtzitting

Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep van 3 augustus 2022.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal, inhoudende de niet-ontvankelijkverklaring van de officier van justitie in het ingestelde hoger beroep en van hetgeen door de raadsman, die zich heeft aangesloten bij het standpunt van de advocaat-generaal, naar voren is gebracht.

Ontvankelijkheid van het door het openbaar ministerie ingestelde hoger beroep

Tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam, waarbij de verdachte van het ten laste gelegde is vrijgesproken, heeft de officier van justitie hoger beroep ingesteld. De zaak is vervolgens in hoger beroep aan de orde geweest op de rolzitting van 16 maart 2022. Het onderzoek ter terechtzitting is toen geschorst.
De advocaat-generaal heeft ter terechtzitting van 3 augustus 2022 verklaard dat de grieven tegen bovengenoemd vonnis niet worden gehandhaafd. Het hof begrijpt daaruit dat het openbaar ministerie geen belang meer hecht aan voortzetting van de behandeling van de strafzaak in hoger beroep.
Op grond van het vorenstaande is het hof van oordeel dat, nu ook overigens niet is gebleken van enig rechtens te beschermen belang dat is gediend met de voortgezette behandeling van de zaak, de officier van justitie niet-ontvankelijk dient te worden verklaard in het ingestelde hoger beroep.

BESLISSING

Het hof:
Verklaart de officier van justitie niet-ontvankelijk in het hoger beroep.
Dit arrest is gewezen door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof Amsterdam, waarin zitting hadden mr. W.S. Ludwig, mr. P.C. Römer en mr. m. Senden, in tegenwoordigheid van mr. M. Boelens, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van dit gerechtshof van 3 augustus 2022.