ECLI:NL:GHAMS:2022:3788

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
29 september 2022
Publicatiedatum
25 januari 2023
Zaaknummer
200.315.771/01 OK
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Procedures
  • Mondelinge uitspraak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verzoek tot onmiddellijke voorzieningen en onderzoek naar beleid en gang van zaken van vennootschap

In deze zaak heeft de Ondernemingskamer van het Gerechtshof Amsterdam op 29 september 2022 een mondelinge uitspraak gedaan naar aanleiding van een verzoekschrift van de vennootschap met beperkte aansprakelijkheid [A]. [A] verzocht om een onderzoek naar het beleid en de gang van zaken van de vennootschap Ministerie van Voedingszaken B.V. (MvV) en om bepaalde onmiddellijke voorzieningen te treffen. De Ondernemingskamer oordeelde dat [A] ontvankelijk is in haar verzoek, waarbij werd opgemerkt dat de aandeelhouders van MvV, waaronder [A], op 31 augustus 2022 waren opgeroepen voor een aandeelhoudersvergadering die op 8 september 2022 zou plaatsvinden. Deze oproep werd echter ingetrokken, wat leidde tot bezwaren van [A] tegen het beleid van MvV. De Ondernemingskamer concludeerde dat er gegronde redenen zijn om te twijfelen aan een juist beleid en gang van zaken van MvV, vooral gezien het feit dat het bestuursbesluit om aandelen in Foodned om niet over te dragen, niet voldoende was onderbouwd en de belangen van minderheidsaandeelhouders niet in acht zijn genomen.

De Ondernemingskamer heeft vervolgens onmiddellijke voorzieningen getroffen, waaronder de schorsing van Il Re B.V. als bestuurder van MvV en de benoeming van een nieuwe bestuurder. Tevens werd bepaald dat [A] zekerheid moest stellen voor de kosten van de nieuwe bestuurder. De uitspraak is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, en de Ondernemingskamer heeft aangegeven binnen zes weken een beschikking te geven over de overige beslissingen die zijn aangehouden. De voorzitter van de Ondernemingskamer heeft de behandeling ter terechtzitting gesloten en een proces-verbaal van de mondelinge behandeling zal worden opgemaakt.

Uitspraak

proces-verbaal
___________________________________________________________________
GERECHTSHOF AMSTERDAM
ONDERNEMINGSKAMER
zaaknummer: 200.315.771/01 OK
Proces-verbaal van het verhandelde ter openbare terechtzitting van de Ondernemingskamer van het Gerechtshof Amsterdam van 29 september 2022.
Tegenwoordig zijn mr. A.W.H. Vink, voorzitter, mr. C.C. Meijer en mr. J.M. de Jongh, raadsheren, en drs. M.A. Scheltema en prof. drs. E. Eeftink RA, raden, en mr. B.J. Blok, griffier.
Aan de orde is de behandeling van het verzoekschrift van
de vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
[A],
gevestigd te [....] ,
VERZOEKSTER,
advocaten:
mr. M.R.C. van Zoest,
mr. P.E. Hendriksenen
mr. B. van Voorst, allen kantoorhoudende te Amsterdam,
t e g e n
de vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
MINISTERIE VAN VOEDINGSZAKEN B.V.,
gevestigd te Schalkhaar, gemeente Deventer,
VERWEERSTER,
advocaten:
mr. Y.N. Rosina, kantoorhoudende te Naarden, en
mr. G.W. van Bolhuis, kantoorhoudende te Halfweg, gemeente Haarlemmermeer,
e n t e g e n
1. de vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
IL RE B.V.,
gevestigd te Amsterdam,
2. de vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
[D],
gevestigd te [....] ,
BELANGHEBBENDEN,
advocaten:
mr. Y.N. Rosina, kantoorhoudende te Naarden, en
mr. G.W. van Bolhuis, kantoorhoudende te Halfweg, gemeente Haarlemmermeer.
Ter terechtzitting zijn aanwezig:
- [B] , in zijn hoedanigheid van bestuurder van [A] (hierna: [A] ), bijgestaan door mr. Van Zoest en mr. Van Voorst voormeld;
- [C] (hierna: [C] ), in zijn hoedanigheid van bestuurder van [D] (hierna: [D] ), bijgestaan door mr. Rosina en mr. Van Bolhuis voormeld.
[A] heeft in deze procedure de Ondernemingskamer verzocht - kort samengevat - een onderzoek te bevelen naar het beleid en de gang van zaken van Ministerie van Voedingszaken B.V. (hierna: MvV) vanaf 1 december 2021, bepaalde onmiddellijke voorzieningen te treffen en MvV te veroordelen in de kosten. Ter terechtzitting heeft mr. Van Zoest namens [A] de Ondernemingskamer verzocht op de kortst mogelijke termijn uitspraak te doen op het verzoek tot het treffen van onmiddellijke voorzieningen.
Bij verweerschrift hebben MvV, Il Re B.V. (hierna: Il Re) en [D] primair verzocht om [A] niet-ontvankelijk te verklaren in haar verzoek en subsidiair haar verzoek af te wijzen. Meer subsidiair hebben MvV, Il Re en [D] de Ondernemingskamer verzocht bepaalde onmiddellijke voorzieningen te treffen en uiterst subsidiair om de door [A] verzochte onmiddellijke voorzieningen uitsluitend toe te wijzen als [A] zekerheid stelt voor betaling van de kosten daarvan. MvV, Il Re en [D] verzoeken de Ondernemingskamer [A] in alle gevallen te veroordelen in de kosten van het geding.
De advocaten lichten de standpunten van de onderscheiden partijen toe aan de hand van – aan de Ondernemingskamer en de wederpartijen overgelegde – aantekeningen en wat mr. Van Zoest en mr. Van Voorst betreft onder overlegging van op voorhand aan de Ondernemingskamer en de wederpartijen gezonden nadere producties. Partijen en hun advocaten beantwoorden vragen van de Ondernemingskamer en verstrekken inlichtingen.
Partijen maken gebruik van de geboden gelegenheid om te repliceren onderscheidenlijk te dupliceren.
De voorzitter van de Ondernemingskamer schorst tweemaal de behandeling ter terechtzitting.
De voorzitter van de Ondernemingskamer deelt na hervatting van de behandeling na de tweede schorsing als beslissing van de Ondernemingskamer mede dat op de voet van artikel 2:349a lid 3 BW mondeling uitspraak wordt gedaan op de verzochte onmiddellijke voorzieningen.
De Ondernemingskamer doet als volgt mondeling uitspraak:
1. De Ondernemingskamer is voorshands van oordeel dat [A] ontvankelijk is in haar verzoek. [A] , Il Re en [D] houden respectievelijk 47,3%, 39,1% en 13,6% van de aandelen in MvV. Op 31 augustus 2022 zijn de aandeelhouders van MvV, waaronder [A] , opgeroepen voor een aandeelhoudersvergadering te houden op 8 september 2022, met als agendapunt onder andere ‘
goedkeuring (voor zover nodig) van het bestuursbesluit d.d. 26 augustus 2022 tot a. terug leveren van Foodned aandelen (…) dan wel b. tot uitbrengen goedkeurende stem tot intrekking van alle door de MvV gehouden aandelen Foodned’. De oproep voor de aandeelhoudersvergadering is ingetrokken. [A] heeft haar bezwaren tegen het beleid en de gang van zaken bij MvV bij brief van 7 september 2022 aan MvV kenbaar gemaakt. Zij heeft daarbij verzocht te bevestigen dat MvV tot een nieuwe algemene vergadering van aandeelhouders is gehouden of overleg tussen partijen heeft plaatsgevonden, geen uitvoering zal geven aan het bestuursbesluit dat ertoe strekt dat MvV haar aandelen in het kapitaal van Foodned Holding B.V. (hierna: Foodned) om niet zal overdragen. Omdat die bevestiging is uitgebleven heeft [A] zich op 12 september 2022 genoodzaakt gezien haar verzoekschrift in te dienen. In die omstandigheden is de Ondernemingskamer voorshands van oordeel dat de termijn tussen ontvangst van de bezwarenbrief en het indienen van het verzoekschrift niet onredelijk is in de zin van artikel 2:349 lid 1 BW.
2. De Ondernemingskamer doet heden uitsluitend uitspraak met betrekking tot het verzoek tot het treffen van onmiddellijke voorzieningen. Daarbij geldt dat indien nog geen onderzoek is gelast, de Ondernemingskamer slechts onmiddellijke voorzieningen kan treffen als naar haar voorlopig oordeel gegronde redenen bestaan te twijfelen aan een juist beleid en een juiste gang van zaken van de vennootschap en er zwaarwegende redenen zijn die maken dat de toestand van de vennootschap het treffen van die onmiddellijke voorzieningen vereist. Dat is het geval. Redengevend daarvoor is het volgende.
3. Het nagenoeg enig actief van MvV bestond uit de aandelen die zij hield in Foodned. Het overdragen daarvan om niet is een verstrekkend besluit. Een dergelijk verstrekkend besluit vergt een gedegen onderbouwing, waarbij ook de belangen van de minderheidsaandeelhouder in acht worden genomen. De op grond van artikel 2:8 BW in acht te nemen zorgvuldigheid brengt dan mee dat bij de voorbereiding en de totstandkoming van dat besluit de nodige transparantie moet worden betracht en dat de minderheidsaandeelhouder daarbij betrokken moet worden. Daarvan is naar het voorlopig oordeel van de Ondernemingskamer geen sprake geweest. Het bestuursbesluit om mee te werken aan een overdracht van de aandelen aan Foodned is op 26 augustus 2022 door Il Re als bestuurder van MvV genomen. Op 30 augustus 2022 heeft MvV, vertegenwoordigd door Il Re, in de aandeelhoudersvergadering van Foodned haar medewerking verleend aan een besluit van de algemene vergadering van Foodned tot intrekking van de door MvV gehouden aandelen in Foodned. Pas op 31 augustus 2022, is [A] voor het eerst over een dergelijk besluit geïnformeerd door de hiervoor genoemde vermelding in de oproepingsbrief voor de aandeelhoudersvergadering van MvV van 8 september 2022. Op dat moment had, ook volgens het bestuur van MvV, de intrekking van de door MvV gehouden aandelen in Foodned al plaatsgevonden. Dit levert voorshands gegronde redenen op te twijfelen aan een juist beleid en een juiste gang van zaken van MvV.
4. Aan dat voorlopig oordeel draagt bij dat [E] (hierna: [E] ) en [C] , bestuurder en enig aandeelhouder van respectievelijk Il Re en [D] – zonder daarbij [A] te betrekken – samen met de huidig bestuurder van Foodned op 9 en 12 september 2022 een drietal nieuwe vennootschappen hebben opgericht met als doel daarin de resterende activa van Foodned onder te brengen. [E] en [C] houden thans, anders dan [A] , ieder een belang in die nieuwe vennootschappen.
5. Dit alles in onderling verband en samenhang beschouwd leidt tot de slotsom dat voorshands is gebleken van gegronde redenen te twijfelen aan een juist beleid en juiste gang van zaken van MvV, en dat er zwaarwegende redenen zijn die maken dat de toestand van MvV het treffen van onmiddellijke voorzieningen vereist.
Dit leidt tot de volgende beslissing:
De Ondernemingskamer:
schorst, bij wijze van onmiddellijke voorziening en vooralsnog voor de duur van de procedure, met onmiddellijke ingang Il Re B.V. als bestuurder van Ministerie van Voedingszaken B.V.;
benoemt bij wijze van onmiddellijke voorziening met onmiddellijke ingang en vooralsnog voor de duur van de procedure - voor zover nodig in afwijking van de statuten - een nader aan te wijzen en aan partijen bekend te maken persoon tot bestuurder van Ministerie van Voedingszaken B.V. met beslissende stem en bepaalt dat deze bestuurder zelfstandig bevoegd is Ministerie van Voedingszaken B.V. te vertegenwoordigen en dat zonder deze bestuurder Ministerie van Voedingszaken B.V. niet vertegenwoordigd kan worden;
bepaalt dat het salaris en de kosten van de bestuurder voor rekening komen van Ministerie van Voedingszaken B.V. en bepaalt dat [A] - overeenkomstig haar toezegging ter zitting - voor de betaling daarvan ten genoegen van de bestuurder vóór de aanvang van zijn werkzaamheden € 25.000 exclusief btw aan zekerheid dient te stellen;
verbiedt voor de duur van de procedure dat op enige aandeelhoudersvergadering van Ministerie van Voedingszaken B.V. zal worden gestemd over een situatie als bedoeld in artikel 10a van de statuten van Ministerie van Voedingszaken B.V. (zoals opgenomen bij statutenwijziging van 16 augustus 2022);
verklaart deze uitspraak uitvoerbaar bij voorraad;
houdt alle overige beslissingen aan.
De voorzitter meldt dat een proces-verbaal van de mondelinge behandeling met de beslissing zo snel mogelijk zal worden opgemaakt en dat de Ondernemingskamer zo spoedig mogelijk een bestuurder zal aanwijzen. De Ondernemingskamer streeft ernaar binnen zes weken na heden een beschikking te geven met betrekking tot de aangehouden overige beslissingen.
De Ondernemingskamer verzoekt mr. Rosina om de jaarstukken van Foodned die deels zijn overgelegd (productie 9b bij verweerschrift) zo spoedig mogelijk volledig aan de Ondernemingskamer en verzoekster toe te sturen.
De voorzitter sluit de behandeling ter terechtzitting.
Waarvan proces-verbaal,