ECLI:NL:GHAMS:2022:446

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
26 januari 2022
Publicatiedatum
17 februari 2022
Zaaknummer
23-002349-21
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Hoger beroep tegen vonnis van de politierechter inzake opzettelijk handelen in strijd met de Opiumwet

Op 26 januari 2022 heeft het Gerechtshof Amsterdam uitspraak gedaan in een hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam, dat op 12 augustus 2021 was gewezen. De zaak betreft de verdachte, geboren op [geboortedag 1] 1998 te [geboorteplaats 1], die werd beschuldigd van opzettelijk handelen in strijd met het in artikel 2 onder C van de Opiumwet gegeven verbod. Dit delict zou gepleegd zijn op 5 februari 2021 te Amsterdam. Het hof heeft het vonnis van de politierechter vernietigd en opnieuw recht gedaan. De verdachte is veroordeeld tot een gevangenisstraf van twee weken. Daarnaast heeft het hof gelast dat de in beslag genomen voorwerpen, waaronder geldbedragen, worden teruggegeven aan [naam], geboren op [geboortedag 2] 1996 te [geboorteplaats 2]. De teruggave van de geldbedragen dient op een specifiek rekeningnummer te worden gestort, ten name van [BV] B.V.

Uitspraak

afdeling strafrecht
parketnummer eerste aanleg : 13-082557-21
parketnummer hoger beroep : 23-002349-21
TEGENSPRAAK
Arrest van het gerechtshof Amsterdam, enkelvoudige strafkamer, van 26 januari 2022 gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam van 12 augustus 2021 in de zaak tegen de verdachte:
naam: [verdachte]
voornamen: [verdachte]
geboren: op [geboortedag 1] 1998 te [geboorteplaats 1]
adres: [adres 1].

Kwalificatie van het bewezenverklaarde

Het bewezenverklaarde levert op:
opzettelijk handelen in strijd met het in artikel 2 onder C van de Opiumwet gegeven verbod.
gepleegd
op 5 februari 2021 te Amsterdam.

Toepasselijke wettelijke voorschriften

de artikelen 2 en 10 van de Opiumwet en de artikelen 57 en 63 van het Wetboek van Strafrecht.

BESLISSING

Het hof:
Vernietigt het vonnis waarvan beroep en doet opnieuw recht:
Veroordeelt de verdachte tot een
gevangenisstrafvoor de duur van
2 (twee) weken.
Gelast de teruggave aan [naam] (geboren op [geboortedag 2] 1996 te [geboorteplaats 2], wonende aan de [adres 2]) van de in beslag genomen, nog niet teruggegeven voorwerpen, te weten:
€200,- (Omschrijving: G-6024540);
€400,- (Omschrijving: G-6024542);
€70,- (Omschrijving: G-6024543);
€20,- (Omschrijving: G-6024544);
De teruggave van de hiervoor genoemde geldbedragen dienen op het volgende rekeningnummer te worden gestort:
[rekeningnummer]
Ten name van: [BV] B.V.
Gewezen door mr. I.M.H. van Asperen de Boer-Delescen, in bijzijn van J.L. Sterkenburg, griffier.
mr. I.M.H. van Asperen de Boer-Delescen