ECLI:NL:GHAMS:2022:789
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak van diefstal in vereniging en heling door gebrek aan bewijs en onvoldoende onderzoek
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 15 maart 2022 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam. De verdachte was beschuldigd van diefstal in vereniging en heling van een snorfiets. De tenlastelegging omvatte zowel een primair als een subsidiair verwijt, waarbij de verdachte zou hebben deelgenomen aan de diefstal van een snorfiets op 14 maart 2020 in Amsterdam. De advocaat-generaal had gevorderd dat de verdachte zou worden veroordeeld tot een taakstraf van 60 uren.
Tijdens de zitting in hoger beroep op 1 maart 2022 heeft het hof de vordering van de advocaat-generaal en de verdediging van de verdachte gehoord. Het hof concludeerde dat er aanwijzingen waren voor de betrokkenheid van de verdachte, maar dat deze aanwijzingen niet met de vereiste mate van zekerheid konden worden bewezen. Het hof oordeelde dat er onvoldoende onderzoek was gedaan naar de waarheidsgetrouwe verklaring van de verdachte, met betrekking tot de contacten met de aangever.
Als gevolg hiervan heeft het hof het vonnis van de politierechter vernietigd en de verdachte vrijgesproken van zowel het primaire als het subsidiaire tenlastegelegde. Tevens werd de benadeelde partij niet-ontvankelijk verklaard in de vordering tot schadevergoeding, omdat de verdachte niet schuldig was bevonden aan de tenlastegelegde feiten. Het arrest is uitgesproken in het openbaar, waarbij mr. F.A. Hartsuiker de uitspraak heeft gedaan, met mr. C. Roseboom als griffier.