Uitspraak
Onderzoek van de zaak
Tenlastelegging
Vonnis waarvan beroep
Bewijsoverweging
- zowel op de bewegende beelden als de stills onvoldoende te zien is van de betreffende persoon om tot een herkenning te kunnen komen, “in die zin dat het wel cliënt moet zijn en niet iemand anders met dezelfde algemene gezichtskenmerken”;
- uit het rapport van het Nederlands Forensisch Instituut (NFI) van 28 januari 2021, betreffende de vergelijking van gezichtsbeelden, volgt dat geen sprake is van beelden die voldoende duidelijk en helder zijn om een herkenning op te baseren;
- uit (de eindconclusie van) het onderzoek waarvan in dit rapport verslag is gedaan, volgt dat wat kan worden waargenomen op de beelden onvoldoende kenmerkend is om met voldoende mate van zekerheid te kunnen stellen dat de verdachte de persoon op de beelden is en dat
- uit hetgeen de politieambtenaren [verbalisant01] en [verbalisant02] , die de herkenningen hebben verricht, hebben verklaard over deze herkenningen, mede gelet op voornoemd NFI-rapport, volgt dat zij te snel zonder voorbehoud tot een herkenning zijn gekomen.
Bewezenverklaring
Strafbaarheid van het bewezenverklaarde
Strafbaarheid van de verdachte
Oplegging van straffen
Vordering van de benadeelde partij [slachtoffer01]
Vordering van de benadeelde partij [slachtoffer02]
Toepasselijke wettelijke voorschriften
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
90 (negentig) dagen.
88 (achtentachtig) dagen, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten omdat de verdachte zich voor het einde van een proeftijd van
2 (twee) jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.
taakstrafvoor de duur van
120 (honderdtwintig) uren, indien niet naar behoren verricht te vervangen door
60 (zestig) dagen hechtenis.
€ 3.273,25 (drieduizendtweehonderddrieenzeventig euro en vijfentwintig cent) ter zake van materiële schade, waarvoor de verdachte met de mededader(s) hoofdelijk voor het gehele bedrag aansprakelijk is, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening.
€1.160,00 (duizendhonderdzestig euro).
€ 1.372,50 (dertienhonderdtweeënzeventig euro en vijftig cent) ter zake van materiële schade, waarvoor de verdachte met de mededader(s) hoofdelijk voor het gehele bedrag aansprakelijk is, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening.
mr. L. Muyselaar, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van dit gerechtshof van
26 juni 2023.