ECLI:NL:GHAMS:2023:1816
Gerechtshof Amsterdam
- Beschikking
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek tot verlenging van de ondertoezichtstelling en vaststelling belregeling in een familiezaken
In deze zaak, behandeld door het Gerechtshof Amsterdam, zijn de ouders van twee minderjarigen in een conflict verwikkeld over de ondertoezichtstelling en omgangsregeling. De moeder heeft in hoger beroep beroep aangetekend tegen de beschikking van de kinderrechter die de ondertoezichtstelling had verlengd. De vader verzet zich tegen de beëindiging van deze ondertoezichtstelling en vraagt om een omgangsregeling met de jongste minderjarige. Het hof heeft de feiten en omstandigheden van de zaak zorgvuldig overwogen, waaronder de ontwikkeling van de kinderen en de rol van de betrokken hulpverlening. Het hof concludeert dat de ondertoezichtstelling van de kinderen op dit moment geen toegevoegde waarde heeft en eerder negatief kan uitpakken. De moeder en de GI hebben onvoldoende samengewerkt, wat heeft geleid tot stagnatie in de hulpverlening. De vader heeft geen fysiek contact met de kinderen gehad, maar er zijn wel telefonische contactmomenten. Het hof heeft de verzoeken van de GI tot verlenging van de ondertoezichtstelling afgewezen en de omgangsregeling voor de vader met de jongste minderjarige opnieuw vastgesteld, waarbij de nadruk ligt op telefonische contacten zonder beeld, met de mogelijkheid om dit later uit te breiden. De beslissing is op 25 juli 2023 openbaar uitgesproken.