ECLI:NL:GHAMS:2023:2677

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
24 oktober 2023
Publicatiedatum
13 november 2023
Zaaknummer
23-000871-23
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Hoger beroep tegen vonnis van de politierechter inzake overtredingen van de Wegenverkeerswet 1994

In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 24 oktober 2023 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Noord-Holland, dat op 13 oktober 2021 werd gewezen. De verdachte is beschuldigd van het meermalen overtreden van artikel 9, vijfde lid, van de Wegenverkeerswet 1994. De feiten zijn gepleegd op 28 oktober 2020 te Alkmaar en op 23 oktober 2020 te Schagen. De verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan deze overtredingen, waarvoor het hof een voorwaardelijke gevangenisstraf van drie weken en een onvoorwaardelijke geldboete van 2.500 euro heeft opgelegd.

Het hof heeft het vonnis van de politierechter vernietigd en opnieuw recht gedaan. De gevangenisstraf zal niet ten uitvoer worden gelegd, tenzij de verdachte zich voor het einde van de proeftijd schuldig maakt aan een nieuw strafbaar feit. De verdachte heeft ter terechtzitting afstand gedaan van het recht om in cassatie te gaan. Dit arrest is gewezen door mr. R.A.E. van Noort, in bijzijn van mr. A.C. Vermeijden, griffier.

Uitspraak

afdeling strafrecht
parketnummer eerste aanleg : 96-312688-20
parketnummer hoger beroep : 23-000871-23
TEGENSPRAAK
Arrest van het gerechtshof Amsterdam, enkelvoudige strafkamer, van 24 oktober 2023 gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Noord-Holland van 13 oktober 2021 in de zaak tegen de verdachte:
naam:
[verdachte01]
voornamen:
geboren: op [geboortedatum01] 1993 te [plaats01]
adres: [adres01] .

Kwalificatie van het bewezenverklaarde

Het onder 1 en 2 bewezenverklaarde levert op:
telkens: overtreding van artikel 9, vijfde lid, van de Wegenverkeerswet 1994.
Gepleegd op:
Ten aanzien van feit 1: op 28 oktober 2020 te Alkmaar;
Ten aanzien van feit 2: op 23 oktober 2020 te Schagen.

Toepasselijke wettelijke voorschriften

De artikelen 14a, 14b, 14c, 23, 24, 24c, 57 en 63 van het Wetboek van Strafrecht en de artikelen 9 en 176 van de Wegenverkeerswet 1994.

BESLISSING

Het hof:
Vernietigt het vonnis waarvan beroep en doet opnieuw recht:
Veroordeelt de verdachte tot een
gevangenisstrafvoor de duur van
3 (drie) weken.
Bepaalt dat de gevangenisstraf niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten omdat de verdachte zich voor het einde van een proeftijd van
2 (twee) jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.
Veroordeelt de verdachte tot een
geldboetevan
€ 2.500,00 (tweeduizend vijfhonderd euro), bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door
35 (vijfendertig) dagen hechtenis.
Gewezen door mr. R.A.E. van Noort, in bijzijn van mr. A.C. Vermeijden, griffier.
mr. R.A.E. van Noort
De verdachte heeft ter terechtzitting afstand gedaan van het recht beroep in cassatie in te stellen.