ECLI:NL:GHAMS:2023:2777
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Bevestiging van vonnis in hoger beroep met vervanging van strafmotivering in drugshandelzaak
In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 7 september 2023 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank Noord-Holland, dat op 18 april 2023 was gewezen. De verdachte, geboren in 1979 en thans gedetineerd, had hoger beroep ingesteld tegen het vonnis waarin hij was veroordeeld tot een gevangenisstraf van 32 maanden voor de opzettelijke invoer van een grote hoeveelheid cocaïne op luchthaven Schiphol. Het hof heeft het vonnis van de rechtbank bevestigd, maar de strafmotivering vervangen.
De advocaat-generaal had dezelfde straf als door de rechtbank opgelegd gevorderd, terwijl de raadsman van de verdachte strafmatiging bepleitte op basis van drie argumenten. Ten eerste werd gesteld dat de verdachte onterecht was geselecteerd voor controle op basis van zijn huidskleur, wat zou wijzen op etnisch profileren. Ten tweede werd aangevoerd dat de verdachte als op Curaçao wonende Nederlander benadeeld werd in zijn detentieduur, en ten derde dat zijn persoonlijke omstandigheden in strafmatigende zin meegewogen moesten worden.
Het hof heeft de ernst van het feit en de omstandigheden waaronder het is begaan in overweging genomen. De verdachte had 3.353,9 gram cocaïne ingevoerd, wat een ernstige bedreiging voor de volksgezondheid vormt. Het hof heeft de argumenten van de raadsman verworpen, met de conclusie dat de strafmaat in lijn is met de oriëntatiepunten voor straftoemeting. Uiteindelijk heeft het hof besloten om de gevangenisstraf te handhaven, met inachtneming van de omstandigheden van de verdachte, maar zonder aanleiding te zien voor strafmatiging.