Op 24 juni 2024 vond er een openbare terechtzitting plaats in het Gerechtshof Amsterdam, waar de enkelvoudige strafkamer onder leiding van raadsheer A.M. Kengen zitting had. Tijdens deze zitting was de verdachte, geboren in 1997, niet aanwezig, noch was zijn raadsman, mr. A.W.J. van Galen, ter terechtzitting verschenen. Het openbaar ministerie werd vertegenwoordigd door advocaat-generaal mr. J. Weening. De raadsheer deelde mee dat hij voornemens was het onderzoek ter terechtzitting te schorsen vanwege een te krappe planning. Hij had telefonisch contact gehad met de raadsman om dit voornemen te bespreken en een nieuwe datum voor de zitting vast te stellen. De schorsing van het onderzoek werd vastgesteld tot de terechtzitting op 16 juli 2024 om 12:00 uur, met telefonische aanzegging aan de raadsman. De raadsheer besloot dat er geen oproep naar de verdachte zou worden gestuurd gezien de korte termijn. Dit proces-verbaal werd opgemaakt en ondertekend door de raadsheer en de griffier, B. Akinrolabu. De zaak is gereserveerd voor behandeling op de volgende zitting, samen met andere zaken van dezelfde verdachte.