ECLI:NL:GHAMS:2024:3685

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
5 november 2024
Publicatiedatum
3 februari 2025
Zaaknummer
23-000958-22
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Onderzoek naar grootschalige handel in cocaïne en GHB binnen criminele organisatie

In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 5 november 2024 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank Noord-Holland. De verdachte, geboren in 1987, was beschuldigd van het opzettelijk verkopen en afleveren van cocaïne en GHB, en deelname aan een criminele organisatie die zich bezighield met de handel in verdovende middelen. De tenlastelegging omvatte twee hoofdpunten: de verkoop van gebruikershoeveelheden cocaïne en GHB in de periode van 1 december 2019 tot en met 15 september 2020, en deelname aan een organisatie die tot doel had het plegen van misdrijven als bedoeld in de Opiumwet. Het hof heeft vastgesteld dat de verdachte in deze periode daadwerkelijk heeft gehandeld in cocaïne en GHB, maar heeft hem van de beschuldiging van leidinggeven aan de criminele organisatie vrijgesproken. De verdachte heeft tijdens de zittingen erkend betrokken te zijn geweest bij de drugshandel, maar heeft betoogd dat hij niet de leiding had. Het hof heeft de eerdere veroordeling van de rechtbank vernietigd en de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van 12 maanden, waarvan 3 maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van 2 jaren. De uitspraak houdt rekening met de overschrijding van de redelijke termijn in hoger beroep, wat heeft geleid tot een gematigde straf.

Uitspraak

afdeling strafrecht
parketnummer: 23-000958-22
datum uitspraak: 5 november 2024
TEGENSPRAAK
Arrest van het gerechtshof Amsterdam gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de rechtbank Noord-Holland van 23 maart 2022 in de strafzaak onder parketnummer 15-228189-20 tegen:
[verdachte] ,
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedag] 1987,
adres: [adres 1] .

Onderzoek van de zaak

Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep van 22 oktober 2024 en, overeenkomstig het bepaalde bij artikel 422, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering (Sv), naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in eerste aanleg.
Namens de verdachte is hoger beroep ingesteld tegen voormeld vonnis.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal, strekkende tot bevestiging van het vonnis waarvan beroep met uitzondering van de opgelegde straf, en van hetgeen de verdachte en de raadsman naar voren hebben gebracht.

Tenlastelegging

Gelet op de in eerste aanleg door de rechtbank toegelaten nadere omschrijving van de tenlastelegging als bedoeld in artikel 314a Sv, is aan de verdachte tenlastegelegd dat:
1.
hij op een of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 1 januari 2019 tot en met 15 september 2020 te Haarlem en/of (elders in) Nederland, (telkens) tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, (telkens) opzettelijk heeft verkocht en/of afgeleverd en/of verstrekt en/of vervoerd en/of bewerkt en/of verwerkt, (telkens)
- ( handels/gebruikers)hoeveelheden, in elk geval een hoeveelheid van een materiaal bevattende, cocaïne en/of
- ( handels/gebruikers)hoeveelheden, in elk geval een hoeveelheid van een materiaal bevattende, MDMA (2,4-Methyleendioxymethamfetamine) en/of
- ( handels/gebruikers)hoeveelheden, in elk geval een hoeveelheid van een materiaal bevattende, GHB (Gammahydroxybutyraat),
zijnde cocaïne en/of MDMA en/of GHB (telkens) een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet;
2.
hij op een of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 1 januari 2019 tot en met 15 september 2020 te Haarlem en/of (elders in) Nederland, (mede) leiding heeft gegeven en/of heeft deelgenomen aan een organisatie, bestaande uit een samenwerkingsverband van hem, verdachte, en/of één of meer perso(o)n(en), (onder wie) [medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 2] en/of [medeverdachte 3] en/of [medeverdachte 4] en/of [medeverdachte 5] en/of een of meer andere perso(o)n(en), welke organisatie tot oogmerk had het plegen van één of meer misdrijven als bedoeld in artikel 10 derde en/of vierde lid van de Opiumwet, namelijk het (telkens) verkopen en/of afleveren en/of verstrekken en/of vervoeren en/of bewerken en/of verwerken van (telkens) één of meer hoeveelhe(i)d(en) van een materiaal bevattende cocaïne en/of MDMA en/of GHB, zijnde (telkens) (een) middel(en) als bedoeld op lijst I van de Opiumwet dan wel aangewezen krachtens artikel 3a, vijfde lid van de Opiumwet.
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zal het hof deze verbeterd lezen. De verdachte wordt daardoor niet in de verdediging geschaad.

Vonnis waarvan beroep

Het vonnis waarvan beroep zal worden vernietigd, omdat het hof ten aanzien van de bewezenverklaring en de strafoplegging tot een andere beslissing komt dan de rechtbank.

Bewijsoverweging ten aanzien van feit 1

De raadsman heeft ter terechtzitting in hoger beroep betoogd dat de verdachte partieel dient te worden vrijgesproken van dit feit, voor zover het ziet op de periode van 1 januari 2019 tot (primair) 1 december 2019 dan wel (subsidiair) tot 1 september 2019.
Het hof overweegt dienaangaande als volgt.
De verdachte wordt verweten dat hij in de periode van 1 januari 2019 tot en met 15 september 2020 heeft gehandeld in cocaïne, MDMA en GHB. Op laatstgenoemde datum is de verdachte aangehouden. [1]
De verdachte heeft ter terechtzitting in hoger beroep bevestigd dat hij in harddrugs heeft gedeald, voornamelijk cocaïne maar ook wel GHB, en in hoger beroep heeft hij verklaard dat hij daarmee in december 2019 is begonnen.
Hoewel het dossier aanwijzingen bevat dat de verdachte reeds eerder betrokken is geweest bij de handel in verdovende middelen, acht het hof op basis van de in het dossier aanwezige bewijsmiddelen enkel wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte zich in de periode van 1 december 2019 tot en met 15 september 2020 schuldig heeft gemaakt aan – kort gezegd – de handel in cocaïne en GHB. Op basis van de inhoud van het dossier en het verhandelde ter terechtzitting is voorts onvoldoende gebleken dat de verdachte eveneens heeft gehandeld in MDMA, zodat de verdachte van dit onderdeel van de tenlastelegging zal worden vrijgesproken.

Bewijsoverweging ten aanzien van feit 2

Onder feit 2 is de verdachte deelname aan een criminele organisatie, gericht op het plegen van Opiumwetdelicten, ten laste gelegd. De in de strafbaarstelling van artikel 11b Opiumwet (OW) bedoelde organisatie die – kort gezegd – tot oogmerk heeft het plegen van een of meer drugsdelicten, hangt nauw samen met de organisatie die als oogmerk heeft het plegen van misdrijven (in het algemeen) als bedoeld in artikel 140 Wetboek van Strafrecht (Sr). Hiervoor geldt het volgende beoordelingskader.
Van een ‘organisatie’ is sprake als het gaat om een samenwerkingsverband, met een zekere duurzaamheid en structuur, tussen de verdachte en ten minste één andere persoon.
Van ‘deelneming’ aan een organisatie kan slechts dan sprake zijn als de betrokkene behoort tot het samenwerkingsverband en een aandeel heeft in gedragingen dan wel gedragingen ondersteunt die strekken tot of rechtstreeks verband houden met de verwezenlijking van het in dat artikel bedoelde oogmerk. Het is niet vereist dat vast komt te staan dat de betrokkene heeft samengewerkt met, of in ieder geval bekend is met alle andere personen die deel uitmaken van de organisatie of dat de samenstelling van het samenwerkingsverband steeds dezelfde is. De deelneming moet voor de betrokkene op zichzelf worden beoordeeld. Het is dus bijvoorbeeld niet van belang of andere personen meer hebben gedaan of een belangrijker rol vervulden dan de betrokkene.
Voor ‘deelneming’ is voldoende dat de betrokkene in zijn algemeenheid weet (in de zin van onvoorwaardelijk opzet) dat de organisatie het plegen van misdrijven tot oogmerk heeft. De betrokkene hoeft geen wetenschap te hebben van één of meer concrete misdrijven die door de organisatie worden beoogd.
Het gaat bij het misdrijf van artikel 140 Sr niet om het daadwerkelijk gepleegd zijn van misdrijven, maar om het ‘oogmerk’ tot het plegen van misdrijven. Voor dat oogmerk kan ook het naaste doel van de organisatie volstaan. Het is niet vereist dat het plegen van misdrijven de voornaamste bestaansgrond van de organisatie is.
Het oogmerk hoeft niet in de tenlastelegging nader te zijn omschreven, maar moet uit de bewijsvoering blijken. Bij de vaststelling van het oogmerk kan onder meer betekenis toekomen aan misdrijven die in het kader van de organisatie al zijn gepleegd, aan het meer duurzaam of gestructureerde karakter van de samenwerking – zoals dat kan blijken uit de onderlinge verdeling van werkzaamheden of onderlinge afstemming van activiteiten van deelnemers binnen de organisatie met het oog op het bereiken van het gemeenschappelijke doel van de organisatie – en, meer algemeen, aan de planmatigheid of stelselmatigheid van de met het oog op dit doel verrichte activiteiten van deelnemers binnen de organisatie.
Het hof stelt op basis van de inhoud van de bewijsmiddelen vast dat er sprake was van een duurzaam samenwerkingsverband waaraan deelnamen de verdachte, [medeverdachte 1] , [medeverdachte 2] , [medeverdachte 3] , [medeverdachte 4] en [medeverdachte 5] . Het hof sluit zich aan bij de samengevatte inhoud van de tapgesprekken zoals opgenomen in de gebezigde processen-verbaal waaruit volgt dat sprake was van een rolverdeling, hiërarchie, vaste werkwijze en een indeling van diensten op basis van een vast rooster. Het samenwerkingsverband opereerde onder leiding van [medeverdachte 1] , die de koeriers (en tevens gebruikers van de verdovende middelen) [medeverdachte 2] , [medeverdachte 3] , [medeverdachte 4] , [medeverdachte 5] en de verdachte aanstuurde.
Partiële vrijspraak leidinggeven aan criminele organisatie
Naar het oordeel van het hof kan niet worden vastgesteld dat de verdachte (mede) leider van voornoemd samenwerkingsverband was, zodat de verdachte van dit onderdeel van de tenlastelegging dient te worden vrijgesproken. De verdachte nam weliswaar op momenten dat [medeverdachte 1] afwezig was gedeeltelijk zijn taken waar als aanspreekpunt, maar de beslissingsbevoegdheid bleef steeds bij [medeverdachte 1] liggen. Het voorgaande wordt ondersteund door de verklaring van [naam]
(A 914 e.v.), die desgevraagd de rolverdeling binnen het samenwerkingsverband duidt als “
[medeverdachte 1] was 100% de baas (…) er waren geen 2 kapiteins op het schip”.

Bewezenverklaring

Het hof acht wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het onder 1 en 2 tenlastegelegde heeft begaan, met dien verstande dat:
1.
hij in de periode van 1 december 2019 tot en met 15 september 2020 in Nederland, tezamen en in vereniging met anderen, opzettelijk heeft verkocht en afgeleverd en vervoerd
- gebruikershoeveelheden cocaïne en
- gebruikershoeveelheden GHB (Gammahydroxybutyraat);
2.
hij in de periode van 1 december 2019 tot en met 15 september 2020 in Nederland heeft deelgenomen aan een organisatie, bestaande uit een samenwerkingsverband van hem, verdachte, en meer personen, onder wie [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] en [medeverdachte 3] en [medeverdachte 4] en [medeverdachte 5] , welke organisatie tot oogmerk had het plegen van misdrijven als bedoeld in artikel 10 vierde lid van de Opiumwet, namelijk het verkopen en afleveren en vervoeren van hoeveelheden cocaïne en GHB.
Hetgeen onder 1 en 2 meer of anders is tenlastegelegd, is niet bewezen. De verdachte moet hiervan worden vrijgesproken.

Bewijsmiddelen

Nu de verdachte het onder 1 tenlastegelegde feit heeft bekend en door of namens de verdachte geen vrijspraak is bepleit, volstaat het hof met de navolgende opsomming van de bewijsmiddelen, als bedoeld in artikel 359, derde lid, van het Wetboek van Strafvordering.
de bekennende verklaring van de verdachte, afgelegd ter terechtzitting in hoger beroep op 22 oktober 2024;
een proces-verbaal van bevindingen vaste werkwijze van 9 september 2020, in de wettelijke vorm opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaar (pagina’s A 144 tot en met A 154);
een proces-verbaal van bevindingen hiërarchie en samenwerking van 9 september 2020, in de wettelijke vorm opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaar (pagina’s A 66 tot en met A 82);
een proces-verbaal van bevindingen onderzoek data van mobiele telefoon Samsung [adres 2].02.001 van 31 december 2020, in de wettelijke vorm opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaar (pagina’s A 1099 tot en met A 1105);
een proces-verbaal van bevindingen gebruik versluierd taalgebruik van 9 september 2020, in de wettelijke vorm opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaar (pagina’s A 177 tot en met A 187).
Het onder feit 2 bewezenverklaarde is gegrond op de feiten en omstandigheden die in de bewijsmiddelen zijn vervat, zoals weergegeven in de bij dit arrest gevoegde bijlage met bewijsmiddelen.

Strafbaarheid van het bewezenverklaarde

Geen omstandigheid is aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het onder 1 en 2 bewezenverklaarde uitsluit, zodat dit strafbaar is.
Het onder 1 bewezenverklaarde levert op:
medeplegen van opzettelijk handelen in strijd met een in artikel 2 onder B van de Opiumwet gegeven verbod, meermalen gepleegd.
Het onder 2 bewezenverklaarde levert op:
deelneming aan een organisatie die tot oogmerk heeft het plegen van een misdrijf als bedoeld in artikel 10, vierde lid, van de Opiumwet.

Strafbaarheid van de verdachte

De verdachte is strafbaar, omdat geen omstandigheid aannemelijk is geworden die de strafbaarheid ten aanzien van het onder 1 en 2 bewezenverklaarde uitsluit.

Oplegging van straf

De rechtbank heeft de verdachte voor het in eerste aanleg bewezenverklaarde veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van twee jaren, waarvan één jaar voorwaardelijk, met een proeftijd van twee jaren, en met aftrek van de tijd die de verdachte in voorarrest heeft doorgebracht.
De advocaat-generaal heeft gevorderd dat de verdachte voor het bewezenverklaarde zal worden veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van drieëntwintig maanden, waarvan twaalf maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van twee jaren. Hij heeft daarbij in aanmerking genomen dat de redelijke termijn in hoger beroep is overschreden.
De raadsman heeft ter terechtzitting in hoger beroep het hof primair verzocht een gevangenisstraf op te leggen gelijk aan de duur van het voorarrest (het hof begrijpt: zes maanden), en subsidiair een gedeeltelijk voorwaardelijke gevangenisstraf.
Het hof heeft in hoger beroep de op te leggen straf bepaald op grond van de ernst van de feiten en de omstandigheden waaronder deze zijn begaan en gelet op de persoon van de verdachte. Het hof heeft daarbij in het bijzonder het volgende in beschouwing genomen.
De verdachte heeft deel uitgemaakt van een criminele organisatie die zich bezighield met grootschalige handel in verdovende middelen, waaronder cocaïne. De verdachte fungeerde binnen het georganiseerde samenwerkingsverband als koerier. Het gebruik van cocaïne is over het algemeen sterk verslavend en levert een groot risico op voor de lichamelijke en geestelijke gezondheid van de gebruikers. Bovendien leidt de handel in cocaïne direct en indirect tot vele vormen van criminaliteit en vormt het daarmee een bron van maatschappelijke schade en overlast. Een samenwerkingsverband als dat waaraan de verdachte op bestendige basis heeft deelgenomen, gericht op de handel in harddrugs, ondermijnt de rechtsorde en veroorzaakt maatschappelijke onrust.
Bij het bepalen van de op te leggen straf heeft het hof rekening gehouden met de oriëntatiepunten van het Landelijk Overleg Vakinhoud Strafrecht (LOVS). Hierin wordt voor het verkopen van harddrugs gedurende zes tot twaalf maanden een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van twaalf maanden genoemd. Mede gelet hierop, acht het hof de door de advocaat-generaal genoemde strafoplegging in eerste aanleg in de zaken van de medeverdachten, bestaande uit (telkens) een deels voorwaardelijke gevangenisstraf en een taakstraf, in casu niet passend en geboden, nog daargelaten dat het hof geen zicht heeft op de specifieke omstandigheden in die zaken.
Het hof heeft acht geslagen op een de verdachte betreffend uittreksel uit de Justitiële Documentatie van 11 oktober 2024 en het reclasseringsrapport van 8 oktober 2024.
Het hof acht, alles afwegende, in beginsel een gevangenisstraf van twaalf maanden passend en geboden.
Het hof stelt evenwel vast dat de redelijke termijn als bedoeld in artikel 6, eerste lid, van het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden (EVRM) is geschonden. Als uitgangspunt heeft te gelden dat de behandeling van de zaak op zitting dient te zijn afgerond met in eerste aanleg een eindvonnis binnen twee jaren nadat de op zijn redelijkheid te beoordelen termijn is aangevangen, en dat in de fase van hoger beroep een einduitspraak wordt gedaan binnen twee jaren nadat het rechtsmiddel is ingesteld, tenzij sprake is van bijzondere omstandigheden. In eerste aanleg is de redelijke termijn niet overschreden, in hoger beroep wel. Namens de verdachte is immers op 6 april 2022 hoger beroep ingesteld, terwijl het hof eerst op 5 november 2024 arrest zal wijzen, zodat sprake is van een overschrijding van zeven maanden. Het hof ziet hierin aanleiding de straf te matigen, in die zin dat aan de verdachte zal worden opgelegd een gevangenisstraf voor de duur van 12 maanden, waarvan 3 maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van 2 jaren.

Toepasselijke wettelijke voorschriften

De op te leggen straf is gegrond op de artikelen 2, 10 en 11b van de Opiumwet
en de artikelen 14a, 14b, 14c, 47, 57 en 63 van het Wetboek van Strafrecht.

BESLISSING

Het hof:
Vernietigt het vonnis waarvan beroep en doet opnieuw recht:
Verklaart zoals hiervoor overwogen bewezen dat de verdachte het onder 1 en 2 tenlastegelegde heeft begaan.
Verklaart niet bewezen hetgeen de verdachte meer of anders is tenlastegelegd dan hierboven is bewezenverklaard en spreekt de verdachte daarvan vrij.
Verklaart het onder 1 en 2 bewezenverklaarde strafbaar, kwalificeert dit als hiervoor vermeld en verklaart de verdachte strafbaar.
Veroordeelt de verdachte tot een
gevangenisstrafvoor de duur van
12 (twaalf) maanden.
Bepaalt dat een gedeelte van de gevangenisstraf, groot
3 (drie) maanden, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten omdat de verdachte zich voor het einde van een proeftijd van
2 (twee) jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.
Beveelt dat de tijd die door de verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in enige in artikel 27, eerste lid, van het Wetboek van Strafrecht bedoelde vorm van voorarrest is doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht, voor zover die tijd niet reeds op een andere straf in mindering is gebracht.
Dit arrest is gewezen door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof Amsterdam, waarin zitting hadden mr. J.W.H.G. Loyson, mr. M. Senden en mr. B.E. Dijkers, in tegenwoordigheid van
mr. S. Geensen, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van dit gerechtshof van
5 november 2024.
mr. S. Geensen is buiten staat dit arrest mede te ondertekenen.

Bijlage: bewijsmiddelen

Ten aanzien van feit 2
1.
De bekennende verklaring van de verdachte, afgelegd ter terechtzitting in hoger beroep op 22 oktober 2024, proces-verbaal ter terechtzitting in hoger beroep van 22 oktober 2024.
Deze verklaring houdt, voor zover van belang en zakelijk weergegeven, in:
De verdachte verklaart:
Ik ken [medeverdachte 1] , [medeverdachte 4] , [medeverdachte 3] en [medeverdachte 2] . Ik was betrokken bij de drugshandel.
Ik was niet op vaste dagen werkzaam. Ik werkte twee keer per week twee dagdelen. Soms werkte ik in het weekend, soms op maandag. Het was niet zo dat het op bepaalde dagen drukker was. Degene die begon met werken pakte de telefoon. Degene die de dienst daarna draaide, nam de telefoon over. Ik had geen vaste plek waar ik werkte. Iedereen had verdovende middelen bij zich. Ik kreeg wikkels en de telefoon mee en als ik gebeld werd dan ging ik naar de afgesproken plek om de verdovende middelen af te leveren en de betaling in ontvangst te nemen. Iedereen deed het op die manier. Dat was de enige werkwijze.
(..)
Ik verkocht de drugs voor [medeverdachte 1] . Ook anderen hebben drugs voor hem verkocht. De vaste mensen zijn de vier die ook zijn aangehouden. Ik kreeg de drugs altijd van [medeverdachte 1] . Die drugs verkocht ik. Het geld van de verkoop kwam uiteindelijk bij [medeverdachte 1] terecht.
(..)
Het klopt dat ik in drugs heb gehandeld.
(..)
Nu u mij wijst op mijn eerdere verklaring over oud en nieuw ben ik toch al in december 2019 begonnen met de handel in drugs.
2.
De bekennende verklaring van de verdachte, afgelegd ter terechtzitting in eerste aanleg op 7 maart 2022, proces-verbaal ter terechtzitting in eerste aanleg van 7, 8 en 9 maart 2022.
Deze verklaring houdt, voor zover van belang en zakelijk weergegeven, in:
De verdachte verklaart het volgende:
Het klopt dat ik harddrugs heb gedeald. Ik heb voornamelijk cocaïne verkocht, maar ook wel eens GHB. (..) Het klopt niet dat ik na 15 september 2020 de handel in verdovende middelen wilde voortzetten.
3.
Een proces-verbaal van bevindingen vaste werkwijze van 9 september 2020, in de wettelijke vorm opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaar (pagina’s A 000144 tot en met A 000154).
Dit proces-verbaal houdt in, voor zover van belang en zakelijk weergegeven, als mededeling van de verbalisant:

Inleiding proces verbaal: vaste werkwijze

In dit proces verbaal wordt beschreven dat de dealers-groep rondom [medeverdachte 1] een vaste werkwijze hanteerde. Uit opgenomen en uitgeluisterde tapgesprekken blijkt dat [medeverdachte 1] dagelijks leiding geeft aan een groep van vier nader te noemen verdachten die diverse soorten verdovende middelen en medicamenten verkopen en afleveren bij afnemers in Haarlem en omstreken. (…) het gaat hierbij om:
[verdachte] (nader te noemen [verdachte] )
[medeverdachte 3] (nader te noemen [medeverdachte 3] )
[medeverdachte 2] (nader te noemen [medeverdachte 2] )
[medeverdachte 4] (nader te noemen [medeverdachte 4] )
Uit de inhoud van de afgeluisterde gesprekken kan worden opgemaakt dat er sprake was van een rooster, waarbij iedere dealer op vaste dagen en dagdelen werkte. Ook voor het tussentijds vullen, lees: het aanvullen van de handelsvoorraad, en voor het afrekenen (het tellen) na het einde van de dienst bestond een vaste werkwijze binnen de dealers-groep. Hierbij werd gebruik gemaakt van vaste ontmoetingsplaatsen waaronder de loods van [medeverdachte 1] aan de [adres 2] en zijn eigen woning in [adres 3] .

Vaste openingstijden

Uit de navolgende gesprekken kan worden opgemaakt dat de handel in verdovende middelen, of soms ook wel ‘winkel’ genoemd van [medeverdachte 1] en zijn dealers vaste openingstijden kende, namelijk van 11 uur ‘s ochtends tot 2 uur ‘s nachts. Tijdens deze uren konden afnemers hun bestelling plaatsen via de dealtelefoon of rechtstreeks bij [medeverdachte 1] .
Taplijn: [nummer 1] Record: [nummer 2] Datum: 01-05-2020 Tijd: 01:52 uur
[verdachte]wgd [medeverdachte 3]
[verdachte] vraagt waar [medeverdachte 3] is. [medeverdachte 3] zegt bij de loods omdat hij moet kakken en iets in zijn mond wil
douwen.
[verdachte] klinkt geïrriteerd en zegt dat hij staat te wachten.
[medeverdachte 3] klinkt ook geïrriteerd en zegt dat nog gewoon aan het werk is en dat het pas 10 voor 2 is
Taplijn: [nummer 3] Record: [nummer 4] Datum: 11-07-2020 Tijd: 01:30 uur
Inkomende sms
Inhoud SMS:
Winkel nog open?
Taplijn: [nummer 3] Record: [nummer 5] Datum: 11-07-2020 Tijd: 01:38 uur
Inkomende sms
Inhoud SMS:
Sluit om 2 toch?
Taplijn: [nummer 3] Record: [nummer 6] Datum: 11-07-2020 Tijd: 01:47 uur
Uitgaande sms
Inhoud SMS:
Ja heb je niet gebeld dan?
Taplijn: [nummer 3] Record: [nummer 7] en [nummer 8] Datum: 11-07-2020 Tijd: 10:24 uur
Inkomende sms
Inhoud sms:
Ola, goedemorgen. Kan er om 11 uur als eerste 2 om 2 bij mij door de brievenbus worden gedaan?Ik
kan niet naar buiten om te pinnen. Kan het met een tikk ie? Groet [naam 19]

Vast rooster

Uit de navolgende gesprekken kan worden opgemaakt dat de dealers die voor [medeverdachte 1] werkten dit volgens een vast rooster deden. Er waren twee diensten, een dagdienst van 11 uur ‘s ochtends tot 6 uur ‘s avonds, en een avonddienst van 6 uur ‘s avonds tot 2 uur ‘s nachts. Elke dealer kende zijn vaste dagen en [medeverdachte 1] vulde, waar nodig, de lege gaten op.
Taplijn: [nummer 9] Record: 1421 Datum: 13-05-2020 Tijd: 17:33 uur
Samenvatting
[medeverdachte 1] wgd [verdachte]
[medeverdachte 1] zegt bij de loods te zijn. [verdachte] komt daar ook heen.
[medeverdachte 1] zegt dat [medeverdachte 2] er ook is en zegt dat [verdachte] hem ( [medeverdachte 2] ) al vast kan overnemen.
[verdachte] zegt dat zijn dienst sowieso vanaf 6 uur is en dat dat goed is.
Taplijn: [nummer 10] Record: [nummer 11] Datum: 01-06-2020 Tijd: 16:13 uur
Samenvatting:
[medeverdachte 1] bum [medeverdachte 3]
[medeverdachte 1] zegt ‘2 zonder’ voor [naam 1] in de gang van de loods op het randje rechts te hebben gelegd.
[medeverdachte 1] is zo op de [naam 2] kade bij zijn bootje.
[medeverdachte 1] vraagt of [medeverdachte 3] vandaag door kan tot 10 uur omdat [verdachte] zijn verjaardag vandaag viert
[medeverdachte 1] zegt dat hij anders zelf wel een paar uurtjes pakt..
[medeverdachte 3] moet het even overleggen.
Taplijn: [nummer 12] Record: [nummer 13] Datum: 21-06-2020 Tijd: 17:24 uur
Samenvatting:
[medeverdachte 1] bum [verdachte]
[verdachte] heeft het al gepakt.
[medeverdachte 1] klaagt over [medeverdachte 3] die niet naar Parkwijk wil fietsen [medeverdachte 1] gaat toch maar naar de loods, want daar heeft hij zijn spullen. Het kost wel meer tijd.
[medeverdachte 1] gaat 15/15 geven aan [medeverdachte 3] , dat is voor zondagavond voorlopig genoeg. [medeverdachte 1] heeft [medeverdachte 2] 20/20 gegeven.[medeverdachte 1] moet een andere dag bedenken. Op zondag heeft hij twee mensen die gewoon niet 100 zijn. Overdag moet [medeverdachte 1] [medeverdachte 2] wat meer vertrouwen en s avonds moet hij [medeverdachte 3] wat meer vertrouwen.
[verdachte] zegt dat hij een berichtje krijgt van [naam 5] , hij heeft 25 overgemaakt, maar geen reactie. [medeverdachte 1] zegt dat hij op zondag familiedag heeft. Zondag is niet handig, van [naam 3] mag het ook een andere dag. [medeverdachte 1] denkt aan zaterdag. Dan legt hij spullen klaar voor [verdachte] en kan [verdachte] desnoods ook de telling doen. Eigenlijk zou hij elke dag zo min mogelijk willen doen. Voorheen met [naam 4] (fon) deed hij dat ook, maar met deze gasten die teveel opmaken moet hij steeds vullen.
Donderdagavond gaat [medeverdachte 1] met die nieuwe jongen rijden in Haarlem.[medeverdachte 3] doet donderdagavond, maar [medeverdachte 2] wil minder. [medeverdachte 1] haalt [medeverdachte 3] dan van de donderdagavond af en zet hem op vrijdag overdag.
[medeverdachte 1] is bij de loods. [verdachte] heeft een wisselgesprek. Einde gesprek
Taplijn: [nummer 14] Record: [nummer 15] Datum: 25-06-2020 Tijd: 17:31 uur
Samenvatting
[verdachte]bum NNvrouw9923
[verdachte] zegt dat hij zo de dienst moet overnemen omdat [medeverdachte 3] niet meer komt.
NN zegt wat dan?
[verdachte] zegt, dat vertel ik nog wel.
NN zegt en jij?
[verdachte] zegt, met mij is goed. Met mij is niks.
Taplijn: [nummer 10] Record: [nummer 16] Datum: 30-06-2020 Tijd: 12:12 uur
Samenvatting
[medeverdachte 1]wgd [medeverdachte 4] (sh)
[medeverdachte 4] vraagt wie er vanavond werkt. [medeverdachte 1] zegt ' [medeverdachte 3] '.
[medeverdachte 4] zegt dat ze zich niet lekker voelt en graag eerder zou willen stoppen.
[medeverdachte 1] zegt dat hij zelf niet kan en gisteren ook al gewerkt te hebben.
[medeverdachte 4] vraagt of het goed is dat [medeverdachte 3] haar eerder kan overnemen als [medeverdachte 3] dat wil.
[medeverdachte 1] zegt dat dat goed is maar niet nu al. [medeverdachte 4] dacht aan een uur of 4

Vullen

Uit de navolgende gesprekken blijkt dat de dealers bij de start van hun dienst een beperkte handelshoeveelheid verdovende middelen meekregen van [medeverdachte 1] . Afhankelijk van de drukte tijdens de dienst moest vervolgens op een bepaald moment bijgevuld worden, omdat de verdovende middelen dan (bijna) op waren. De verdachten spraken dan over ‘vullen’.
Het ‘vullen’ gebeurde deels in het bedrijfspand aan de [adres 2] , waar het garagebedrijf [bedrijf] van [medeverdachte 1] gevestigd is. Als deze locatie werd gekozen dan werd er gesproken over de ‘loods’. Deels werd er afgesproken bij [medeverdachte 1] thuis op het adres [adres 3] . Als deze locatie werd gekozen dan werd er gesproken over ‘thuis’ of de ‘garage’.
Taplijn: [nummer 1] Record: [nummer 17] Datum: 01-05-2020 Tijd: 00:23 uur
[verdachte] wgd [medeverdachte 3]
[verdachte] zegt niet meer in de buurt te zijn en nu naar 'die bolle' te gaan.
[medeverdachte 3] vraagt 'Parkwijk?' [verdachte] vraagt waarom [medeverdachte 3] hem moet hebben dan.
[medeverdachte 3] zegt dat hij moet vullen en bijna bij de loods is en zegt dat 'hij' dan naar de loods gaat toch
[medeverdachte 3] weet genoeg
Taplijn: [nummer 9] Record: [nummer 18] Datum: 09-05-2020 Tijd: 23:20 uur
[medeverdachte 1] wgd [verdachte]
zegt dat hij (derde) vraagt of hij er eentje mag al heeft hij nu geen geld en kan hij niet de deur uit. Hij
betaalt morgenmiddag.
[verdachte] komt naar [medeverdachte 1] want hij moet vullen.
Taplijn: [nummer 19] Record: [nummer 20] Datum: 22-05-2020 Tijd: 22:10 uur
Samenvatting:
[medeverdachte 1] bum [medeverdachte 4]
is aan het parkeren en vraagt of [medeverdachte 1] een dingetje wil klaarleggen.
[medeverdachte 1] zegt dat [verdachte] onderweg is om bijgevuld te worden
[medeverdachte 4] zegt dat ze dan wel in de slaapkamer gaat staan.Ze wil niet dat iemand weet dat ze bi [medeverdachte 1] is
Taplijn: [nummer 21] Record: [nummer 22] Datum: 26-06-2020 Tijd: 15:30 uur
Samenvatting:
[medeverdachte 1] bum [medeverdachte 3]
[medeverdachte 1] zegt thuis te zijn. [medeverdachte 3] wil langskomen om te vukllen.
[medeverdachte 1] zegt dat hij dat niet thuis wil doen.
Ze spreken af bij de garage.

Tellen

Uit de navolgende gesprekken kan worden opgemaakt dat aan het einde van de ‘dienst’ er afgerekend werd tussen de dealer en [medeverdachte 1] . Afhankelijk van de omzet van de avond, en welke transacties per tikkie waren voldaan en welke contant waren afgerekend bij de dealer, diende eventueel nog een bedrag aan [medeverdachte 1] afgedragen te worden. Ook kan worden opgemaakt uit deze gesprekken dat [medeverdachte 1] met de telling inventariseerde wat er nog aan voorraad verdovende middelen was of zou moeten zijn.
Taplijn: [nummer 9] Record: [nummer 23] Datum: 04-05-2020 Tijd: 18:50 uur
Samenvatting:
[medeverdachte 1] wgd [verdachte] (sh)
[verdachte] zegt, moet ik nu bij hem er in gooien, bij [naam 5] , want ik sta nu voor zijn deur.
[medeverdachte 1] zegt, ja is goed
[verdachte] zegt, oke dan gooi ik even (ntv)
[medeverdachte 1] zegt, kom je nog vullen?
[verdachte] zegt, eigenlijk wel maar ik moet met spoed even weg.Ik ben met een uurtje weer terug.
[medeverdachte 1] zegt dat hij dan weg is.
[verdachte] zegt dan doen we het later wel, ik moet nu echt met spoed weg.
[medeverdachte 1] zegt wat heb je aan spullen nu nog anders dan doe ik nu telling.
[verdachte] zegt, 1 seconden ik ga effe kijken wat ik heb... stilte..
[verdachte] zegt, 1, 2, 3, 4, 5,6,7,8 zonder, 1 streep,
[medeverdachte 1] zegt, ik ga naar Hoorn of Den Helder.
[verdachte] zegt, 8 zonder 1 streep en je hebt 25 euro van [naam 6] (fon) gehad, van afgelopen nacht, gisteren, ochtend.
[medeverdachte 1] zegt, ja moet ik even kijken of ze dat gedaan heeft.
[verdachte] zegt, hoeveel krijg je dan van mij?
[medeverdachte 1] en [verdachte] spreken door elkaar en rekenen iets uit.
[medeverdachte 1] zegt, één vijentachtig
[verdachte] zegt, kan je niet naar de loods gaan, effe daar leggen en dat ik het daar achterlaat of heb je die geld nu nodig?
[medeverdachte 1] zegt kan wel.
[verdachte] zegt, leggen we gewoon bij die buitenste dan als je vanavond terug komt dan kan je pakken.
Taplijn: [nummer 1] Record: [nummer 24] Datum: 09-05-2020 Tijd: 17:26 uur
[verdachte] BUM [medeverdachte 3]
zegt hij nu op de parkeerplaats van de Ikea is.
[verdachte] wilt weten of [medeverdachte 3] nog veel heeft wachten.
[medeverdachte 3] zegt daarop ja en dat [verdachte] eventueel [naam] kan doen als [verdachte] in Schalkwijk is.
Over een derde die nu in [plek 1] zou zijn. [medeverdachte 3] zegt dat derde daar nu aan het klussen is.
[verdachte] zegt dat [medeverdachte 3] moet wachten, omdat hij (derde) nu belt.
Gesprek gaat verder tussen [verdachte] en die derde persoon. Derde persoon is [medeverdachte 1]
(sh)
(KG met [nummer 19] en records [nummer 25] en [nummer 26] )
[verdachte] wilt weten of [medeverdachte 1] nu in de [plek 1] is.
[medeverdachte 1] zegt nee en dat hij bijna thuis is.
[verdachte] zegt dat hij net [medeverdachte 3] sprak en dat [medeverdachte 1] dan nu in de [plek 1] zou zijn
[medeverdachte 1] vraagt wat [verdachte] nu met [medeverdachte 3] heeft afgesproken.
[verdachte] zegt niks, alleen dat [verdachte] dan nu bijna bij [medeverdachte 1] is en dat [medeverdachte 3] daar dan ook heen moet komen.
[medeverdachte 1] zegt dat [verdachte] het maar met [medeverdachte 3] moet rekenen en dat [medeverdachte 3] die auto bij de loods of Parkwijk moet neerzetten.
[medeverdachte 1] zegt dat hij nu naar huis gaat want zijn schoonmoeder is jarig, maar dat hij wel weer wat in de koffer legt.
[verdachte] zegt dat [medeverdachte 1] het maar weer in het toppertje moet doen.
[medeverdachte 1] zegt dat [medeverdachte 3] 's telling is twaalfstreep tien zonder (fon).
[medeverdachte 3] zou sowieso tien euro moeten geven en dan nog meer want [medeverdachte 3] moet nog wat aflossen.
[medeverdachte 1] zegt dat hij straks appt.
4.
Een proces-verbaal van bevindingen hiërarchie en samenwerking van 9 september 2020 in de wettelijke vorm opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaar (pagina’s A 00066 tot en met A 00082).
Dit proces-verbaal houdt in, voor zover van belang en zakelijk weergegeven, als mededeling van de verbalisant:

Inleiding proces verbaal: hiërarchie en samenwerking

In dit proces verbaal wordt beschreven dat uit de inhoud van diverse opgenomen en uitgeluisterde tapgesprekken kan worden opgemaakt dat er binnen de groep rondom [medeverdachte 1] een zekere vorm van hiërarchie en samenwerking bestond. Duidelijk wordt dat [medeverdachte 1] dagelijks leiding gaf aan een groep van vier nader te noemen verdachten die diverse soorten verdovende middelen (…) verkochten en afleverden bij afnemers in Haarlem en omstreken. (…) het gaat hierbij om:
[verdachte] (nader te noemen [verdachte] )
[medeverdachte 3] (nader te noemen [medeverdachte 3] )
[medeverdachte 2] (nader te noemen [medeverdachte 2] )
[medeverdachte 4] (nader te noemen [medeverdachte 4] )
Uit de inhoud van de gesprekken kan worden opgemaakt dat [medeverdachte 1] de dagelijkse bedrijfsvoering’ doet, opdrachten geeft, beslissingen neemt, gevraagd wordt om toestemming en door anderen de ‘baas’ of ‘eigenaar’ wordt genoemd. Uit de gesprekken wordt eveneens duidelijk dat [verdachte] dealt voor [medeverdachte 1] , daarnaast als een ondersteunende rol voor [medeverdachte 1] vervult en dat zij een zekere vertrouwensband hebben met elkaar. De overige verdachten ‘werken’ in opdracht van [medeverdachte 1] en lijken geen ondersteunende taken te vervullen.

[medeverdachte 1] heeft de leiding

Uit de navolgende gesprekken kan worden opgemaakt dat [medeverdachte 1] door de andere verdachten als
leidinggevende wordt gezien. In sommige gesprekken wordt [medeverdachte 1] ‘baas’ of ‘eigenaar’ genoemd. Ook zegt [medeverdachte 1] zelf in gesprekken dat verdachten voor hem ‘werken’ en dat ‘dit zijn leven is’.
Taplijn: [nummer 9] Record: [nummer 27] Datum: 04-05-2020 Tijd: 00:49 uur
Samenvatting:
[medeverdachte 1] bum [medeverdachte 2]
[medeverdachte 1] zegt dat [medeverdachte 4] een bericht had gestuurd dat ze even een break wilde en dat bepaalde dingen haar niet aanstonden.
[medeverdachte 1] zegt dat hij had gestuurd dat ze dan ook even niet moest 'gebruiken'. [medeverdachte 4] had gestuurd dat ze 1 op 1 wilde zitten.
[medeverdachte 1] zegt dat ze over bepaalde dingen teveel drama maakt. [medeverdachte 2] beaamt dat en zegt dat hij dat ook irritant vindt.
[medeverdachte 1] zegt te 3m 10 seconden:'Ze vergeet iedere keer dat ze voor mij werkt en ik niet voor haar'
NNman zegt dat het 'de grote [medeverdachte 4] -show" is.
Taplijn: [nummer 12] Record: [nummer 28] Datum: 15-06-2020 Tijd: 00:22 uur
Samenvatting:
[medeverdachte 1] bum [verdachte]
[medeverdachte 1] vraagt of [verdachte] ' [naam 7] ' kan doen omdat [medeverdachte 3] zei dat er politie was. Uiteindelijk besluiten ze dat [medeverdachte 3] deze zelf kan doen.
[verdachte] vraagt of [medeverdachte 1] bij ' [naam 8] ' was. [medeverdachte 1] zegt van wel en dat 'zij' best wel wat mensen noemde bij haar om de hoek.
[medeverdachte 1] heeft nu met 'haar' afgesproken dat ze het nummer moet geven van IJmuiden en [medeverdachte 1] zegt dat hij wat bij haar laat.
[medeverdachte 1] zegt dat zij wat mensen heeft die bij haar kunnen komen en halen en dat ze er zo een paar bij kunnen pakken.
[medeverdachte 1] noemt een paar mensen bij haar in de straat en om de hoek die halen.
[medeverdachte 1] zegt boos te zijn geworden omdat ze bij iemand anders had gehaald.
[medeverdachte 1] zegt dat zij had gezegd dat [medeverdachte 1] het niet zo persoonlijk moet opvatten.
[medeverdachte 1] heeft daarop gezegd "Het is niet alleen mijn werk, het is mijn leven' en 'Ik leef niks anders dan dit'
[medeverdachte 1] zegt dat als ze bij iemand anders haal zich beledigd voelt. [verdachte] zegt dat hij dat ook heeft.
Vervolgens gesprek over een relatie van [verdachte]
Taplijn: [nummer 14] Record: [nummer 29] Datum 18-06-2020 Tijd: 21:33 uur
Samenvatting:
Vertaald uit het Turks door tlk 15 op 25juni 2020
[verdachte] (sh) wgd NNman-8689
Samenvatting:
[verdachte] zegt dat zijn vriend, de eigenaar komt omdat het voor hem nog wel één uur duurt.
NNman zegt dat het dan niet hoeft.
[verdachte] zegt dat 'hij' nu sowieso naar IJmuiden komt omdat er vier personen zijn, dat het een Nederlander is en een goed mens is.
NNman zegt dat hij 'hem' dan niet gaat betalen en morgen aan [verdachte] gaat betalen.
[verdachte] zegt dat het goed is.
NNman zegt dat als het niet mooi is, [verdachte] het maar moet laten zitten.
[verdachte] zegt dat deze super is. Vervolgens zegt [verdachte] dat 'hij' zijn baas is.
NNman vraagt hoelang het duurt.
[verdachte] zegt dat 'hij' nu vanuit Haarlem naar IJmuiden gaat.
NNman zegt dat [verdachte] 'hem' dan moet bellen en vertellen wat de situatie is.
Einde gesprek
Taplijn: [nummer 14] Record: [nummer 30] Datum: 19-06-2020 Tijd: 13:32uur
Samenvatting:
[verdachte] wgd NNman0021
[verdachte] zegt dat hij thuis is en geen vervoer heeft.
[verdachte] zegt dat de eigenaar rijdt.
[verdachte] kan eventueel wat anders regelen als het lang zou duren
Taplijn: [nummer 31] Record: [nummer 32] Datum: 23-06-2020 Tijd: 17:47 uur
Samenvatting:
[medeverdachte 1] wgd [medeverdachte 4]
[medeverdachte 1] zegt dat [medeverdachte 2] geen geld heeft omdat hij [medeverdachte 1] net betaald heeft.
[medeverdachte 4] baalt daarvan omdat haar iets beloofd was.
Er volgt een discussie over het laten schrijven door [medeverdachte 4] aan [medeverdachte 2] .
[medeverdachte 1] heeft herhaaldelijk tegen [medeverdachte 4] gezegd dat ze dat niet mag doen.
[medeverdachte 4] vindt het niet eerlijk en zegt aan het eind dat ze ontslag gaat nemen en er klaar mee is

[medeverdachte 1] wordt om toestemming gevraagd

Uit de navolgende gesprekken blijkt dat de andere verdachten [medeverdachte 1] regelmatig om toestemming vragen om te mogen ‘schrijven’. Vermoed wordt dat met ‘schrijven’ wordt bedoeld dat afnemers wel verdovende middelen in ontvangst nemen maar op een later moment mogen betalen.
Taplijn: [nummer 9] Record: [nummer 33] Datum: 20-05-2020 Tijd: 22:12 uur
Samenvatting:
[medeverdachte 1] wgd [verdachte]
[verdachte] vraagt aan [medeverdachte 1] of hij ' [naam 9] uit IJMuiden' er 2 kan geven. [verdachte] zegt dat [naam 9] vrijdag betaalt en bij hem alles altijd betaalt.
[medeverdachte 1] twijfelt maar zegt uiteindelijk 'ok'
Taplijn: [nummer 9] Record: [nummer 34] Datum: 21-05-2020 Tijd: 22: [nummer 43] uur
Samenvatting:
[medeverdachte 1] wgd [medeverdachte 3] (sh)
[medeverdachte 3] vraagt of ' [naam 10] '(fon) er 1 mag schrijven. [medeverdachte 1] vindt het goed vraagt of hij morgen dan ook die ander kan voldoen
Taplijn: [nummer 12] Record: [nummer 35] Datum: 03-06-2020 Tijd: 19:04 uur
Samenvatting:
[medeverdachte 1] wgd [verdachte]
zegt, [naam 11] eentje mag dat?
[medeverdachte 1] zegt, ja doe maar, komt ie wel laat mee.
[verdachte] zegt, ik ben met een kleine 13/14 min bij je.
EG
Taplijn: [nummer 31] Record: [nummer 36] Datum: 24-06-2020 Tijd: 23:59uur
Samenvatting:
[medeverdachte 1] wgd [verdachte]
[verdachte] vraagt of 'die piloot' 2 strepen mag schrijven. Van [medeverdachte 1] mag het
Taplijn: [nummer 12] Record: [nummer 37] Datum: 08-07-2020 Tijd: 20:16 uur
Samenvatting:
[medeverdachte 1] wgd [verdachte]
[verdachte] zegt, [naam 12] (fon) wit 1 schrijven kan dat?
[medeverdachte 1] zegt, Ik weet niet of dat nou echt iemand is die terug betaald?
[verdachte] zegt, nee maar anders vraag ik dat niet waar hij bij is.
[medeverdachte 1] zegt, hij is in mijn hoofd niet de meest betrouwbare terugbetaler.
[verdachte] zegt, niet? Dan heeft ie pech
[medeverdachte 1] zegt, heb je al eens iets bij hem geschreven?
[verdachte] zegt, ja 2 keer, en toen gelijk heeft ie de volgende dag terugbetaald.
[medeverdachte 1] zegt zeker?
[verdachte] zegt, ja bij mij wel.
[medeverdachte 1] zegt, wanneer zou hij het hebben dan?
[verdachte] zegt, hij zei morgen.
[medeverdachte 1] zegt, nou doe maar dan.
[medeverdachte 1] zegt, was je nog naar IJmuiden geweest?
[verdachte] zegt nee nog niet.
EG

[medeverdachte 1] geeft opdrachten aan de andere verdachten

Uit de navolgende gesprekken blijkt dat [medeverdachte 1] dagelijks opdrachten geeft aan de andere verdachten. Te denken valt aan opdrachten tot levering aan afnemers en, bij drukte, in welke volgorde er geleverd moet worden.
Taplijn: [nummer 19] Record: [nummer 38] Datum: 28-04-2020 Tijd: 11:08 uur
Samenvatting:
[medeverdachte 1] hum [medeverdachte 4] (sh)
[medeverdachte 4] zegt dat ze onderweg is en nu bij het politiebureau is.
Op 00m 26 sec in het gesprek is er een ringtone bij [medeverdachte 1] te horen.
[medeverdachte 1] neemt op en zegt: 'Yo, he, ze is een beetje laat maar ze is onderweg en komt gelijk naar je toe'
[medeverdachte 4] zegt 'zo snel mogelijk, ben ik er'
[medeverdachte 1] neemt afscheid met degene die hij aan de lijn heeft.
[medeverdachte 4] vraagt wie dat was. [medeverdachte 1] zegt [naam 13] en [naam 14] (fon)
[medeverdachte 4] zegt dat ' [naam 11] ' (fon) net ook appte en neemt aan dat die wat nodig heeft
[medeverdachte 1] zegt 'en [naam 20] ' die om half 10 had gebeld
[medeverdachte 1] zegt ' [naam 13] als eerst want die had gisterenavond als gevraagd of iemand langs kon komen'
[medeverdachte 4] komt er aan en is nu bij de brug
Taplijn: [nummer 9] Record: [nummer 39] Datum: 09-05-2020 Tijd: 14:15 uur
Samenvatting:
[medeverdachte 1] bum [medeverdachte 3] (sh)
[medeverdachte 1] vraagt waar [medeverdachte 3] is. Hij is even thuis en gaat dan naar Heemstede.
[medeverdachte 1] zegt dat vrienden van [medeverdachte 1] op een boot zitten en even wat 'snoepjes' moeten hebben. Die heeft [medeverdachte 1] nu bij zich.
[medeverdachte 3] moet die dingen bij [medeverdachte 1] ophalen in de [plek 1] .
Dan vult [medeverdachte 1] [medeverdachte 3] bij en kan hij een afspraak maken hoe het op de boot komt.
[medeverdachte 1] zegt dat de telefoon die stuk is in de auto ligt, simkaart moet eruit. [medeverdachte 3] kijkt ernaar.
Taplijn: [nummer 31] Record: [nummer 40] Datum: 08-06-2020 Tijd: 20:20 uur
Samenvatting:
[medeverdachte 1] wgd [medeverdachte 3]
[medeverdachte 3] vraagt waar [verdachte] is.
[medeverdachte 1] zegt hij rijdt in ieder geval wat dan?
[medeverdachte 3] zegt, ik dacht dat hij hierlangs zou komen.
[medeverdachte 1] zegt, ik heb nog niet die opdracht gegeven.
[medeverdachte 1] zegt, je kan eventueel nu langs de oude loods komen.
[medeverdachte 3] zegt, is cool, zie ik je zo
EG.
Taplijn: [nummer 31] Record: [nummer 41] Datum: 11-07-2020 Tijd: 17:49 uur
Samenvatting:
[medeverdachte 1] bum [verdachte]
[medeverdachte 1] vraagt of hij die Ings (fon) gesproken heeft. [verdachte] zegt nee.[medeverdachte 1] vraagt [verdachte] daar snel heen te gaan, want die heeft een uur geleden al aan [medeverdachte 1] geappt. [verdachte] ligt onder de zonnebank en is over 10 minuten klaar.
[medeverdachte 1] denkt dat het dan te laat is. [verdachte] heeft niemand wachten. Hij heeft nog 6 streep en 9 zonder.
[verdachte] is nu in Schalkwijk[medeverdachte 1] zegt dat het sowieso niet later mag dan 6 uur. Hij (derde) heeft een tijd geleden geappt.
[medeverdachte 1] is niet blij dat [verdachte] op een zaterdag onder de zonnebank gaat. [verdachte] zegt dat hij een uur niks te doen had.
[medeverdachte 1] laat hem (derde) [verdachte] bellen.
Taplijn: [nummer 31] Record: [nummer 42] Datum: 14-07-2020 Tijd: 13:47 uur
Samenvatting:
[medeverdachte 1] bum [medeverdachte 4]
[medeverdachte 1] vraagt of [medeverdachte 4] tegen mensen zegt dat ze niet wil rijden. [medeverdachte 4] zegt helemaal niet. [medeverdachte 1] zegt [naam 10] (fon) zegt laat maar zitten.
[medeverdachte 4] zegt dat dat bullshit is. Ze had er twee op [plek 2] en ze staat te wachten op [plek 3] (fon) bij haar huis. [naam 10] zei laat maar zitten
ik bel vanmiddag wel. [medeverdachte 1] zegt dat [naam 10] hem vroeg waar hij was en later zei, laat maar zitten.[medeverdachte 1] zegt dat [medeverdachte 4] [naam 10] moet bellen, want als ze zeggen ik bel later wel, ze hebben nu trek. Dus dan bellen ze iemand anders en dat kost geld.
[medeverdachte 1] gaat nu naar de gemeente om zijn kind aan te geven. [medeverdachte 4] vraagt of ze daarna naar hem toe mag komen voor drinken.
[medeverdachte 1] zegt dat hij dan naar zijn vader gaat. Zijn hele dag loopt achter omdat hij [medeverdachte 4] vanmorgen naar Alkmaar moest brengen.
Als [medeverdachte 1] terug rijdt van zijn vader.

[medeverdachte 1] bewaakt dagelijkse gang van zaken

Uit de navolgende gesprekken wordt duidelijk dat [medeverdachte 1] de dagelijkse gang van zaken in de gaten houdt. Te denken valt aan de dagelijkse werktijden, overzicht op het werkrooster en tijdige levering aan afnemers.
Taplijn: [nummer 9] Record: [nummer 43] Datum: 01-05-2020 Tijd: 23:06 uur
Samenvatting:
[medeverdachte 1] wgd [verdachte]
[verdachte] zegt dat zijn moeder net belde en vertelde dat zijn tante net is overleden. De moeder van [verdachte] heeft gevraagd haar te brengen.
[verdachte] vraagt wat hij moet doen. [medeverdachte 1] vraagt of [verdachte] nog veel wachtenden heeft. [verdachte] zegt 'alleen [naam 15] (fon) '
[verdachte] vraagt of hij de telefoon even naar [medeverdachte 1] zal brengen en dat [verdachte] snel heen en weer rijdt.
[medeverdachte 1] zegt dat dat goed is en vraagt of [verdachte] dan alleen ' [naam 16] ' (fon) even doet.
[verdachte] zegt dat hij daar met 2 minuten is en dan naar [medeverdachte 1] komt.
Taplijn: [nummer 9] Record: [nummer 44] Datum: 03-05-2020 Tijd: 18:40 uur
Samenvatting:
[medeverdachte 1] wgd [medeverdachte 3] (sh)
[medeverdachte 1] vraagt of [medeverdachte 3] nog leeft. [medeverdachte 3] zegt dat hij gewoon thuis is.
[medeverdachte 1] zegt dat [medeverdachte 2] net aan de deur is geweest bij [medeverdachte 3] en heeft staan bonken.
[medeverdachte 3] zegt dat hij gewoon thuis is en vraagt of hij nog moet werken. [medeverdachte 1] vraagt of [medeverdachte 3] nog bijdehand gaat doen ook.
[medeverdachte 1] zegt dat [medeverdachte 3] de hele dag niks laat weten. [medeverdachte 3] zegt dat hij net wakker is, chagrijnig is en slaap heeft.
[medeverdachte 1] (met een boos klinkende stem) zegt dat [medeverdachte 3] degene is die fout zit.
[medeverdachte 1] zegt dat hij het zo laat weten
Taplijn: [nummer 9] Record: [nummer 45] Datum: 03-05-2020 Tijd: 22:52 uur
Samenvatting:
[medeverdachte 1] bum [medeverdachte 2] (sh)
[medeverdachte 1] zegt dat ze zover is. [medeverdachte 2] vraagt 'wie?' [medeverdachte 1] zegt ' [medeverdachte 4] ' (fon)
[medeverdachte 1] zegt dat ze ( [medeverdachte 4] ) voorlopig een break wil.
[medeverdachte 1] zegt dat hij daarna heeft gestuurd: 'Dan mag je ook niks gebruiken ook'
[medeverdachte 1] zegt dat het grotendeels daardoor komt.
[medeverdachte 1] zegt dat als ze aan het werk is, dat ze dan zelf 4 of 5 dingen (ntv) en dan 'parra' wordt.
[medeverdachte 1] zegt dat hij, [verdachte] en [medeverdachte 3] ook 's avonds aangesproken worden maar gewoon door mogen als je gewoon normaal doet.
[medeverdachte 2] zegt dat 'zij' overdag werkt. [medeverdachte 1] zegt 'hoe vaak is zij...ehhh...ze werkt nu al 5jaar of 4 jaar zoiets'
[medeverdachte 1] zegt dat 'ze' ( [medeverdachte 4] ) nog nooit is aangehouden.
( [medeverdachte 2] krijgt tussen door een kopje thee van iemand die hij ' [naam 21] ' noemt. [medeverdachte 1] kent haar omdat hij reageert op [naam 21] ')
[medeverdachte 2] en [medeverdachte 1] praten over schuren en schilderen en dat ze dinsdag 'het bootje' wel kunnen doen. [medeverdachte 2] zegt dat dinsdag de verjaardag van [medeverdachte 4] is.
[medeverdachte 1] vraagt of [medeverdachte 2] de zaterdag de komende drie weken wil doen.
[medeverdachte 2] zegt dat hij dat niet wil omdat hij dan 3 dagen achter elkaar moet, vrijdag, zaterdag en zondag.
[medeverdachte 1] zegt 'net zoals vandaag tot 3 en dan begint [verdachte] gewoon wat eerder'
[medeverdachte 1] zegt dat hij [medeverdachte 3] dan 1 dag geeft, zelf 1 dag pakt. [medeverdachte 2] zegt daarop dat 'tot 3' dan goed is.
[medeverdachte 1] zegt dat 'ze' meestal toch 2 a 3 weken weg is en dan het geld gaat missen.
[medeverdachte 1] zegt hij niet [medeverdachte 3] elke dag wil hebben.
[medeverdachte 2] zegt dat het hem erom gaat dat hij geen rijbewijs heeft en hoe meer hij werkt, hoe groter het percentage wordt dat hij aangehouden wordt.
[medeverdachte 1] vraagt wat [medeverdachte 2] doen om zijn rijbewijs terug te krijgen. [medeverdachte 2] zegt aanvragen en geld betalen.
[medeverdachte 1] zegt dat hij het desnoods inhoudt en opzij legt voor [medeverdachte 2] . [medeverdachte 2] denkt dat er een wachttijd van een half jaar is.
[medeverdachte 1] zegt dat [medeverdachte 2] dat moet regelen en dan kan de auto ook op zijn eigen naam.
[medeverdachte 2] zegt dat hij dat niet meer gaat doen. [medeverdachte 1] zegt dat [medeverdachte 2] ook zijn naam rondreed en dat dat geen probleem was. [medeverdachte 2] zegt dat dat anders is.
[medeverdachte 2] zegt dat [medeverdachte 1] ook rondrijdt en dat alles overhoop wordt gehaald.
[medeverdachte 1] zegt dat [verdachte] ook rondrijdt In een auto op naam van [medeverdachte 1] .
[medeverdachte 1] herhaalt dat [medeverdachte 2] zaterdags tot 3 gaat doen en dan zo even met [verdachte] gaat overleggen.
[medeverdachte 1] zegt nogmaals dat het 2 tot 3 weken zal duren en dat ‘ze’ dan het geld zal gaan missen en dan wel weer zal komen.
[medeverdachte 2] zegt dat [medeverdachte 1] hem maar moet belonen met dat bootje van de zomer.
[medeverdachte 1] zegt dat [medeverdachte 2] zichzelf kan belonen met wat hij extra verdient voor zijn rijbewijs.
Ze zien elkaar morgen rond 11 uur. [medeverdachte 1] haalt [medeverdachte 2] wel op
Taplijn: [nummer 46] Record: [nummer 47] Datum: 06-05-2020 Tijd: 11:46 uur
Samenvatting:
[medeverdachte 1] wgd [medeverdachte 2] (sh)
[medeverdachte 2] zegt dat ' [naam 17] ' naar [medeverdachte 1] over zal maken. [medeverdachte 1] zegt dat hij ( [naam 17] ) dat niet gaat doen
[medeverdachte 1] vraagt wat [medeverdachte 2] hem ( [naam 17] ) gegeven heeft. [medeverdachte 2] zegt een 'gewoontje'.
[medeverdachte 1] zegt dat hij hem ( [naam 17] ) wel een tikkie gaat sturen.
[medeverdachte 1] vraagt dat niet meer te doen bij [naam 17] omdat hij nooit terug betaald
Taplijn: [nummer 9] Record: [nummer 48] Datum: 09-05-2020 Tijd: 21:46 uur
Samenvatting:
[medeverdachte 1] bum [verdachte]
[verdachte] heeft het super druk. [medeverdachte 1] zegt dat [naam 17] al drie kwartier wacht. Bij Richard is hij wel geweest. 1 streep en 1 zakje. [verdachte] zegt dat hij de hele tijd aan het rijden is.
[medeverdachte 1] vindt dat het veel te lang duurt en denkt dat [verdachte] toch ergens een routefout heeft gemaakt.
Taplijn: [nummer 9] Record: [nummer 49] Datum: 10-05-2020 Tijd: 23:55 uur
Samenvatting:
[medeverdachte 1] bum [medeverdachte 3] (sh)
[medeverdachte 1] vraagt of [medeverdachte 3] echt nu pas in Bloemendaal is, want het is al ruim een half uur na het moment dat [medeverdachte 1] hem aan de telefoon had om te zeggen dat er betaald was.
[medeverdachte 3] zegt dat ze peuken waren halen. [medeverdachte 1] vraagt of [medeverdachte 3] snapt dat hij steeds de schijn tegen heeft, dat hij niet echt zijn best lijkt te doen en gaat rijden als mensen bellen.
[medeverdachte 3] wordt gebeld, hij gaat ophangen. [medeverdachte 1] zegt dat [medeverdachte 3] daarna naar hem toe moet komen.
Taplijn: [nummer 31] Record: [nummer 50] Datum: 03-06-2020 Tijd: 00:14 uur
Samenvatting:
[medeverdachte 1] bum [medeverdachte 3]
[medeverdachte 1] vraagt of het [medeverdachte 3] nog een keer gaat interesseren of ze wat verdienen.
[medeverdachte 3] vraagt hoe [medeverdachte 1] dat bedoelt.
[medeverdachte 1] zegt dat mensen zeggen dat [medeverdachte 3] niet reageert.
[medeverdachte 3] vraagt 'wie dan?' [medeverdachte 1] zegt dat ' [naam 4] met [verdachte] contact heeft opgenomen.
[medeverdachte 3] zegt dat hij het net pas ziet.
[medeverdachte 1] (klinkt boos/geïrriteerd) en zegt dat [medeverdachte 3] geen moer te doen heeft en zijn telefoon in de gaten moet blijven houden
[medeverdachte 3] geeft vervolgens toe dat hij het expres heeft gedaan omdat hij geen zin had om naar Velserbroek te rijden en daarom [verdachte] heeft gebeld
EG
Taplijn: [nummer 31] Record: [nummer 16] Datum: 30-06-2020 Tijd: 12:12 uur
Samenvatting:
[medeverdachte 1] wgd [medeverdachte 4] (sh)
[medeverdachte 4] vraagt wie er vanavond werkt. [medeverdachte 1] zegt ' [medeverdachte 3] '.
[medeverdachte 4] zegt dat ze zich niet lekker voelt en graag eerder zou willen stoppen.
[medeverdachte 1] zegt dat hij zelf niet kan en gisteren ook al gewerkt te hebben.
[medeverdachte 4] vraagt of het goed is dat [medeverdachte 3] haar eerder kan overnemen als [medeverdachte 3] dat wil.
[medeverdachte 1] zegt dat dat goed is maar niet nu al. [medeverdachte 4] dacht aan een uur of 4
Taplijn: [nummer 31] Record: [nummer 51] Datum: 10-07-2020 Tijd: 11:55 uur
Samenvatting:
[medeverdachte 1] bum [medeverdachte 2]
[medeverdachte 1] zegt, geen theekransje houden nu hij (derde) moet echt gaan rijden nu want [naam 18] wacht al een uur en bakker ook al een half uur
[medeverdachte 2] zegt, ja ja ja zei ik al
[medeverdachte 1] zegt, dat ding is dus niet aangesloten dat is kut maar laat hem nu meteen rijden.
[medeverdachte 2] zegt, ik loop wel ff naar jou.
[medeverdachte 1] zegt, kan je niet ff bij [medeverdachte 3] achterop?
Over dat [medeverdachte 3] nu moet gaan rijden.
[medeverdachte 1] is niet te spreken over het tempo van [medeverdachte 3] .
[medeverdachte 1] moet met een kwartier weg dus binnen die tijd moet [medeverdachte 3] bij hem zijn want anders kan hij hem niet bijvullen.
[medeverdachte 1] moet naar de kapper.
EG
Taplijn: [nummer 12] Record: [nummer 52] Datum: 10-07-2020 Tijd: 18:40 uur
Samenvatting:
[medeverdachte 1] (SH) wgd [medeverdachte 4] (SH)
[medeverdachte 4] vraagt of [medeverdachte 1] één flesje van die (ntv) kan maken [medeverdachte 4] heeft geen pinpas bij zich en maakt het meteen over zodra ze thuis is.
[medeverdachte 1] dacht dat [medeverdachte 4] deze zaterdag kan rijden maar [medeverdachte 4] kan twee zaterdagen niet. [medeverdachte 4] kan wel a.s. vrijdag.
[medeverdachte 1] zegt dan heb ik er overheen gelezen.
[medeverdachte 1] en [medeverdachte 4] zien elkaar zo.
Taplijn: [nummer 31] Record: [nummer 53] Datum: 14-07-2020 Tijd: 16:33 uur
Samenvatting:
[medeverdachte 1] wgd [medeverdachte 4]
[medeverdachte 4]vraagt of ze eerder mag stoppen vandaag, want ze trekt het niet. [medeverdachte 1] is verbaasd dat ze zoiets nog durft te vragen terwijl ze het in de ochtend zo verkloot heeft. [medeverdachte 1] zegt dat het alleen kan als [medeverdachte 3] bij [medeverdachte 1] thuis is op het moment dat ze stopt, want dan is zeker dat hij het overneemt.
[medeverdachte 1] is over 20 minuten thuis. [medeverdachte 4] belt [medeverdachte 3] dat hij naar [medeverdachte 1] moet gaan. Als ze dan bij [medeverdachte 1] thuis zijn komt [medeverdachte 4] daarheen.
5.
Een proces-verbaal van verhoor van de verdachte [medeverdachte 3] van 21 december 2020, in de wettelijke vorm opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaren (pagina’s P4 051 tot en met P4 070).
Dit proces-verbaal houdt in, voor zover van belang en zakelijk weergegeven, als de op 21 december 2020 afgelegde verklaring van [medeverdachte 3] :
A: Ik heb ook zeker deelgenomen aan de organisatie waarvan ik verdacht ben.
V: Hoe is de samenwerking ontstaan?
A: [medeverdachte 1] heb ik leren kennen, op een gegeven moment leek het mij een aantrekkelijk iets. (…) Zodoende ben ik er een beetje ingerold en mocht ik rond rijden en heb ik de collega’s leren kennen. De hoofdreden dat ik mee deed was dat ik verslaafd was en geld nodig had. Kijk je belt naar een bepaald nummer en als dat spul je bevalt bel je vaker. En als ik geld nodig had vroeg ik of ik misschien iets kon betekenen, dat was bij [medeverdachte 1] .
V: Zat daar nog verschil in?
A: Onder [medeverdachte 1] had je [verdachte] , daaronder [medeverdachte 4] , dan [medeverdachte 2] en dan ik.
V: Waarom stond iemand hoger?
A: aan de manier van het met elkaar omgaan, welke diensten je werkte, hoe je aan en afmeldt, de taken die je had.
V: Op welke wijze werkten jullie?
A: dan krijg je een aantal spullen mee, dat is gewoon de telling, 10 streepjes en 10 v’tjes, dus 20 sealtjes totaal. De telefoon kreeg ik ook mee. Als iemand nog wachtte, dan hoorde ik dat bij de overdracht. En ook de planning kreeg ik mee. En dat was het vaak. Als [medeverdachte 1] bijvoorbeeld weg moest dan gingen we soms nog even meeten.
V: Werkten jullie met een vast rooster?
A: Ja, dat ging steeds beter. Dat werd ook steeds strakker.
V: Wat bedoelde je met ‘aan het werk’?
A: drugs rondbrengen.
V: Wat voor drugs?
A: altijd cocaïne
=========================================================================
[…]

Voetnoten

1.Deze aanhouding vond plaatst in het kader van onderzoek Lemon, (zie doorgenummerde pagina A1180), waaruit onderhavig onderzoek inzake drugshandel (Apple) is voortgekomen (zie doorgenummerde pagina A0997).