Op 24 juni 2025 heeft het Gerechtshof Amsterdam in de zaak met registratienummer 200.355.471/01 een beslissing genomen over een verschoningsverzoek van mr. M.J.A. Plaisier, raadsheer in de meervoudige strafkamer. Dit verzoek was ingediend in het kader van het onderzoek 'Marengo', waarin meerdere verdachten betrokken zijn. De verdediging van verdachte [verdachte 10] had eerder verzocht om de raadsheer te laten verschonen, wat leidde tot een heroverweging van de situatie door verzoeker. De verschoningskamer oordeelde dat een mondelinge behandeling niet nodig was en dat het verzoek op 10 juni 2025 in raadkamer kon worden behandeld.
De verschoningskamer heeft vastgesteld dat er omstandigheden zijn die de schijn van partijdigheid kunnen wekken. Dit is gebaseerd op het feit dat verzoeker eerder betrokken was bij een andere strafzaak, de 'wapenzaak', waarin de verdachte in het huidige onderzoek ook een rol speelt als kroongetuige. De kamer benadrukte dat de eisen van artikel 6 van het EVRM, die een eerlijk proces waarborgen, in het geding zijn. De beslissing om het verzoek tot verschoning toe te wijzen, is genomen om de objectieve vrees voor partijdigheid te ondervangen. Het hof heeft de beslissing op 24 juni 2025 genomen en deze is medegedeeld aan de betrokken partijen.