ECLI:NL:GHAMS:2025:2163
Gerechtshof Amsterdam
- Beschikking
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake gedeeltelijke gezagsuitoefening en proceskostenveroordeling
In deze zaak gaat het om een hoger beroep tegen een beschikking van de kinderrechter die de gecertificeerde instelling (GI) gedeeltelijk gezag heeft verleend over de minderjarige [minderjarige] voor de aanmelding bij een onderwijsinstelling. De moeder, verzoekster in hoger beroep, is het niet eens met deze beslissing en verzoekt het hof om het verzoek van de GI af te wijzen. De vader steunt de beslissing van de kinderrechter. De kinderrechter had eerder bepaald dat de GI het gezag over [minderjarige] uitoefent in verband met de aanmelding bij een onderwijsinstelling, maar het hof oordeelt dat de GI niet-ontvankelijk is in haar verzoek omdat er geen machtiging tot uithuisplaatsing is verleend. Het hof vernietigt de beschikking van de kinderrechter en veroordeelt de GI in de proceskosten van de moeder, die in totaal € 3.656,- bedragen. De beslissing is op 12 augustus 2025 openbaar uitgesproken.