ECLI:NL:GHAMS:2025:2447
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van het openbaar ministerie in hoger beroep wegens overlijden van de verdachte
In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 19 augustus 2025 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam, dat op 9 oktober 2023 was gewezen. Het hoger beroep was ingesteld door het openbaar ministerie tegen de verdachte, die op 27 februari 2024 is overleden. De zaak werd behandeld in de meervoudige strafkamer van het gerechtshof, waar de vordering van de advocaat-generaal werd besproken. Aangezien de verdachte was overleden, werd vastgesteld dat het recht tot strafvordering was vervallen op basis van artikel 69 van het Wetboek van Strafrecht. Het hof heeft vervolgens geoordeeld dat het openbaar ministerie niet-ontvankelijk moet worden verklaard in de strafvervolging. De beslissing werd genomen in aanwezigheid van de griffier, mr. C.E. Dongelmans, en is op de openbare terechtzitting uitgesproken.