In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 7 oktober 2025 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank Noord-Holland. De verdachte is beschuldigd van mensensmokkel, waarbij hij gedurende een periode van ongeveer drie maanden samen met anderen personen heeft geholpen bij het verkrijgen van toegang tot Nederland. Het hof heeft vastgesteld dat de verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan mensensmokkel in de periode van 23 april 2019 tot en met 2 augustus 2019. De verdachte heeft daarbij gebruik gemaakt van valse documenten en heeft meerdere personen, waaronder kwetsbare individuen, geholpen om illegaal Nederland binnen te komen. Het hof heeft de ernst van de feiten onderstreept, vooral gezien het feit dat de verdachte zijn eigen kinderen heeft betrokken bij deze activiteiten door hen te laten reizen met de paspoorten van zijn kinderen. De rechtbank had de verdachte eerder veroordeeld tot een gevangenisstraf van 36 maanden, maar het hof heeft deze straf herzien en uiteindelijk een gevangenisstraf van 24 maanden opgelegd, waarvan 12 maanden voorwaardelijk. Het hof heeft ook rekening gehouden met de persoonlijke omstandigheden van de verdachte en de impact van de straf op zijn minderjarige kinderen. De uitspraak benadrukt de ernst van mensensmokkel en de gevolgen daarvan voor de samenleving.