Uitspraak
mr. I. Spinath, kantoorhoudende te Amsterdam
,
mr. I. Spinath, kantoorhoudende te Amsterdam
,
mr. P.M. Gunning, kantoorhoudende te Arnhem,
2 [broer A] ,
[zus],
mr. S.C.M. van Thiel, kantoorhoudende te Amsterdam,
4 [broer B] ,
1.Het verloop van het geding
- verzoekster tevens verweerster als Den Alerdinck II;
- belanghebbende sub 1 als STAK;
- belanghebbende sub 2 als [broer A] ;
- belanghebbende sub 3 als [zus] ;
- belanghebbende sub 4 als [broer B] ;
- voormalig bestuurder [voormalig bestuurder] als [voormalig bestuurder] ;
- huidig bestuurder [huidig bestuurder] als [huidig bestuurder] ;
- voormalig voorzitter van de RvC [voormalig voorzitter RvC] als [voormalig voorzitter RvC] ;
- huidig voorzitter van de RvC [huidig voorzitter RvC] als [huidig voorzitter RvC] ;
- Prof. Dr. S. Perrick als Perrick of de OK-beheerder;
- Mr. C.J. van Dijk als de onderzoeker.
2.Inleiding en feiten
mits deze voorgesteld wordt door een nieuw (door de Ondernemingskamer) te benoemen bestuurder van de BV én een nieuw (door de Ondernemingskamer) te benoemen voorzitter RvC.” Pogingen om in onderling overleg tot benoeming van een concrete kandidaat tot bestuurder D te komen, zijn uiteindelijk mislukt omdat [broer B] zich niet met de door die aangezochte kandidaat gestelde voorwaarden kon verenigen.
De nu al jaren durende strijd, gecombineerd met een permanente juridische dreiging en de agressieve toon waarop [broer A] communiceert hebben mij tot mijn grote spijt moeten besluiten terug te treden (…) Er is m.i. geen uitzicht op normalisering van de verhoudingen, waardoor het werken mij ongelijk wordt/is gemaakt.”
3.Het onderzoeksverslag
4.De gronden van de beslissing
De beslissing