ECLI:NL:GHAMS:2025:3159
Gerechtshof Amsterdam
- Raadkamer
- A.M.P. Geelhoed
- A.W.T. Klappe
- D. Greven
- Rechtspraak.nl
Verzoek om vergoeding van schade en kosten in verband met voorlopige hechtenis en verzekering
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 25 november 2025 uitspraak gedaan op een verzoekschrift van verzoeker, die schadevergoeding en kostenvergoeding vroeg in verband met zijn voorlopige hechtenis en verzekering. Het verzoekschrift is op 26 mei 2025 ingekomen, waarna het Openbaar Ministerie op 17 juni 2025 zijn standpunt heeft kenbaar gemaakt. Tijdens de openbare behandeling op 4 november 2025 was verzoeker niet aanwezig, maar zijn advocaat was wel aanwezig en verklaarde gemachtigd te zijn om de verdediging te voeren. Verzoeker was op dat moment uitgezet naar Marokko en was niet bereikbaar voor zijn advocaat, wat leidde tot de stelling van de advocaat dat er sprake was van een verschoonbare termijnoverschrijding. Het hof oordeelde echter dat verzoeker zelf verantwoordelijk was voor zijn bereikbaarheid en dat het enkele feit van zijn uitzetting onvoldoende was om de termijnoverschrijding te verontschuldigen. Het hof verklaarde verzoeker niet-ontvankelijk in zijn verzoek, omdat het verzoek niet binnen de geldende termijn van drie maanden na de onherroepelijke uitspraak was ingediend. De beschikking is ondertekend door de voorzitter en de griffier en is uitgesproken tijdens de openbare zitting van het hof.