ECLI:NL:GHAMS:2025:419

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
18 februari 2025
Publicatiedatum
18 februari 2025
Zaaknummer
200.342.753/01 OK
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Benoeming onderzoeker in een vennootschap na eerder bevolen onderzoek

In deze beschikking van het Gerechtshof Amsterdam, Ondernemingskamer, wordt de benoeming van een onderzoeker in een vennootschap behandeld. De zaak betreft een verzoekster, wonende te Den Haag, die een procedure heeft aangespannen tegen een besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid, eveneens gevestigd te Den Haag. De verzoekster wordt bijgestaan door advocaten mr. S. Yntema en mr. L.M. Noordzij, terwijl de verweerder wordt vertegenwoordigd door mr. E.M. Breugem, mr. D.J.C. Post en mr. K. van Berloo, allen kantoorhoudende te Zeist. De Ondernemingskamer heeft eerder op 9 januari 2025 een onderzoek bevolen naar het beleid en de gang van zaken van de vennootschap. In deze beschikking van 18 februari 2025 wordt de persoon mr. C.M. Tjoa uit Utrecht aangewezen als onderzoeker. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard. De uitspraak is gedaan door een panel van rechters, onder leiding van voorzitter mr. C.C. Meijer, en is openbaar uitgesproken op dezelfde datum.

Uitspraak

beschikking
___________________________________________________________________
GERECHTSHOF AMSTERDAM
ONDERNEMINGSKAMER
zaaknummer: 200.342.753/01 OK
beschikking van de Ondernemingskamer van 18 februari 2025
inzake
[[A]],
wonende te Den Haag,
VERZOEKSTER,
advocaten:
mr. S. Yntemaen
mr. L.M. Noordzij, beiden kantoorhoudende te Amsterdam,
t e g e n
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
[vennootschap],
gevestigd te Den Haag,
VERWEERSTER,
advocaten:
mr. E.M. Breugem,
mr. D.J.C. Posten
mr. K. van Berloo, allen kantoorhoudende te Zeist,
e n t e g e n

1.[[B]],

wonende te Den Haag,
2. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
[[de bestuurder]],
gevestigd te Den Haag,
3. de stichting
[[de stichting]],
gevestigd te Den Haag,
BELANGHEBBENDEN,
advocaten:
mr. E.M. Breugem,
mr. D.J.C. Posten
mr. K. van Berloo, allen kantoorhoudende te Zeist.
[vennootschap] wordt hierna aangeduid als [vennootschap].

1.De feiten

1.1
Voor het verloop van het geding verwijst de Ondernemingskamer naar haar beschikkingen van 9 januari 2025 en 14 januari 2025 in deze zaak.
1.2
Bij de beschikking van 9 januari 2025 heeft de Ondernemingskamer – voor zover nu van belang – een onderzoek bevolen naar het beleid en de gang van zaken van [vennootschap] en een nader aan te wijzen en aan partijen bekend te maken persoon benoemd om het onderzoek te verrichten.

2.De gronden van de beslissing

2.1
De Ondernemingskamer zal de hierna onder 3. te vermelden persoon aanwijzen als onderzoeker zoals bedoeld in de beschikking van 9 januari 2025.

3.De beslissing

De Ondernemingskamer:
wijst aan als onderzoeker van [vennootschap] als bedoeld in de beschikking van 9 januari 2025 in deze zaak: mr. C.M. Tjoa te Utrecht; en,
verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad.
Deze beschikking is gegeven door mr. C.C. Meijer, voorzitter, mr. W.A.H. Melissen en mr. A.W.H. Vink, raadsheren, en prof. drs. E. Eeftink RA en drs. V.G. Moolenaar, raden, in tegenwoordigheid van mr. L. van Hoof, griffier, en in het openbaar uitgesproken op 18 februari 2025.