ECLI:NL:GHAMS:2025:889
Gerechtshof Amsterdam
- Raadkamer
- A.W.T. Klappe
- D.A.C. Koster
- D.A.G. van Toor
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep tegen beschikking rechtbank Amsterdam inzake verzoek om schadevergoeding rechtsbijstand
In deze zaak gaat het om een hoger beroep tegen een beschikking van de rechtbank Amsterdam, waarin een verzoek om schadevergoeding voor rechtsbijstand werd afgewezen. De appellant, geboren in 1995, had een verzoek ingediend op basis van artikel 530 van het Wetboek van Strafvordering (Sv) na een strafzaak die was geëindigd zonder oplegging van straf of maatregel. Het hof heeft op 25 februari 2025 de advocaat-generaal gehoord, maar appellant en zijn advocaat waren niet aanwezig. Het verzoek om schadevergoeding betrof kosten van rechtsbijstand in de strafzaak en de verzoekschriftprocedure in eerste aanleg. Het hof oordeelde dat de rechtbank het verzoek ten onrechte had afgewezen, omdat de appellant niet schuldig was bevonden aan een strafbaar feit. Het hof benadrukte de onschuldpresumptie en oordeelde dat de omstandigheden van de zaak gronden van billijkheid voor toekenning van schadevergoeding rechtvaardigden. Uiteindelijk heeft het hof de beschikking van de rechtbank vernietigd en een schadevergoeding van € 1.890,00 toegekend aan de appellant.