ECLI:NL:GHARL:2013:5920

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden

Datum uitspraak
11 juli 2013
Publicatiedatum
9 augustus 2013
Zaaknummer
P13-0191
Instantie
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
  • Y.A.J.M. van Kuijck
  • R. Prakke-Nieuwenhuizen
  • P.L.M. van Gorkom
  • G. Mensing
  • R. Vecht-van den Bergh
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vernietiging beslissing rechtbank inzake terbeschikkingstelling en verlenging van de maatregel

In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 11 juli 2013 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen de beslissing van de rechtbank Noord-Holland, locatie Alkmaar, van 5 maart 2013. De rechtbank had de terbeschikkingstelling van de terbeschikkinggestelde, geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] en verblijvende in [kliniek], met twee jaar verlengd. Het hof heeft de zaak behandeld op basis van verschillende stukken, waaronder het verlengingsadvies van de kliniek en het proces-verbaal van het onderzoek in eerste aanleg. Tijdens de zitting op 27 juni 2013 zijn de raadsvrouw mr. M. Hoekzema en de advocaat-generaal mr. G.J. de Haas gehoord.

Het hof heeft vastgesteld dat de terbeschikkinggestelde lijdt aan een antisociale persoonlijkheidsstoornis met narcistische en borderline kenmerken, en dat er sprake is van een hoog recidiverisico. De terbeschikkinggestelde heeft geen ziekte-inzicht en is het niet eens met zijn plaatsing. De kliniek adviseert om de terbeschikkingstelling met twee jaar te verlengen, gezien de aanhoudende problematiek en het recidivegevaar.

De raadsvrouw heeft verzocht om een voorwaardelijke beëindiging van de terbeschikkingstelling, maar het hof heeft dit verzoek afgewezen. Het hof oordeelt dat de veiligheid van anderen en de algemene veiligheid van personen een verlenging van de terbeschikkingstelling voor de duur van twee jaar vereisen. De beslissing van de rechtbank is vernietigd omdat deze niet binnen de wettelijke termijn van veertien dagen is genomen, zoals voorgeschreven in het Wetboek van Strafvordering. Het hof heeft de terbeschikkingstelling met twee jaar verlengd.

Uitspraak

TBS P13/0191
Beslissing d.d. 11 juli 2013
De kamer van het hof als bedoeld in artikel 67 van de Wet op de rechterlijke organisatie heeft te beslissen op het beroep van
[naam terbeschikkinggestelde],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum],
verblijvende in [kliniek].
Het beroep is ingesteld tegen de beslissing van de rechtbank Noord-Holland, locatie Alkmaar, van 5 maart 2013, houdende verlenging van de terbeschikkingstelling met een termijn van twee jaar.
Het hof heeft gelet op de stukken, waaronder:
  • de uitspraak van het Gerechtshof Amsterdam van 25 september 1998, waarbij de terbeschikkingstelling met bevel tot verpleging van overheidswege werd opgelegd;
  • het verlengingsadvies van de [kliniek] van 27 september 2012;
  • de vordering van de officier van justitie, ingekomen op 25 oktober 2012 ;
  • het proces-verbaal van het onderzoek in eerste aanleg;
  • de beslissing waarvan beroep;
  • de akte van beroep van de terbeschikkinggestelde van 15 maart 2013;
  • de aanvullende informatie van de [kliniek] van 25 juni 2013 met als bijlage de wettelijke aantekeningen over de periode van 1 november 2012 tot en met 1 mei 2013;
  • het proces-verbaal van het rogatoir horen van de terbeschikkinggestelde van 26 juni 2013.
Het hof heeft ter zitting van 27 juni 2013 gehoord de raadsvrouw mr M. Hoekzema, advocaat te Utrecht, en de advocaat-generaal mr G.J. de Haas.

Overwegingen:

Het advies van de kliniek
De terbeschikkinggestelde is een man met een antisociale persoonlijkheidsstoornis met narcistische en borderline kenmerken, en een psychopathische kern. Daarnaast is er sprake van een verslavingsproblematiek. Sinds zijn verblijf in verschillende behandelklinieken staat zijn strijd en het schoppen tegen regels en afspraken centraal. Hierbij valt zijn grote behoefte aan controle op. De redenen voor het zich niet houden aan afspraken en regels legt hij buiten zichzelf. Dit brengt de nodige spanningen en strubbelingen teweeg, wat zich bij de terbeschikkinggestelde kan uiten in fysieke klachten. De terbeschikkinggestelde heeft geen ziekte-inzicht of probleembesef. Hij is het niet eens met zijn plaatsing op de LFPZ en is daartegen in verzet. Om de delictgevaarlijkheid voldoende te kunnen beperken blijft de terbeschikkinggestelde afhankelijk van externe structuur en toezicht. De terbeschikkinggestelde wordt als vluchtgevaarlijk beschouwd. De pathologie en kernproblematiek van de terbeschikkinggestelde zijn nog altijd onverminderd aanwezig. Er is sprake van een hoog recidiverisico. Geadviseerd wordt de terbeschikkingstelling met twee jaar te verlengen.
Het standpunt van de raadsvrouw
De terbeschikkinggestelde verblijft nu op de Longstayafdeling waar het beter gaat met hem. Hij wil nu weer behandeld worden. De raadsvrouw heeft het hof primair verzocht de terbeschikkingstelling voorwaardelijk te beëindigen en daartoe de behandeling van de zaak aan te houden teneinde de reclassering te laten rapporteren omtrent de
(on) mogelijkheden van een voorwaardelijke beëindiging en ook het Pieter Baan Centrum (PBC) daarnaar onderzoek te laten doen. Subsidiair is verzocht de terbeschikkingstelling te verlengen met slechts een jaar om de vinger aan de pols te kunnen houden met betrekking tot eventuele behandelmogelijkheden.
Het standpunt van het openbaar ministerie
De advocaat-generaal heeft geconcludeerd tot bevestiging van de beslissing van de rechtbank en afwijzing van het verzoek tot het laten opmaken van een maatregelrapport en het laten verrichten van een nader onderzoek door het PBC, nu de onafhankelijke deskundigen en de kliniek op één lijn zitten met betrekking tot de pathologie van de terbeschikkinggestelde.
Het oordeel van het hof
Het hof acht zich op basis van de voorhanden zijnde informatie voldoende voorgelicht om te kunnen oordelen op het door de terbeschikkinggestelde ingediende beroep. Het verzoek tot het door de reclassering doen onderzoeken van de mogelijkheden van een voorwaardelijke beëindiging van de verpleging van overheidswege, wordt afgewezen, nu de noodzaak daartoe niet is gebleken. Ook ziet het hof geen aanleiding de terbeschikkinggestelde te laten onderzoeken in het Pieter Baan Centrum nu er geen reden is om aan te nemen dat de gestelde diagnose niet juist zou zijn.
Vernietiging
Het hof zal de beslissing van de rechtbank vernietigen, nu de uitspraak niet binnen veertien dagen, zoals bepaald in de artikelen 509s, lid 2 jo. 509m, lid 1 jo. 345, lid 3 van het Wetboek van Strafvordering heeft plaatsgevonden.
Stoornis en recidivegevaar
De terbeschikkinggestelde lijdt aan een antisociale persoonlijkheidsstoornis met narcistische en borderline trekken. Het recidivegevaar is volgens de kliniek en de onafhankelijke deskundigen nog steeds hoog.
Verlenging
Het hof is evenals de rechtbank van oordeel dat de veiligheid van anderen dan wel de algemene veiligheid van personen verlenging van de terbeschikkingstelling eist voor de duur van twee jaar.

Beslissing

Het hof:
Wijst afhet verzoek tot het doen onderzoeken door de reclassering van de mogelijkheden van een voorwaardelijke beëindiging van de verpleging van overheidswege.
Wijst afhet verzoek tot nader onderzoek van de terbeschikkinggestelde in het Pieter Baan Centrum.
Vernietigtde beslissing van de rechtbank Noord-Holland, locatie Alkmaar, van 5 maart 2013 met betrekking tot de terbeschikkinggestelde
[naam terbeschikkinggestelde].
Verlengt de terbeschikkingstelling met een termijn van
twee jaar.
Aldus gedaan door
mr Y.A.J.M. van Kuijck als voorzitter,
mr R. Prakke-Nieuwenhuizen en mr P.L.M van Gorkom als raadsheren,
en drs. G. Mensing en drs. R. Vecht-van den Bergh als raden,
in tegenwoordigheid van B. Moorlag als griffier,
en op 11 juli 2013 in het openbaar uitgesproken.
De raden zijn buiten staat deze beslissing mede te ondertekenen.