ECLI:NL:GHARL:2013:BZ6018
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Hoger beroep
- M.L.H.E. Roessingh-Bakels
- A.G. Coumans
- P.L.M. van Gorkom
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak in hoger beroep voor doodslag of zware mishandeling met de dood van een peuter
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 2 april 2013 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank Almelo. De verdachte was eerder veroordeeld voor de dood van een peuter, maar heeft hoger beroep ingesteld. Het hof heeft de zaak opnieuw onderzocht, waarbij het hof kennisnam van de vordering van de advocaat-generaal en de verklaringen van de verdachte en zijn raadsman, mr. D.G. Geerdink. Het hof heeft vastgesteld dat de verdachte niet overtuigend kon worden beschuldigd van de tenlastegelegde feiten, die onder andere doodslag en zware mishandeling betroffen. De rechtbank had de verdachte eerder veroordeeld, maar het hof kwam tot de conclusie dat er onvoldoende wettige bewijsmiddelen waren om de verdachte te veroordelen. De vrijspraak van de moeder van het slachtoffer was onherroepelijk, wat de situatie verder complicateerde. Het hof heeft uitgebreid stilgestaan bij de omstandigheden van de zaak, waaronder de verklaringen van de verdachte en de moeder, en het forensisch bewijs. Ondanks de afgrijselijke uitkomst van de zaak, heeft het hof in volle overtuiging de verdachte vrijgesproken, omdat er geen redelijke twijfel bestond over zijn onschuld. De beslissing van het hof om het vonnis van de rechtbank te vernietigen en de verdachte vrij te spreken, werd gemotiveerd door het gebrek aan bewijs en de onduidelijkheid over de gebeurtenissen op de fatale dag.