Uitspraak
1.Het geding in eerste aanleg
Het geding in hoger beroep
3.De vaststaande feiten
4.De motivering van de beslissing
[achternaam appellante]en de voornaam [voornaam appellante] staat vermeld. Deze naam en voornaam komen overeen met het uittreksel uit de basisadministratie waarin zoals gezegd geen vermelding over de burgerlijke staat is opgenomen, en met de afschriften van de geboorteakten van de kinderen, zoals overgelegd, maar niet met de naam zoals vermeld in de beëdigde vertaling van de huwelijksakte. In die akte staat vermeld dat de man is gehuwd met [appellante]. Ook anderszins zijn geen stukken overgelegd waaruit onmiskenbaar blijkt dat tussen de man en [appellante] een rechtsgeldig huwelijk is gesloten. Een en ander klemt te meer nu [appellante] optreedt in de procedure en zich tegen een echtscheiding verzet.