ECLI:NL:GHARL:2014:7815
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Hoger beroep
- G. Jonkman
- G.M. van der Meer
- G.K. Schipmölder
- Rechtspraak.nl
Einde partneralimentatie wegens grievend gedrag van de vrouw
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 7 oktober 2014 uitspraak gedaan in hoger beroep over de beëindiging van de partneralimentatie. De vrouw, verzoekster in het principaal hoger beroep, had eerder een alimentatie ontvangen van de man, maar deze was door de rechtbank Midden-Nederland op 9 september 2013 op nihil gesteld. De man had verzocht om wijziging van de alimentatieplicht op basis van grievend gedrag van de vrouw. Het hof heeft vastgesteld dat partijen in 1994 zijn gehuwd en dat het huwelijk in 2007 is ontbonden. De man en vrouw hebben samen drie kinderen, waarvan de man het gezag uitoefent over de jongste twee. Het hof heeft in eerdere procedures al overwogen dat de vrouw zich schuldig heeft gemaakt aan grievend gedrag, waaronder bedreigingen en intimidatie, wat heeft geleid tot een strafrechtelijke veroordeling. Het hof oordeelt dat het gedrag van de vrouw zodanig grievend is dat de lotsverbondenheid tussen partijen is verbroken, waardoor de man niet langer gehouden is bij te dragen aan de kosten van levensonderhoud van de vrouw. De rechtbank heeft de alimentatieverplichting van de man op goede gronden op nihil gesteld, en het hof heeft deze beslissing bevestigd, met uitzondering van de ingangsdatum van de nihilstelling, die op 10 februari 2012 is vastgesteld. De vrouw is verplicht om onverschuldigd betaalde alimentatie terug te betalen aan de man. Het hof benadrukt dat, ondanks de beëindiging van de alimentatieplicht, de vrouw de moeder blijft van hun kinderen, wat de onderlinge verbondenheid tussen partijen blijft beïnvloeden.