ECLI:NL:GHARL:2014:8256

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden

Datum uitspraak
28 oktober 2014
Publicatiedatum
28 oktober 2014
Zaaknummer
200.049.497-01
Instantie
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vastlegging van een vaststellingsovereenkomst in eindarrest

In deze zaak, behandeld door het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 28 oktober 2014, is het hoger beroep aan de orde in een civiele procedure. De zaak betreft een vaststellingsovereenkomst die door partijen is ondertekend op 6 augustus 2014. De appellant, vertegenwoordigd door mr. P. van Bommel, en de geïntimeerde, vertegenwoordigd door mr. P. Bollema, hebben na een tussenarrest van 18 maart 2014 op 16 september 2014 een akte genomen. Het hof heeft de inhoud van het tussenarrest overgenomen en op basis van de ingediende akten geconcludeerd dat partijen unaniem het hof verzoeken om te beslissen zoals in het dictum van het arrest is omschreven.

Het hof heeft het bestreden vonnis van de rechtbank Leeuwarden, dat op 4 november 2009 was gewezen, vernietigd. In plaats daarvan heeft het hof opnieuw recht gedaan en partijen veroordeeld tot nakoming van de onderlinge regelingen zoals vastgelegd in de vaststellingsovereenkomst. Deze overeenkomst is door de griffier gewaarmerkt en aan het arrest gehecht, waardoor het deel uitmaakt van de uitspraak. Het hof heeft het arrest uitvoerbaar bij voorraad verklaard en bepaald dat iedere partij de eigen kosten van het geding in beide instanties draagt. Het meer of anders gevorderde is afgewezen. De uitspraak is gedaan door de drie rechters in aanwezigheid van de griffier en openbaar uitgesproken op de genoemde datum.

Uitspraak

GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
locatie Leeuwarden
afdeling civiel recht
zaaknummer gerechtshof 200.049.497/01
(zaaknummer rechtbank Leeuwarden 92547/HA ZA 08-879)
arrest van de tweede kamer van 28 oktober 2014
in de zaak van
[appellant],
wonende te [woonplaats],
appellant in het principaal hoger beroep,
geïntimeerde in het incidenteel hoger beroep,
in eerste aanleg: gedaagde in conventie en eiser in reconventie,
hierna:
[appellant],
advocaat: mr. P. van Bommel, kantoorhoudend te Franeker,
tegen
[geïntimeerde],
wonende te [woonplaats],
geïntimeerde in het principaal hoger beroep,
appellante in het incidenteel hoger beroep,
in eerste aanleg: eiseres in conventie en verweerster in reconventie,
hierna:
[geïntimeerde],
advocaat: mr. P. Bollema, kantoorhoudend te Leeuwarden.
Het hof neemt de inhoud van het tussenarrest van 18 maart 2014 hier over.

1.Het verdere verloop van het geding in hoger beroep

1.1
Na voormeld tussenarrest van 18 maart 2014 hebben partijen ieder op 16 september 2014 een akte genomen. [appellant] heeft bij zijn akte de door partijen op 6 augustus 2014 ondertekende vaststellingsovereenkomst overgelegd.
1.2
Vervolgens is arrest gevraagd op het griffiedossier en heeft het hof arrest bepaald.

2.De verdere beoordeling

Uit de genoemde akten leidt het hof af, dat partijen thans eenparig het hof verzoeken te beslissen als in het dictum van dit arrest zal worden omschreven.

3.De verdere beoordeling

Het hof:
vernietigt het bestreden vonnis van de rechtbank Leeuwarden van 4 november 2009;
en opnieuw rechtdoende:
veroordeelt partijen, over en weer, tot nakoming van de door hen getroffen onderlinge regelingen, zoals opgenomen in de door hen op 6 augustus 2014 ondertekende vaststellingsovereenkomst waarvan een door de griffier gewaarmerkte kopie aan dit arrest is gehecht en hiervan deel uitmaakt;
verklaart dit arrest uitvoerbaar bij voorraad;
bepaalt dat iedere partij de eigen kosten van het geding in beide instanties draagt;
wijst af het meer of anders gevorderde.
Dit arrest is gewezen door mr. W. Breemhaar, mr. J.D.S.L. Bosch en mr. G. Jonkman en is door de rolraadsheer in tegenwoordigheid van de griffier in het openbaar uitgesproken op dinsdag 28 oktober 2014.