Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
eiser in het incident,
gevestigd te [woonplaats],
[geïntimeerde sub 2],vennoot van geïntimeerde sub 1,
W.M.J. [geïntimeerde sub 3],vennoot van geïntimeerde sub 1,
verweerders in het incident,
1.Het verdere verloop van het geding in hoger beroep
€ 15.000,-, kosten rechtens.
2.De verdere beoordeling van het geschil
€ 13.546,28 oplevert.
Ter toelichting op deze vordering voert hij aan, waarbij het hof overal waar: “verlies- en winst rekening” wordt genoemd zal lezen als “balans”, dat [geïntimeerden] hebben gesteld dat destijds facturen aan [appellant] zijn uitgereikt en dat als dit juist zou zijn de accountant in de balans de vordering van € 13.546,38 uitdrukkelijk heeft opgenomen, althans met naam en toenaam vermeld. Dit kan, zo begrijpt het hof zijn standpunt, weer een aanwijzing vormen voor de status van de vordering.
3.De beslissing
beidepartijen, van hun advocaten en van de getuigen zal opgeven op de
roldatum 18 november 2014, waarna dag en uur van het verhoor (ook indien voormelde opgave van een of meer van partijen ontbreekt) door de raadsheer-commissaris zullen worden vastgesteld;