In deze zaak gaat het om de vaststelling van kinderalimentatie voor twee kinderen, [kind 1] en [kind 2], van ouders die nooit in gezinsverband hebben samengeleefd. De man, geboren in 1978, heeft een bruto inkomen van € 1.809,86 per maand, terwijl de vrouw een Wajong-uitkering ontvangt. De rechtbank Midden-Nederland had eerder bepaald dat de man € 140,- per kind per maand moest betalen, maar de man is in hoger beroep gegaan tegen deze beschikking. Hij betwist de behoefte van de kinderen en zijn eigen draagkracht.
Tijdens de mondelinge behandeling op 3 februari 2015 heeft de man zijn situatie toegelicht, inclusief zijn schulden en de financiële druk die hij ervaart. De vrouw heeft haar financiële gegevens niet overgelegd, waardoor het hof de hoogte van haar kindgebonden budget moest schatten. Het hof heeft de richtlijnen van de Expertgroep Alimentatienormen toegepast om de behoefte van de kinderen vast te stellen.
Uiteindelijk heeft het hof geoordeeld dat de man, gezien zijn financiële situatie, een minimale draagkracht heeft van € 25,- per kind per maand. De beslissing van de rechtbank is vernietigd en de man is verplicht om van 14 mei 2014 tot 1 januari 2015 € 25,- per kind per maand te betalen. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, en het meer of anders verzochte is afgewezen.