Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
1.De maatschap [X],
[appellant 2],
[appellant 3],
Jan [appellant 2],
[appellanten],
[geïntimeerde],
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak, die voor het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden diende, hebben appellanten hoger beroep ingesteld tegen eerdere vonnissen van de rechtbank Leeuwarden en de rechtbank Noord-Nederland. De zaak betreft een civiele procedure waarin de appellanten, een maatschap en haar maten, vorderingen hebben ingesteld tegen de geïntimeerde. Na herhaaldelijk uitstel voor het indienen van de memorie van grieven, hebben de appellanten op de laatste datum geen grieven ingediend. De geïntimeerde heeft daarop arrest gevraagd. Het hof heeft vastgesteld dat de appellanten geen grieven hebben ontwikkeld en dat de eerdere vonnissen niet in strijd zijn met rechtsregels van openbare orde. Hierdoor heeft het hof het hoger beroep van de appellanten verworpen. Tevens zijn de appellanten veroordeeld in de kosten van het geding in hoger beroep, die zijn begroot op een totaal van € 6.277,-, bestaande uit verschotten en geliquideerd salaris voor de advocaat. Het arrest is uitgesproken op 24 maart 2015 door de rechters J.H. Kuiper, K.M. Makkinga en R.E. Weening.