ECLI:NL:GHARL:2015:256
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Hoger beroep
- G. Jonkman
- J.G. Idsardi
- I.A. Vermeulen
- Rechtspraak.nl
Verzoek om vervangende toestemming voor verhuizing met kinderen afgewezen
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 15 januari 2015 uitspraak gedaan in hoger beroep over een verzoek van de moeder om met haar kinderen te verhuizen naar [B]. De moeder, vertegenwoordigd door advocaat mr. M.A. Weenink, had eerder bij de rechtbank Midden-Nederland een verzoek ingediend voor vervangende toestemming voor verhuizing, dat was afgewezen. De vader, vertegenwoordigd door advocaat mr. S.G.B.M. Schönhage, heeft zijn toestemming voor de verhuizing geweigerd. Het hof heeft de feiten van de zaak in overweging genomen, waaronder de echtscheiding van de ouders in 2014 en de afspraken die zij hadden gemaakt over de zorg voor hun kinderen, [de minderjarige1] en [de minderjarige2].
Het hof heeft vastgesteld dat de moeder sinds oktober 2013 een nieuwe relatie heeft en dat haar partner in [B] woont. De moeder heeft aangegeven dat zij naar [B] wil verhuizen om een nieuw leven op te bouwen, maar het hof oordeelt dat het niet in het belang van de kinderen is om nu te verhuizen. Het hof heeft de argumenten van de moeder, waaronder haar onvrede over haar huidige woonplaats en de voordelen van verhuizen, niet overtuigend geacht. Het belang van de vader om frequent contact met de kinderen te hebben, vooral gezien hun jonge leeftijd, is door het hof als zwaarder gewogen.
Uiteindelijk heeft het hof de beschikking van de rechtbank bekrachtigd, waarmee de verzoeken van de moeder zijn afgewezen. De beslissing benadrukt het belang van de kinderen en de noodzaak voor hen om regelmatig contact met beide ouders te hebben.