ECLI:NL:GHARL:2015:3163

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden

Datum uitspraak
1 mei 2015
Publicatiedatum
1 mei 2015
Zaaknummer
200.168.909-01
Instantie
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Wraking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Wraking van een raadsheer in een strafzaak op basis van artikel 512 Sv

Op 1 mei 2015 heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden een beslissing genomen in een wrakingsverzoek van een klager tegen raadsheer mr. J.J. Beswerda. De klager had op 20 maart 2015 aangegeven mr. Beswerda te willen wraken en heeft dit verzoek nader toegelicht in een brief van 25 maart 2015. De wrakingskamer heeft vastgesteld dat de klacht van de klager niet gericht is tegen de behandeling van een concrete zaak door mr. Beswerda, maar tegen een algemene brief die mr. Beswerda aan de klager had gestuurd. Deze brief bevatte informatie over de voorwaarden waaronder de klager een klacht ex artikel 12 Sv kon indienen. De wrakingskamer oordeelde dat de klager niet-ontvankelijk dient te worden verklaard in zijn wrakingsverzoek, omdat hij zich niet keert tegen de behandeling van een specifieke zaak door mr. Beswerda. De beslissing is openbaar uitgesproken door de wrakingskamer, bestaande uit de rechters J.H. Kuiper, W.P.M. ter Berg en E.B.E.M. Rikaart-Gerard, in aanwezigheid van de griffier.

Uitspraak

GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
locatie Leeuwarden
Wrakingskamer
zaaknummer gerechtshof 200.168.909/01
Beslissing van 1 mei 2015
op het schriftelijke verzoek van:
[klager],
wonende te [woonplaats],
verzoeker tot wraking,
hierna te noemen: [klager],
dat strekt tot wraking ingevolge artikel 512 van het Wetboek van Strafvordering (Sv) van:
mr. J.J. Beswerda,
raadsheer in dit hof.

1.Het verloop van de procedure

1.1
Bij de afdeling straf van het hof is een viertal klachten ex artikel 12 Sv geregistreerd, waarin [klager] klager is.
1.2
[klager] heeft bij e-mailbericht van 20 maart 2015 laten weten mr. Beswerda te wraken en aangegeven zo spoedig mogelijk de schriftelijke wrakingsgronden te zullen aandragen. Bij brief van 25 maart 2015, gevoegd bij het e-mailbericht van diezelfde datum, heeft [klager] zijn wrakingsverzoek nader toegelicht.
1.3
Mr. Beswerda heeft niet in de wraking berust.

2.De beoordeling van het verzoek

2.1
Ingevolge artikel 512 Sv kan op verzoek van de verdachte of van het openbaar ministerie elk van de rechters die een zaak behandelen, worden gewraakt op grond van feiten of omstandigheden waardoor de rechterlijke onpartijdigheid schade zou kunnen lijden.
2.2
Volgens geldende jurisprudentie (o.a. Gerechtshof Leeuwarden d.d. 1 mei 2003, ECLI:NL:GHLEE:2003:AF8130) heeft de klager in een artikel 12 Sv-procedure, ondanks het feit dat deze niet in artikel 512 Sv staat genoemd, eveneens het recht een wrakingsverzoek in te dienen.
2.3
Uit het wrakingsverzoek van [klager] blijkt dat hij mr. Beswerda wraakt naar aanleiding van de brief van 20 maart 2015. Deze brief van mr. Beswerda betreft, naar het oordeel van de wrakingskamer, slechts een algemene brief aan [klager], waarin wordt medegedeeld onder welke voorwaarde [klager] een klacht ex artikel 12 Sv zal kunnen indienen en aan welke voorwaarden nadere correspondentie in een klachtzaak dient te voldoen, waarna een dergelijke klacht vervolgens overeenkomstig de wettelijke procedure zal worden afgehandeld. Aangezien [klager] zich - blijkens de brief van 25 maart 2015 van [klager] - niet keert tegen de behandeling van mr. Beswerda van een concrete zaak (te weten: een klacht ex artikel 12 Sv) van [klager], dient [klager] reeds daarom in zijn wrakingsverzoek niet-ontvankelijk te worden verklaard.

3.De beslissing

Het hof (de wrakingskamer):
verklaart [klager] niet-ontvankelijk in zijn wrakingsverzoek.
Deze beslissing is gegeven door mr. J.H. Kuiper, mr. W.P.M. ter Berg en mr. E.B.E.M. Rikaart-Gerard, leden van de wrakingskamer, in tegenwoordigheid van de griffier in het openbaar uitgesproken op 1 mei 2015.