ECLI:NL:GHARL:2015:612
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Machtiging gesloten plaatsing van een jeugdige in het kader van de Jeugdwet
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 27 januari 2015 uitspraak gedaan in hoger beroep over de gesloten plaatsing van een jeugdige, aangeduid als [verzoekster]. Het verzoek tot gesloten plaatsing werd ingediend door de Stichting Regiecentrum Bescherming en Veiligheid, voorheen Bureau Jeugdzorg Friesland, op 28 november 2014, op basis van de nieuwe Jeugdwet. De kinderrechter had eerder op 11 december 2014 een machtiging verleend voor de uithuisplaatsing van [verzoekster] in een gesloten accommodatie, welke beschikking door [verzoekster] in hoger beroep werd aangevochten.
Het hof heeft vastgesteld dat [verzoekster] sinds 7 juni 2013 onder toezicht staat van de stichting en dat er ernstige zorgen waren over haar veiligheid en ontwikkeling. De moeder van [verzoekster] was betrokken bij kindermishandeling, wat leidde tot haar tijdelijke opname in een gesloten setting. Het hof heeft de feiten en omstandigheden rondom de plaatsing van [verzoekster] zorgvuldig gewogen, inclusief de rapportages van behandelcentra en de zorgen van de stichting over de opvoedcapaciteiten van de vader.
Uiteindelijk heeft het hof besloten de beschikking van de kinderrechter te bekrachtigen tot 10 februari 2015, maar de machtiging tot gesloten plaatsing vanaf die datum te vernietigen. Het hof oordeelde dat de gesloten plaatsing niet langer noodzakelijk was en dat [verzoekster] terug kon naar de vader, mits er adequate hulpverlening beschikbaar was. Het hof benadrukte het belang van de betrokkenheid van de vader en de noodzaak van ondersteuning in de opvoeding van [verzoekster].