Uitspraak
[gedaagde],
[geïntimeerde],
1.Het verdere verloop van het geding in hoger beroep
A- in conventie
ii. het Vonnis te vernietigen en opnieuw rechtdoende (i) het verweer gevoerd door [geïntimeerde] , dat de schade is ontstaan door omstandigheden die aan [gedaagde] zijn toe te rekenen, te beoordelen, (ii) de erkenning van aansprakelijkheid te vernietigen en (iii) [gedaagde] alsnog te veroordelen tot betaling aan [geïntimeerde] van € 4.000,00 vermeerderd met de wettelijke rente vanaf I mei 2012 tot aan de dag der algehele voldoening;
2.De vaststaande feiten en de achtergrond van het geschil
( [getuigen 2] ) zijn hiermee niet in overeenstemming. Het hof gaat aan die laatste verklaringen voorbij, gelet het al geformuleerde risico van [geïntimeerde] , en omdat de gedeponeerde map meer dan 80 foto’s bevat.
grief I in het incidenteel appelbetoogt [geïntimeerde] met een beroep op artikel 6:101 lid 1 BW (eigen schuld) dat zijn eigen causale bijdrage aan de geleden schade, gelet op de verdelingsmaatstaf van dat artikel, in het niet valt bij de causale bijdrage van [gedaagde] . Daartoe voert hij kort gezegd aan dat [gedaagde] het fotoalbum aan de hem onbekende [geïntimeerde] heeft meegegeven zonder ‘ook maar één enkele kopie’ daarvan te bewaren.
grieven 1 en 2 in het principaal appelheeft [gedaagde] geen belang omdat honorering van die grieven niet tot een ander oordeel kan leiden. Zijn
zesde grief in het principaal appelheeft betrekking op de proceskosten en treft doel. [gedaagde] zal in het principaal overwegend en in het incidenteel appel geheel in het gelijk wordt gesteld.
derde grief in het incidenteel appelheeft [geïntimeerde] – op zichzelf terecht – aangevoerd dat de rechtbank bij toewijzing van de vordering van [gedaagde] tot een bedrag van € 500,- niet de reconventionele vordering tot dat bedrag had mogen afwijzen. De grief kan echter geen doel treffen, omdat honorering van de grieven in het principaal appel meebrengt dat de reconventionele vordering geheel moet worden afgewezen.
3.Slotsom
eerste aanleg in conventieaan de zijde van [gedaagde] zullen worden vastgesteld op:
eerste aanleg in reconventieaan de zijde van [gedaagde] zullen worden vastgesteld op:
hoger beroepaan de zijde van [gedaagde]
in het principaal appelzullen worden vastgesteld op:
hoger beroepaan de zijde van [gedaagde]
in het incidenteel appelzullen worden vastgesteld op:
4.De beslissing
vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf de dag van de inleidende dagvaarding (1 mei 2012) tot aan de dag waarop volledig is betaald;